Lesson 6-3-4 Flashcards

(8 cards)

1
Q

Spectometry 8

A

Atomen en moleculen kunnen van energietoestand wisselen, ter verschil van de grondtoestand, door straling absorberen of emitten, exitatie.
Voor atomen veel energie nodig, voor moleculen minder.
Rotaties, vibraties, overgang van valentieelectronen, verbreken van verbindingen.
Energieniveaus.
Kwantificeerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Spectrometry berekeken 11

A

Delta E = hv = hc/lambda.
Kwalitatieve en kwantitatieve ondersoekingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Kwantitatieve spectromtische analyse 12

A

Absorptie van monochromatische straling, cuvet.
Transmissie T, intensiteit uittredende straling gedeeld door intensiteit intredende straling.
Extincie E is -log T.
Absorptie is 1 - T.
Wet van Lambert-Beer E = moleculaire extinctiecoefficient x concentratie x lengde.
Kwantitattieve analyse met ijklijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Atoomspectrometrie, methoden (4), wat meten wij? 13

A

Spectra met scherpe lijnen. Atomatiseren met een flam of inductief opgewekt plasma.
1. Atoomabsorbtiespectrometrie (AAS). Kwantitative
2. Atoomemissiespectrometrie (AES). Kwantitative en kwalitative
3. Atoomflurescentiespectrometrie (AFS)
Atomiseren, flam, plasma. Weinig gebruikt.
4. Røntgenfloroscentie (XRF). Faste monsters, kwantitative en kwalitatieve.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Atoomabsorbtiespectometrie. Hoe gaat het? 14

A

Straling maken die hoort bij een element. Als die element in een monster aanwezig is zal de straling worden geabsorbeerd.
Holle kathode lampe.
Voor het atomiseren van het monster kunnen vlammen en holle oventjes worden gebruikt.
Vaste monsters worden vloeibaar gemaakt.
Lambert-Beer.
Zware metallen in zeewater.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Atoomemissiespectrometrie. ICP 15

A

Met inductively coupled plasma, temperatuur, tot 9000K, wordt de monster tot neveling gebracht en stuurt emissies uit. Golflengtes sequentieel met monochromateur of simultaan met polychromateur.
Laser ablation voor vaste monters.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Atoomfluroscentiespectromotrie 17

A

Atomen aanslaan met laser. Emissies. Flurosceneit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Røntgenanalyse. Røntgenfluroscentiestraaling 18

A

Hoog energie door versnelling. Slaat de binnenste electronen, de rompelelectronen, los van vaste monsters. Kwantitatief en kwalitatief.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly