Management 5 Flashcards

1
Q

wat doet een actieplan

A

stuurt de onderneming dagelijks in de juiste richting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat doel een planning

A

Nu beslissingen nemen betreffende de toekomst

Relevante informatie: intern en extern

Ordenen en coördinatie van activiteiten: eenheid van leiding

Beheersen van de handelingen = controle en feedback

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is een strategische planning

A

hoge kader
langetermijnplanning/langetermijnvisie maken
5-10j

vb. PMC, productontwikkeling, fusieplan, samenwerkingsplan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is een organisatorische/ tactische planning

A

middenkader
zorgen ervoor dat strategische planning uitgevoerd kan worden
1-5j

vb. personeelsplan, investeringsplan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is een operationele planning

A

lage kader
zorgt dat organisatorische planning per jaar kan uitgevoerd worden
tot 1 jaar

doormiddel van acties van een afdeling of medewerker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is MBE

A

management by exception (als alles goed loopt): enkel optreden als er iets gebeurd voor de rest alles laten zoals het is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is MBO

A

management by objectives (doelen stellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is MBD/C

A

management by direction and control: je bent er elke dag nodig om te dirigeren en te controleren, manger speelt kort op de bal en zegt wat er moet gebeuren en controleert of het gebeurt

(bedrijven waar het slecht gaat, veel nieuwe werknemers, etc)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is MBWa

A

management by walking around: als baas af en toe bv in productiehallen/ fabriek is gaat kijken, niet om te controleren maar om te vragen, horen bij werknemers zelf wat er zou kunnen veranderen

(voordeel medewerker voelt zich gewaardeerd, krijgt aandacht, kan vertellen wat er op zijn lever ligt, baas kan zien terwijl hij rondloopt wat er fout loopt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is externe afstemming, door wie wordt dit gedaan

A

afstemming van de organisatie op de omgeving

strategisch management

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is interne afstemming en door wie gebeurt dit

A

Afstemming tussen individuele werknemers, machines en hulpmiddelen

gebeurt door: organisatie

Hoe: organisatiestructuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat zijn de twee elementen waaruit een organisatiestructuur bestaat

A

organieke structuur
perosnele structuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de organieke structuur

A

Alle werkzaamheden over functies verdelen

Organen vormen waarbinnen functies vervuld worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is de personele structuur

A

Hiërarchische verhoudingen bepalen
Bevoegdheden bepalen
Personele bezetting
Communicatielijnen vastleggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

waarom werken mensen samen in een organisatie

A

bedrijfsdoelen verwezelijken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat noemt men de situatie waar men niet allemaal hetzelfde werk doet

A

arbeidsverdeling

17
Q

wat is verticale differentiatie

A

een ondernemer neemt ondergeschikten aan, verdeelt het werk en gaat zelf leiding geven.

18
Q

wat is horizontale differentiatie

A

ondernemer splitst werk op (door bep. criterium) en elke ondergeschikte krijgt zijn eigen specialisatie.

19
Q

wat wordt er verdeeld in een organieke structuur iver personen en afdelingen

A

Taken
Bevoegdheden
Verantwoordelijkheden

20
Q

waar zorgt de organieke structuur nog voor buiten, taken, verantwoordleijkheden en bevoegdheden

A

de relaties tussen die personen en afdelingen

21
Q

wat noemt men het als er veel horizontale en verticale takenverdeling is

A

routinewerk

22
Q

wat heb je als er weinig verticale takenverdeling is maar veel horizontale takenverdeling

A

professionele werkers

23
Q

wat heb je als er weinig horizontale takenveredling is maar veel verticale

A

onderhoudsdienst
lager management

24
Q

wat als er weinig vericale en horizontale takenverdeling is

A

topmanagement

25
Q

wat zijn 3 technieken om mensen te motiveren

A

taakverruiming
taakverrijking
taakroulatie

26
Q

wat is taakverruiming

A

elementen van kwalitatief gelijk niveau worden aan de taak toegevoegd

27
Q

wat is taakverrijking

A

elementen van kwalitatief hoger niveau worden aan de taak toegevoegd

28
Q

wat is taakroulatie

A

medewerkers wisselen onderling taken uit