Les 1. Structuur en opbouw van het menselijk lichaam Flashcards
(217 cards)
Waaruit bestaan botten?
Beenmerg en cellen die botopbouw en -afbraak stimuleren of reguleren
Osteoblasten
Bot vormende cellen, maken nieuw bot aan
Osteoclasten
Bot afbrekende cellen, zorgen voor de afbraak van het bot
Verhouding in de botten van kinderen
Positief, zij hebben meer osteoblasten
Verhouding in de botten van ouderen
Negatief, zij hebben meer osteoclasten
Niet-beïnvloedbare factoren die botbalans bepalen
Genetische aanleg, hormonale ziekten, voorgeschreven gebruik van corticosteroïden, overgang
Wat is de invloed van oestrogeen op botten?
Oestrogeen heeft een remmende werking op osteoclasten en osteoblasten
Beinvloedbare factoren die de botbalans bepalen
Voeding, blootstelling aan zonlicht en botbelasting
Mineralen in botten
Onder andere calcium, magnesium en fosfor
Ostopenie
Voorloper op osteoporose waarbij de botdichtheid laag is t.o.v. de leeftijd, te beïnvloeden door leefstijlaanpassingen
Osteoporose
Lage botdichtheid leidend tot broze botten en grote kans op braak
Wanneer is er ongeveer sprake van peak bone mass?
Rond de 30 jaar
Botdichtheid T-score tussen +1 en -1
Prima
Botdichtheid T-score tussen de -1 en -2,5
Osteoponie (verminderde botmassa)
T-score vanaf -2,5
Osteoporose
Hiërarchische opbouw van het lichaam
Cellen - Weefsels - Organen - Orgaanstelsels
Cellen
De kleinste levende zelfstandige eenheden waaruit het lichaam is opgebouwd. Hierin vinden allerlei processen plaats.
Weefsels
Samenwerkende cellen met eenzelfde vorm en functie.
Soorten weefsels
Dekweefstel, steunweefsel, spierweefsel, zenuwweefsel
Orgaan
Opgebouwd uit verschillende weefsels die met elkaar samenwerken, waardoor het orgaan een functie kan verullen.
Orgaanstelsel
Groep samenwerkende organen. Bijv. spijsverteringsstelsel
Functie skelet
Stevigheid en bescherming belangrijkste organen
Welke onderdelen van het lichaam zorgen voor beweging?
Skeletspieren, gewrichten, gewrichtsbanden en pezen
Metabolisme (stofwisseling)
Het vermogen om bepaalde stoffen om te zetten in andere stoffen met als doel het verrichten van een of andere vorm van arbeid.