Lesson 15 Flashcards

(166 cards)

1
Q

meewerken

A

きょうりょく 協力する

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

handig, conventient

A

つごう 都合がいい

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waarderen, belang geven aan

A

~を おもんじる 重んじる

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aandacht/overweging voor

A

きくばり 気配り

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

leren

A

~を おそわる 教わる

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

(iemand) benaderen

A

働きかける

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

comfortabel zijn

A

いごこち 居心地がいい

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

een aspect

A

めん 面

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

werkend, volwaardig lid v maatschappij

A

社会人

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

of eerder, liever

A

ていうか

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

frustratie

A

フラストレーション

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

accumuleren

A

たまる

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

de spijker die uitsteekt wordt neergeslagen; mensen die te veel uitsteken worden gestraft

A

出る杭はうたれる

くい

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

tegenstand, confrontatie

A

たいりつ 対立

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

leuk vinden, verkiezen

A

このむ 好む

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

compromis sluiten

A

だきょう 妥協する

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

als ik de een boven de ander moet kiezen

A

どっちかと言うと

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

poplaire zijn

A

はやる

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

buitenland

A

かいがい 海外

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

technologie

A

ぎじゅつ 技術

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

een indruk achterlaten op (mij)

A

いんしょう 印象に残る

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

veranderen

A

いれかえる 入れ替える

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

verveeld worden

A

あきる 飽きる

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

nieuw product op de markt

A

しんはつばい 新発売

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
nieuw product
しんせいひん 新製品
26
gevoelig, vatbaar voor
びんかん 敏感な
27
rond (iemand), omgeving
とびつく 飛びつく
28
zorg goed voor~
まわり 周り
29
woorden en zinnen
大事にする
30
expressie, uitdrukking
ごく 語句
31
zoals 聞く
いいまわしい 言い回しい
32
dagelijkse conversatie
にちじょうかいわ 日常会話
33
vaak, regelmatig
ひんぱん 頻繁に
34
woordenboek
辞書
35
op deze manier, zo
こんな風に ふう
36
context
ぶんみゃく 文脈
37
oordelen
はんだん 判断する
38
geleidelijk aan, gradueel
じょじょ 徐々に
39
hoe gebruiken, 使い方
使いよう
40
wijd
はばひろい 幅広い
41
in een woord, kort gezegd
ようは 要は
42
stijlvol, chique
いき 粋な
43
suggereren, (plan) voorstellen
ていあん 提案する
44
a man, gast
やつ 奴
45
een geschil hebben, ruzie
もめる
46
goedmaken met, verzoenen
なかなおり 仲直りする
47
zonder veel gedachte
なにげなく 何気なく
48
wanhopig
ひっしに 必死に
49
om ... in ~'s hoofd te hameren
~に・・・を たたきこむ 叩き込む
50
overvloedig, onnadenkend, willekeurig
やたら に
51
(op tv enz) verschijnen
~に とうじょう 登場する
52
op zijn eigen manier
それそうおうに 相応
53
standaard van waarde
かちきじゅん 価値基準
54
echt (really, truly)
じつに 実に
55
speciale uitgave
とくしゅう 特集
56
theorie van natievorming
りっこくろん 立国論
57
schrijden, rondslingeren
かっぽ 闊歩する
58
(in) stoppen; (in) wegzetten
おさめる 収める
59
auteur
ちょしゃ 著者
60
originele titel
げんだい 原題
61
net als~ (just as)
~とおり 通り
62
het algemene/grote publiek
たいしゅう 大衆
63
bruto nationaal product
GNP
64
net als (just like)
~と どうよう 同様
65
power
パワー
66
erkennen
にんち 認知する
67
uitleggen
とく 説く
68
veld, afdeling, tak
ぶんや 分野
69
superkracht
ちょうたいこく 超大国
70
wijzen op
してき 指摘する
71
analyse
ぶんせき 分析
72
theorie
りろん 理論
73
uitbreiding
えんちょうせんじょう 延長線上
74
niet alleen, niet simpelweg
たんに 単に~ではない
75
medium, media
ばいたい 媒体
76
ontvanger
うけて 受け手
77
voorkeur, smaak
このみ 好み
78
iemands gevoel van waarde
かちかん 価値観
79
diep
ふかく 深く
80
(invloed) uitoefenen
およぼす 及ぼす
81
realizeren
じかく 自覚する
82
gedurende (een periode)
~にわたり
83
strategisch
せんりゃくてき 戦略的
84
cultiveren, ontwikkelen (bv. een skill)
のばす 伸ばす
85
gemaakt in Japan
にほんせい 日本製
86
elektronisch instrument, gadget
でんしきき 電子機器
87
loven, ophelmen
もてはやす
88
architect
けんちくか 建築家
89
modeontwerper
デザイナー
90
mate van naamsbekenheid
にんちど 認知度
91
opheffen
あげる 上げる
92
huidige
現在の
93
toestand, omstandigheid
じょうきょう 状況
94
kracht v/e natie
こくりょく 国力
95
herkennen
にんしき 認識する
96
absorberen
きゅうしゅう 吸収する
97
imiteren (meer formeel)
もほう 模倣する
98
transformeren
へんけい 変形する
99
(een idee enz) overnemen (adopt)
とりいれる 取り入れる
100
goed zijn in
とくい 得意な
101
imiteren (meer informeel, gesproken)
まね 真似する
102
onverschillig zijn
むとんちゃく 無頓着
103
regels
きまり
104
vol met (bv. fouten)
~だらけ
105
Thailand
タイ
106
indruk
いんしょう 印象
107
hoofdstad
首都
108
Bangkok
バンコク
109
vuil
きたない 汚い
110
luidruchtig
やかましい
111
verspreiden
ひろがる 広がる
112
volledig omgekeerde
せいはんたい 正反対
113
observeren, gehoorzamen
まもる 守る
114
strikt
げんかく 厳格に
115
bezwaar, tegenargument
はんろん 反論
116
er is geen plaats voor~
~のよちがない 余地がない
117
gezond verstand
じょうしき 常識
118
juist, rechtvaardig
せいとう 正当な
119
geen match zijn, niet kunnen winnen
~には かなわない
120
over, omtrent
~に かかわる
121
werk zoeken, banenjacht
しゅうしょくかつどう 就職活動
122
voor een bep reden
なぜか
123
pas afgestudeerde
しんそつしゃ 新卒者
124
ietwat lang
ながめに 長めに
125
wreed, harteloos
れいこく 冷酷な
126
uit zijn (to be out of)
~から はずれる 外れる
127
uitmuntend, getalenteerd
ゆうしゅう 優秀な
128
persoon m talent
じんざい 人材
129
vast geloven
かくしん 確信する
130
grappig, komisch
こっけい 滑稽な
131
verwarming
だんぼう 暖房
132
airco
れいぼう 冷房
133
afzetten
けす 消す
134
af en toe, soms
たまに
135
een beetje
やや
136
vooraf, van tevoren
あらかじめ
137
de regels naleven
じゅんしゅ 遵守する
138
chilly
はださむい 肌寒い
139
effectief te werken
きく 利く
140
bovendien (= もっと)
さらに
141
koud/koel zijn
ひんやりとする
142
(iemand's) schoot
ひざ
143
dekentje
もうふ 毛布
144
~ ophangen
かける 掛ける
145
stomverbaasd zijn
あきれる
146
onder de indruk zijn
感動を覚える
147
ontevredenheid
ふまん 不満
148
moeilijk om te (= ~にくい)
~づらい
149
verklaren, definitief zeggen
言い切り
150
niet om kieskeurig te zijn
~にこだわらない
151
perspectief
しや 視野
152
een oordeel maken
はんだんをくだす 判断を下す
153
mogelijkheid
かのう 可能
154
(iemand) vastbinden
しばる 縛る
155
psychologisch
せいしんてき 精神的に
156
kamer, ruimte
よゆう 余裕
157
bevrijden
かいほう 解放する
158
aangenaam gevoel
かいかん 快感
159
spreken/spreken over, vertellen (= 話す)
かたる 語る
160
bijna
ほぼ
161
materialen; ingrediënten
ざいりょう 材料
162
het koken
ちょうり 調理
163
ontwikkeling
はってn 発展
164
bewustzijn, gewaarzijn
いしき 意識
165
gewoon worden aan~
~に なじむ
166
gefrustreerd worden
いらいらする