Leven In Nl Hfst 3 Par1 Flashcards
(6 cards)
1
Q
Wanneer is een stad een stad
A
- Ruimtelijk: hoog intensief grondgebruik
2. Functies: wonen, werk, verkeer, recreatie, bestuur
2
Q
Reikwijdte
A
Max afstand die iemand wil afleggen om gebruik te maken van een voorzieningen
3
Q
verzorgingsgebied
A
het gebied dat verzorgt wordt door een voorziening
4
Q
urbanisatie leidt tot
A
- wanneer een stad tegen omringende plaatsen groeit ontstaan een agglomeratie
5
Q
krimpregio (limburg)
A
- lager geboortecijfer
- jonge mensen gaan naar randstad
- -> vergrijzing
- voorzieningen verdwijnen
- regio is minder aantrekkelijk voor bedrijven
- minder nieuwbouw
- lagere huizenprijzen
- vraag naar ander soort woningen
6
Q
groei regio (flevoland)
A
- grotere vraag woningen
- -> tekort betaalbare woningen