Medische terminologie / oefeningen Flashcards

(238 cards)

1
Q

a. cerebri media =

A

middenste hersenslagader

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

a. pulmonalis =

A

longslagader (arteria pulmonalis)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

a. renalis

A

Nierslagader

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

aa. renales =

A

nierslagaderS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Aerocolie

A

lucht in de darmen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

aerofagie =

A

lucht inslikken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

amenorree

A

geen menstruatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

analgesie =

A

geen pijngevoel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

analgeticum

A

medicatie die ervoor zorgt dat er geen pijngevoel meer is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

anencephalie =

A

geen grote hersenen (wel hersenstam)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

anti-emetica

A

medicatie tegen braken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

antivirale medicatie =

A

medicatie tegen een virus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

apnee

A

niet ademen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

arteria cerebri posterior

A

achterste hersenslagader

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

arteria mammaria =

A

slagader van de borst(klier)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

arteriitis

A

ontsteking van de slagader(wand)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

arteriografie =

A

een RX foto van de slagaders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Arthrose

A

Verslijten van gewrichten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Arthrotomie

A

Gewrichtsinsnede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

artralgie =

A

gewrichtspijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Artrodese

A

vastzetten van een gewricht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

artroplastie =

A

herstel van het gewricht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

artroscopie

A

kijkoperatie in het gewricht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

artrotomie

A

operatie van het gewricht met grote insnede

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
bacteriociede en bacteriostatische antibiotica =
bacteriedodende en bacterieremmende antibiotica
26
bilaterale mastectomie =
wegnemen van de 2 borsten
27
bilaterale pyelonefritis =
ontsteking van nierbekkens
28
bradycardie =
trage hartslag
29
carcinogene medicatie
medicatie die kankerverwekkend is
30
cardiomegalie
vergroot hart
31
cardiomyopathie =
hartspieraandoening
32
celhyperplasie =
er worden meer cellen bijgemaakt (voorloper van tumor)
33
cerebellaire tumor =
tumor in de klein-hersenen
34
Cerebraal abces
Abces in de hersenen
35
cholecystectomie =
verwijderen van de galblaas
36
Cholecystitis
Galblaasontsteking
37
cholecystolithiase =
gal(blaas)stenen
38
Cholelithiasis
Galstenen
39
cholestase =
ophopen van gal(vocht); niet meer afvloeien van gal
40
Chondromalacie
Ziekte van het kraakbeen
41
Colectomie
Verwijderen van dikke darm
42
colitis
ontsteking van de dikke darm
43
coloscopie =
kijkonderzoek van de dikke darm
44
colporraphie =
een naad aanbrengen in de vagina (operatie)
45
colposcopie =
kijkonderzoek van de vagina
46
Coprocultuur
Stoelgangkweek
47
coronair arterie =
kransslagader, slagader van het hart
48
cystitis =
blaasontsteking
49
cystografie
RX onderzoek waarbij men een foto van de blaas maakt
50
Cystoscopie
Kijkoperatie in de blaas
51
Cystostomie
Verbinding van de blaas met de huid
52
Duodenoscopie
Kijkoperatie van 12vingerige darm
53
Dyspepsie
Moeilijke spijsvertering
54
dyspnee =
moeilijkheden met ademen
55
encephalitis
hersenontsteking
56
endarteriectomie =
wegnemen van de binnenkant van de slagader
57
endocarditis
ontsteking van de binnenkant van het hart (hartkleppen)
58
endorotatie
naar binnen draaien
59
endovasculaire arterioplastie =
herstel van de slagader via de binnenkant van het bloedvat
60
erytropoese =
aanmaken van rode bloedcellen
61
euthyroid
een normaal werkende schildklier
62
faryngitis
ontsteking van de keelholte
63
flebitis =
ontsteking van de ader(wand)
64
flebografie =
een RX foto van de aders (=venen)
65
Gastrectomie
verwijderen van de maag
66
Gastritis
Maagontsteking
67
gastropathie
aandoening van de maag
68
gastroscopie =
kijkonderzoek van de maag
69
Glomerulonefritis
Nierkluwensontsteking
70
glucosurie
glucose in de urine
71
hematoom
bloeduitstorting (= collectie van bloed)
72
hematurie
bloed in de urine
73
hemiplegie =
halfzijdige verlamming
74
hemocultuur =
bloedkweek
75
hemolytische anemie
bloedarmoede door het kapot gaan van de rode bloedcellen
76
hemostase =
stoppen/stelpen van een bloeding
77
Hepatitis
Leverontsteking
78
hypercalcemie
teveel calcium in het bloed
79
hypercalciurie =
teveel calcium in de urine
80
hypercholesterolemie =
teveel aan cholesterol in het bloed
81
hyperemesis =
(overdreven) veel braken
82
hyperparathyroidie =
te snel werkende bijschildklier
83
hypertensie
hoge bloeddruk
84
hyperuricemie
teveel urinezuur in het bloed
85
hypoalgesie =
verminderd pijngevoel
86
Hypokaliemie
te weinig kalium in het bloed
87
hypomenorree =
weinig bloedverlies tijdens de menstruatie
88
Hyponatriemie
Te weinig natrium in het bloed
89
hypopnee
oppervlakkig ademen
90
Hypotensie
Te lage bloeddruk
91
Hypothyroidie
Te traag werkende schildklier
92
hysterectomie =
verwijderen van de baarmoeder
93
hysteroscopie
onderzoek van de baarmoeder met camera
94
Ileïtis
Ontsteking van ileum - laatste deel van dunne darm
95
intracerebrale bloeding =
bloeding in de hersenen
96
intraveneuze pyelografie =
een RX foto van het nierbekken met toediening van contraststof via de ader
97
ischemisch hartlijden =
hartlijden door een tekort aan bloed(toevoer)
98
jejunocolostomie =
verbinding tussen het jejunum (= stuk dunne darm) en het colon (= dikke darm)
99
Jejunostomie
Verbinding van nuchtere darm met de huid
100
Laparoscopie
Kijkoperatie in de buik
101
laparotomie
buikoperatie met grote insnede
102
laryngectomie =
wegnemen van het strottenhoofd
103
laryngitis
ontsteking van het strottenhoofd
104
larynxcarcinoma =
kwaadaardig gezwel van het strottenhoofd
105
leucocyt
een witte bloedcel
106
linker hemi-colectomie
Wegnemen van de linkerhelft van de dikke darm
107
lipoma
goedaardig gezwel van vet
108
lumbalgie =
pijn in de lage rug
109
macrocytaire anemie
bloedarmoede met aanwezigheid van te grote rode bloedcellen
110
Mastitis
borstontsteking
111
Mastodynie
pijn aan de borsten
112
meningeoma =
goedaardig gezwel van de hersenvliezen
113
Menorhagie
Overvloedige maandstonden
114
menorragie =
overvloedig bloedverlies tijdens de menstruatie
115
microalbuminurie =
zeer kleine hoeveelheid albumine in de urine
116
microcytaire anemie
bloedarmoede met de aanwezigheid van abnormale kleine rode bloedcellen
117
mm. intercostales
tussenribspieren
118
mononeuritis =
ontsteking van 1 zenuw
119
Monoparese
1 lidmaat die verlamd is
120
Myalgie
Spierpijn
121
myoom =
goedaardig spiergezwel
122
myopathie =
spieraandoening
123
Myositis
Spierontsteking
124
Nasale spraak
Spreekt door de neus
125
Nefrectomie
Verwijderen van een nier
126
Nefrolithiase
niersteen
127
nefrolithiasis
nierstenen
128
Nefrologie
Studie of leer van de nier
129
nefrostomie
verbinding van de nier met de huid
130
Neuralgie
Zenuwpijn
131
neurologie =
wetenschap/leer/studie van de zenuwen
132
odynofagie
pijn bij het slikken
133
Oesophagitis
Slokdarmontsteking
134
Orchidectomie
Verwijderen van 1 teelbal
135
Orchidectomie
verwijderen van de teelballen
136
orchitis =
ontsteking van de teelbal
137
orthopnee =
moeten rechtop zitten om te kunnen ademen
138
osteopenie =
tekort aan bot
139
Osteoporose
Beenbroosheid
140
ovarieel abces =
abces op de eierstok
141
paraparese =
horizontale verlamming (bv: 2 benen verlamd)
142
Parathyroidectomie
Verwijderen van de bijschildklieren
143
partiële hepatectomie =
gedeeltelijke wegname van de lever
144
per os =
via/langs de mond
145
percutane ureterotomie
insnede in de urineleider doorheen de huid
146
pericarditis =
ontsteking van het hartzakje
147
perorale toediening
toediening via/langs de mond
148
Pleurodese
longvliezen vastzetten
149
pneumopathie
longaandoening
150
pneumopathie
longaandoening
151
Polyneuritis
Ontsteking van meerdere zenuwen
152
polyneuropathie
aandoening aan meerdere zenuwen
153
Polypnee
Te snel of te diep ademen
154
proctitis
ontsteking van de aars
155
Proctologie
Studie of leer van de anus
156
progressieve dysfagie =
steeds toenemende slikproblemen
157
Pyelitis
Nierbekkenontsteking
158
quadriparese =
verlamd aan 4 ledematen
159
renale dysplasie
abnormale vorming van de nier
160
RX thorax =
RX foto van de borstholte
161
Salpingitis
Eileider onsteking
162
salpingotomie =
een insnede in de eileider (operatie)
163
Sialorhoe
Kwijlen
164
spierhypertrofie =
spiercellen worden groter (en spier wordt dus dikker)
165
subacute glomerulonefritis =
wat minder acute ontsteking van de nierfilters
166
subchondraal
onder het kraakbeen
167
Subchondraal bot
bot onder het kraakbeen
168
sublinguale toediening
toediening onder de tong
169
submammaire roodheid
roodheid onder de borst(en)
170
subtotale thyroidectomie
bijna heel de schildklier wordt weggenomen
171
tachypnee =
snelle ademhaling
172
Tendinitis
Peesontsteking
173
Tendinopathie
Peesaandoening
174
terminale ileitis =
ontsteking van het laatste deel van de dunne darm
175
Thoracoscopie
Kijkoperatie in de borstholte
176
thyroiditis =
schildklierontsteking
177
transoesofageale echografie
echografie langs de slokdarm
178
Tromboflebitis
Aderontsteking met bloedklonter
179
trombopenie
tekort aan bloedplaatjes
180
unilaterale orchidectomie
verwijdering van 1 teelbal
181
unilaterale pneumectomie =
verwijderen van 1 long
182
uretero-ileo-cutaneostomie
een verbinding tussen de urineleiders, een dundarmlis en de huid
183
Uretero-pyelografie
Rx foto van urineleider en nierbekken
184
ureterostomie
verbinding van de urineleider met de huid
185
Ureterotomie
Insnede in urineleider
186
Uretritis
Urinebuisontsteking
187
uterusmyoom
goedaardig spiergezwel in de baarmoeder
188
v. gastrica =
maagader
189
Vaginitis
Ontsteking van de vagina
190
vv. pulmonales =
longaderS
191
Xerocheilie
Droge lippen
192
Cardiomyopathie
Hartspieraandoening
193
Dysmenorree
pijn bij de maandstonden / moeilijkheden met de menstruatie
194
vv. renales
nieraders
195
Tachycardie
Snelle hartslag
196
Pollakisurie
frequent moeten gaan plassen
197
Hematemesis
bloed braken
198
Extra-uteriene zwangerschap
zwangerschap buiten de baarmoeder
199
Intramusculair
in de spier
200
Conservatieve behandeling
= allerlei zaken die men zal voorschrijven ter behandeling (zoals rust, ijs, medicatie, infiltraties, oefeningen bij de kinesist,…), maar geen operatie.
201
Hydrops
= vochtopstapeling in een gewricht
202
Degeneratief
= de werking en structuur van de weefsels gaan geleidelijk achteruit door veroudering, door slijtage
203
Pathogenese
= het ontstaansmechanisme van een ziekte
204
Morbiditeit
= een maat voor beperkingen, ziekte, restletsels
205
Comorbiditeit
= het voorkomen van twee aandoeningen/ziekten bij een persoon
206
Prevalentie
= het aantal ziektegevallen op een bepaald tijdstip
207
dextra
rechts
208
Sinistra
links
209
resorberen
= opnemen, afbreken
210
progressief
= steeds meer
211
bursitis
ontsteking van de bursa
212
anteflexie
naar voor buigen
213
retroflexie
naar achter buigen
214
endorotatie
naar binnen draaien
215
exorotatie
naar buiten draaien
216
pronatie
(= handpalm naar beneden draaien; voetzool naar lateraal draaien)
217
supinatie
(= handpalm naar boven draaien; voetzool naar mediaal draaien)
218
CT
Computertomografie
219
NMR
nucleaire magnetische resonantie
220
MRI
magnetische resonantie imaging
221
KST
kernspintomografie
222
EMG
Electromyografie
223
gerefereerde pijn.
Pijn ergens anders in het lichaam voor probleem ergens anders in lichaam
224
Osteofyten
- Herstellen ontstaat in kraakbeen- en botwoekeringen botwoekering aan de zijkant van een gewricht
225
Analgeticum
Pijnstiller
226
DMARD
Disease-Modifying Anti-Rheumatic Drugs
227
ankylosering
Verstijving van gewricht
228
fasciotomie
chirurgisch doorsnijden van de spierfascia
229
avasculair
= geen bloedtoevoer, zonder bloed
230
hemartros
= bloeduitstorting in een gewricht
231
hydrops
= vochtopstapeling in een gewricht
232
paresthesieën
tintelingen
233
tendosynovitis
peesschede-ontsteking (= gootje waarin de pees loopt dat ontsteekt)
234
Anorexie
betekent geen eetlust
235
regurgitatie
terugstroming van maaginhoud door motiliteitsstoornissen
236
pyrosis
“zuurbranden” of een branderig gevoel vanuit de maagstreek
237
Foetor ex ore
de patiënt een onaangename geur in de mond heeft
238
acidose
verzuring (van het bloed)