Hoofdstuk 4: De sporthal Flashcards

1
Q

Leg uit: Integrale toegankelijkheid

A

BBBB
Bereikbaarheid (wegwijzers, parking, bussen, …)
Bertreedbaarheid (rolstoelvriendelijk, …)
Bruikbaarheid (bv fietspad met paal in het middel, …)
Begrijpbaarheid (icoontjes, uitleg veiligheid, …)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Case: Topsporthal Leuven (wat is er aanwezig? wie zijn de stakeholders? bouwplannen? Nieuwe infrastructuur?)

A

Wat is er aanwezig
- “nieuwe” infrastructuur (finse piste, kunstfras, …)
- renovatie (atletiekpiste, sporthalvloer, …)
- andere (danszaat, zwembad, …)
Stakeholders
- studenten KU Leuven (alle = recreatief, sportkot = les)
- topsport (zie Leuven, Gent en Antwerpen)
- Beperkte stakholders (Stad Leuven, sportclubs, sportschool)
Bouwplannen
- Mag het?
—– bestemmingsplan (woon-, natuurgebied, …)
—–checken
=====> Milieu Effect Rapport (MER) = invloed op milieu
=====> Recht van verkoop = overheid heeft recht op grond te kopen tegen zelfde prijs als jij zou kopen.
=====> erfgoed, natuur en bos, …
- bv. Gymnasium (oud gebouw, beschermd = erfgoed = klimrekken niet veranderen, …)
- bv. Landsschapsvervuiling (groot gebouw = lelijk, verpest het uitzicht, …)
Nieuwe infrastructuur
- topsporthal atletiek
— hoog genoeg voor polstokspringen
— landschapvervuiling vermeidjen (groen dak, houten buitenmuur
- topsporthal volleybal
— idem atletiek
— extra hout = € 800 000
— bouw 2 jaar stilgelegd voor een bepaalde plant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Leg uit: puntelastisch en vlakelastisch.

A

Punt
= kleine syntethische laag waar in begin veel schokabsorbtie is, waardoor het voor kinderen goed is.
Vlak
= houten plank waaronder holle ruimte is, des te zwaarder des te maar schokabsorbtie, waardoor het beter is voor volwassenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef 6 bouwtechnische voorwaarden waarmee men rekening moet houden.

A
Isolatie
Milieu
Kleurvastheid
Slijtage
Gevoeligheid voor water
Onderhoud
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Licht toe, punt vs vlak obv prijs, blessuregevoeligheid, akoestiek, schokab, verticale vervorming, water, materiaal, roslchaatsen/-stoel, stabiliteit, hoogte.

A

Prijs = punt is goedkoper
Blessureg. = punt voor kinderen, vlak voor volw.
Akoestiek = vlak is luider door holle ruimte
schokab. = idem blessureg.
verticale verv = punt is groter
water = vlak is niet oke, omdat het hout is
Materiaal = punt (pu, rubber, …) vlak (hout)
rolschaatsten/-stoel = punt slechter door indrukbare laag
Stabiliteit = vlak beter
Hoogte = vlak hoger door holle ruimte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Leg uit: belijning

A

Algemeen principe: grootste veld onderaan
- uitz. wanneer profsport dan bovenaan
Hou ook rekening met uitloopzones

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Leg uit: trends in sportvloeren

A
Tijdelijke vloeren (televisie, tornooien, ...)
LED-verlichting (om nodige lijnen te tonen, echter vaak andere ondergrond)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoeveel % van energieverbruik gemeente aan verwarming en elektriciteit in SA en hoe ga je hiermee om?

A
25%
Omgaan
1. verbruik beperken (bv lagere stand bij kleutersport)
2. Duurzame energie (bv zonnepanelen)
3. Efficiëntie grijze energie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Licht toe hoe verschillende sporttakken andere belichting nodig kunnen hebben, en waar dit afhankelijk van is.

A
Ook overbelichting is slecht, denk aan volleyballer die in de zon kijkt.
Afhankelijk van
- competitief vs recreatief
- sporttak
- ondergrond
- kleuren in de zaal
- aantal vensters
Verschillende standen kan handig zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke kwaliteitsaspecten zijn er ivm belichting.

A
Lux = lichtsterkre (Eh)
Gelijkmatigheid
Kleurwaargave (Ra)
Verblinding (VW/UGR)
Helderheidsverhouding = luminatie = contrast (1:1 = geen, 100:1 = verblinden, 10:1 = groot en streefdoel)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly