Karakter Flashcards
(41 cards)
1
Q
quality
A
de eigenschap
2
Q
characteristic
A
het kenmerk
3
Q
personality
A
de persoonlijkheid
4
Q
individual (n)
A
het individu (-en, ‘s)
5
Q
mentally
A
geestelijk
6
Q
physically
A
lichamelijk
7
Q
to trust
A
vertrouwen
8
Q
self-confidence
A
het zelfvertrouwen
9
Q
to count on
A
rekenen op
10
Q
ambitious
A
ambitieus
11
Q
creative
A
creatif
12
Q
(a)social
A
(a)sociaal
13
Q
sportive
A
sportief
14
Q
grateful
A
dankbaar
15
Q
fair
A
eerlijk
16
Q
brave
A
moedig
17
Q
enthousiast
A
enthousiast
18
Q
the enthousiasme
A
het enthousiasme
19
Q
saver
A
zuinig
20
Q
intelligent
A
intelligent = slim = verstandig
21
Q
curious
A
nieuwsgierig
22
Q
careful
A
voorzichtig
23
Q
realistic
A
realistisch
24
Q
to dare
A
durven
25
to be afraid of
bang zijn voor = angst hebben voor
26
dominant
dominant
27
stubborn
koppig
28
stupid
dom
29
jealous
jaloers
30
mean
gierig
31
lazy
lui
32
nervous
zenuwachtig = nerveus
33
to interfere with
zich bemoeien met
34
(im)polite
(on)beleefd
35
(im)patient
(on)geduldig
36
arrogant
arrogant
37
friendly
vriendelijk
38
assertive
assertiever
39
sure of oneself
zelfzeker
40
introvert
introvert
41
extrovert
extravert
