Hoofdstuk 6 Flashcards
(60 cards)
mental map
het ruimtelijk beeld dat iemand van een bepaald gebied in zijn geheugen heeft opgeslagen; dit verschilt per persoon en is subjectief
perceptie
de manier waarop je iets waarneemt en ervaart
geografisch beeld
een beeld van een gebied op basis van controleerbare informatie over de ligging van het gebied, de ruimtelijke kenmerken ervan en de samenhang daartussen
etnische diversiteit
de verscheidenheid aan culturen of culturele invloeden binnen een gebied
mestizering
vermenging van inheemse en Europese bevolkingsgroepen
latino
inwoner van Zuid-Amerika
etniciteit
groep met gedeelde cultuur, identiteit en/of (veronderstelde) afkomst
culturele diversiteit
verschillende bevolkingsgroepen die zich van elkaar onderscheiden door afkomst en cultuur; afkomst en cultuur zijn vaak nauw verweven
sloppenwijk/favela
wijken waarin bewoners zelf woningen bouwen, haast zonder geld en zonder toestemming van de overheid.
bevolkingsdruk
de mate waarin de bewoners van een gebied beslag leggen op de aanwezige ruimte en hulpbronnen
latifundia
zeer grote landbouwbedrijven
cliëntelisme
Mensen uit de bovenlaag bewijzen een persoon of een groep mensen een dienst in ruil voor politieke steun (stemmen!). De bevoorrechte positie die de elite hierdoor verwerft, wordt gebruikt om zichzelf te verrijken.
informele machtsstructuur
machtsverhoudingen die afgedwongen worden door informele groepen (zoals dorpsgemeenschappen) (informele machtsstructuur) dan wel formele organisaties (zoals de staat) (formele machtsstructuur)
formele machtsstructuur
machtsverhouding die berust op regels en wetten
cashcrops
een kleine groep in de maatschappij met buitengewone voorrechten, waardoor zij op een bepaald gebied (politiek, economisch of cultureel) de hoogste positie inneemt
oligarchie
Regering die bestaat uit een kleine groep rijke en invloedrijke personen die alle macht heeft.
populisme
politieke stroming waarbij een leider zich opwerpt als de stem van ‘het volk’. De gevestigde orde (bijvoorbeeld andere politici, media en de rechterlijke macht) wordt voorgesteld als corrupt en als vijand van het volk.
neoliberalisme
Een ontwikkelingsbeleid gebaseerd op het privatiseren van staatsbedrijven, het verlagen van handelstarieven, het verkleinen / afschaffen van overheidssubsidies, het verlagen van winstbelasting en het afschaffen van regels voor het bedrijfsleven.
democratisering
de bevolking krijgt meer inspraak en medezeggenschap in het bestuur van de overheid
good governance
Een transparante manier van besturen waarbij de bevolking over middelen beschikt om het regeringsbeleid te controleren en te beoordelen.
sociale polarisatie
Proces waarbij de tegenstellingen tussen bevolkingsgroepen steeds sterker worden en leiden tot oplopende spanning en onenigheid.
el niño
Toestand van de equatoriale Grote Oceaan, waarbij oceaanwater richting Peru stroomt en daar opwelling van koud diepzeewater belemmert.
tropisch laagland
laaggelegen gebied met een tropisch klimaat, meestal warm en vochtig en met tropisch regenwoud
selva
Benaming voor het tropisch regenwoud in Zuid-Amerika, het Amazonewoud.