Les 4 - De Toekomst Flashcards
(95 cards)
1
Q
Printjes/afdrukken
A
Prints
2
Q
Stagiares
A
Interns
3
Q
Luchthaven
A
Airport
4
Q
Minnaar
A
Lover
5
Q
Schilderen
A
To paint
6
Q
Sterven
A
To die
7
Q
Bejaardentehuis
A
Retirement house
8
Q
Besluiten
A
To decide
9
Q
Eenvoudig
A
Simple
10
Q
In ieder geval
A
In any case
11
Q
Verdienen
A
To earn
12
Q
Sparen
A
To save
13
Q
Qua/wat bereft
A
Regarding this
14
Q
Innerlijk
A
On the inside:
Personality/character
15
Q
Uiterlijk
A
On the outside:
Body/physical condition
16
Q
Burgelijk
A
Civil
17
Q
Beleefde
A
Polite
18
Q
Voorspellen
A
To predict
19
Q
Dromen waarmaken
A
To make your dreams come true
20
Q
Zich verhuegen op
A
To look forward to
21
Q
Stemmen op
A
To vote
22
Q
Waarshuwen voor
A
To warn
23
Q
Fluitketel
A
Kettle
24
Q
Fluiten
A
To whistle
25
Snijplank
Cutting board
26
Rimpelig
Wrinkly
27
Meestal
Most of the time
28
Vooral
Mostly/especially
29
Heuse = echt
Really
30
Landhuis
Mansion
31
Ik zit op de school
I attend this school
32
Onderwijs
Education
33
Docent
Teacher --> gender neutral
34
Leraar/lerars
Teacher
1. Masculine
2. Feminine
35
Onderzoeker
Journalist
36
Uitwisseling
Exhange
37
Zaklamp
Flashlight
38
Paraplu
Umbrella
39
Bestaan
To exist
40
Gezonder
Healthy
41
Afscheidfeestje
Goodbye party
42
Ontspannen
To relax
43
Naartoe/ heen
To go to (a specific destination in mind)
44
Om een _ of _
1. uur...elf
2. man...acht
3. stuk...vijf
4. week...vier
```
Around
Plus minus:
11 o'clock
8 people
5 (items)
4 weeks
```
45
Schep
Shovel
46
Snijden
To cut
47
Dunschiller
Potato/apple peeler
48
Schort
Apron
49
Vijzel
Morder and pesel
50
Gordijn
Curtains
51
Vergiet
Strainer
52
Kaars
Candle
53
Afstandbeleiding
TV remote
54
Kist
Chest box
55
Gereedschappen
Tools
56
Geredschapkist
Tool box
57
Hark
Rake
58
Stoffer en blik
Dustpan
59
Plukken
To pick
60
Deeg
Dough
61
Schuur
Garage
62
Onkruiden
Weeds
63
Verwijden
To remove
64
Beroep
Profession
65
Bereiken
To achieve
66
Redden
To rescue
67
Vent
Fellow
68
Kerel
Dude
69
Kruiden
Herbs
70
Overlijden
Passing away
71
Netjes
Decently
72
Besslising
Decision
73
Bejaarde
Elderly
74
Solliciteren
To apply
75
Kies
Tooth
76
Blaffen
To bark
77
Wat betreft
As regards
78
Gieter
Watering can
79
Voegen
To add
80
Schillen
To peel
81
Spatel
Spatula
82
Roeren
To stir
83
Weinig
Little
84
Braden
To roast
85
Op de hoogte zijn
To be aware
86
Schaam
Shame
87
Zich schamen
To be embarassed
88
Stamper
Puree maker
89
Verschrikkelijk
Terrible
90
Fietstochtje
Bike ride
91
Dutje
Nap
92
Lekke band
Punctured tire
93
Huisgenoot
Roommate
94
Beleven
To be polite
95
Ovenschaal
Inside of the oven