Les 6 - De Kust Flashcards
(6 cards)
Getijdengeul
Brengen bij vloed 2x/dag zeewater, geladen met fijn zand en klei, via zeegaten (= opening in kustbarrière) het land binnen, waarna het er bij eb 2x/dag weer uitstroomt
Zandwad
Zone nabij geul of dichter bij de zee (meer stroming) waar bij vloed grover materiaal - fijn zand- wordt afgezet
Slikwad
Iets verder wordt bij vloed dun laagje (enkele mm) overwegend kleiig sediment afgezet; vorming pioniersvegetatie, die dienst doet als klei-opvang
Schorre met kreken
Zone die voldoende hoof is opgeslibd zodat enkel nog overstroomd bij springtij of stormvloed; intense begroeiing met zoutminnende vegetatie, geschikt voor schapen; opengebleven iets lagere delen worden kreken (drainageroute voor water richting geulen)
Kustveenmoeras
Wanneer schorre hoog genoeg opgeslibd zodat quasi nooit meer overstroomd door getij vormt zich zoetwaterlens in ondergrond en ontstaat kustveenmoeras door kolonisatie met riet
Zoutweide
Wanneer gebied niet nat genoeg is evolueert schorre tot zoutweide ipv kustveenmoeras