lecture 4 Flashcards
(28 cards)
waarom moeten groeimedia alle ingredienten bevatten?
voor optimale groei en microorganisme
wat moet er aanwezig zijn in groeimedia?
- koolstofbron
- energiebron
- stikstofbron
- anorganische zouten
- spore-elementen
wat is gedefinieerde media?
compositie en hoeveelheden precies bekend
wat is complexe media?
exacte samenstelling is niet bekend. bevat ‘rijke’ complexe componenten
wat moet er met media gebeuren voordat ze beent worden?
ze moeten geautoclaveerd worden
wat gebeurt er als er geen stikstof aanwezig is
microorganismen die stikstof uit de lucht kunnen halen, zijn de enige die kunnen groeien
wat zijn 2 voorbeelden van soorten prokaryoten die stikstof binden
- vrijlevende bacterien
- bacterien in symbiose
waar zijn nitrogenases gevoelig voor
zuurstof
hoe zorgt axotobacter minder gevoelig wordt voor zuurstog
zuurstof wordt verderd door ademhaling en verminderde diffusie van zuurstof door slijmlaag
hoe zorgt rhizobium minder gevoelig wordt voor zuurstog
bacteroiden leghaumoglobine (bindt aan zuurstof)
hoe zorgt zyaanobacterien minder gevoelig wordt voor zuurstog
ze vormen heterocysten
wat gebeurt er bij hetersyst-vorming
er is geen fotosynthese 2 (dat produceert zuurstof)
en het is gunstig milieu voor het nitrogenase
heterocysten zijn anoxic
wat is een ander woord voor bi0synthese
anabolisme
wat is katabolisme?
alle processen bij elkaar die ATP opleveren
wat is anabolisme en katabolisme bij elkaar?
metabolisme
exergone reactie
reacties die energie (ATP) opleveren
waar is reducerend vermogen (elektronendonors) essentieel voor?
katabolisme en anabolisme
wat is het verschil tussen chemotroof en fototroof?
energie leveren via moleculen (chemotroof) of via licht (fototroof)
wat is lithotroof?
anorganisme elektronendonor
wat is organotroof?
organisme elektronendonor
wat is autotroof?
anorganisme koolstofbron
wat is heterotroof?
organische koolstofbron
wat is het verschil tussen oxidatie en reductie?
oxidatie is het verliezen van elektronen en reductie is het opnemen van elektronen
wat wordt er bedoeld met redox potentiaal?
de neiging om elektronen te doneren
Hoe hoger (positiever, minder negatief) de
redoxpotentiaal: des te moeilijker de afgifte van
elektronen.