Mis Flashcards

(80 cards)

1
Q

state, condition

A

toestand

-zijn toestand is niet levensbedreigend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

harmful

A

schadelijk, gevaarlijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

sufficient

A

volledig, genoeg —-> ant. onvolledig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

insight

A

inzicht

  • inzicht krijgen, hebben
  • door onderzoek meer inzicht krijgen in de schadelijke gevolgen van een stof
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

to lose something/game

A

verliezen (verloor, heeft,is verloren)

  • Ik heb mijn sleutels verloren.`
  • verloren en gevonden voorwerpen
  • # winnen
  • Als ik met mijn zoon dam, verlies ik altijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

to connect

A

aansluiten
(sloot aan, heeft aangesloten)

  • een computer aansluiten op een netwerk
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

necessarily

A

per se

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

findings

A

bevindingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

to prove

A

bewijzen
(bewees, heeft bewezen)

  • Kun je bewijzen dat je al zestien bent?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1- to confirm

2- to fix

A

bevestigen
(bevestigde, heeft bevestigd)

1-

  • een afspraak bevestigen
  • Hij vroeg of ik ook kwam, en dat bevestigde ik.

2- vastmaken
- een foto met een punaise aan de muur bevestigen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

to reject

A

1 - afkeuren
2 - weigeren (weigerde , heeft geweigerd)
- Ze weigerde alle hulp.

3- verwerpen (verwierp , heeft verworpen)
- Het voorstel werd met een meerderheid van stemmen verworpen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

suggestion

A

voorstel

  • Mijn voorstel is om eerst te gaan eten.
  • een voorstel doen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

to accuse

A

beschuldigen (heeft beschuldigd)

  • iemand beschuldigen van diefstal
  • iemand valselijk/vals beschuldigen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

to complain (ghor zadan)

A

mopperen (heeft gemopperd)

- mopperen op de scheidsrechter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

to estimate

A

inschatten (heeft ingeschat)

  • inschatten dat de kosten wel zullen meevallen
  • een inschatting maken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

to cover

A

bedekken (heeft bedekt)

- bedekt met een dikke laag stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

to experience, to witness, to go through

A

meemaken (heeft meegemaakt) = ervaren

  • Ik heb ervan gehoord, maar ik heb het nooit zelf meegemaakt.
  • Ze is nog jong, maar ze heeft al heel wat meegemaakt.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

to hide

A

verstoppen (heeft verstopt) = verbergen

  • een cadeautje verstoppen
  • zich verstoppen achter een boom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

to secure

A

beveiligen (heeft beveiligd)

  • een huis beveiligen tegen inbraak
  • iemand die wordt bedreigd (threatend) beveiligen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

to threaten

A

bedreigen (heeft bedreigd )

  • iemand bedreigen met een pistool
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

to express

A

uiten (uitte, heeft geuit)

  • je mening uiten over de ontwikkelingen
  • moeite hebben om je gevoelens te uiten
  • je zorgen uiten over de bezuinigingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

opinion

A

mening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

baased, founded

A

gebaseerd op

- Dat programma is gebaseerd op een samenwerkingsmodel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

approach –> come close

approach –> contact

A
benaderen: benaderde, heeft benaderd = 
approach, come close
- vriendelijk benaderd worden,
- iemand voorzichtig benaderen
- een wereldrecord benaderen 

approach, contact:
- de personeelschef benaderen voor een loonsverhoging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
to consider
1- overdenken (overdacht, heeft overdacht) over iets nadenken - een voorstel overdenken voordat je een beslissing neemt
26
slow
traag
27
object, item, article
voorwerp
28
in advance, first, beforehand
vooraf # achteraf - We moeten vooraf het effect op de gezondheid evalueren. - Vooraf gingen we even koffie drinken.
29
to reject, disapprove
afkeuren # goedkeuren keurde af, heeft afgekeurd - Daarom moeten we dit verslag afkeuren.
30
statement, disclosure
mededeling | - Er worden geen mededelingen gedaan over de toestand van het slachtoffer
31
inzet
1- effort, 2- commitment 1) moeite die je doet Voorbeeld: je werk met veel inzet doen 2) doel dat je wilt bereiken Voorbeeld: De inzet van de vakbonden is een loonsverhoging van vier procent.
32
to hide
verbergen (verborg, heeft verborgen) - `een schat op zolder verbergen`, - `zich verbergen achter een boom`
33
to involve, to engage
betrekken (betrok, betrokken) - Ik betrek mijn collega's bij belangrijke beslissingen.`, - `Ik voel mij betrokken bij de gang van zaken op school.`, - `iemand betrekken in de voorbereiding van een feest`, - `We moeten proberen ook de jongeren te betrekken.
34
in my opinion
volgens mij | wat mijn betreft
35
weak - strong
zwak - sterk
36
to replace
vervangen (verving, heeft vervangen) De tunnel vervangt de oude brug.`, `Zij zal hem tijdelijk vervangen.` `Wanneer ga je nu eindelijk die lamp vervangen?`
37
support, help
ondersteuning - Van de overheid verwacht hij geen enkele financiële ondersteuning.`
38
to support
ondersteunen (ondersteunde, heeft ondersteund) = steunen - een oude heer ondersteunen bij het lopen - iemand financieel ondersteunen
39
unless
tenzij - Ik kom morgen, tenzij ik moet werken.
40
despite
ondanks (iets) - ondanks de storm gaan fietsen
41
take precautionary actions
voorzorgsmaatregelen nemen
42
gift
geschenk, cadeau
43
to resign
ontslag nemen - ontslag nemen als je een andere baan hebt gevonden`
44
suspicious, unreliable
verdacht (niet betrouwbaar) - Dat vlees ziet er verdacht uit, volgens mij is het bedorven.`
45
it's possible
zou kunnen
46
progress
voortgang - `Hoe staat het met de voortgang van het project?`, - `voortgang maken met iets`
47
to save, to store
opslaan (sloeg op, heeft opgeslagen) - `gegevens opslaan in een database`, - `een deel van je meubels opslaan als je tijdelijk in het buitenland gaat wonen`
48
urgent
dringend - een dringend telefoontje
49
to complete
afronden (rondde af, heeft afgerond) = afmaken, voltooien - `je studie binnen een jaar afronden
50
purpose
doeleind
51
rather, relatively
behoorlijk, redelijk
52
to deliver
afleveren (heeft afgeleverd) = bezorgen - een doos wijn afleveren`
53
to find out
uitvinden - een nieuwe methode uitvinden om bederfelijke spullen gezonder te bewaren` - `Ik weet nog niet hoe ik daar moet komen, maar dat vind ik nog wel uit.`
54
existing
bestaand
55
to distinguish
onderscheiden (heeft onderscheiden) - twee soorten kamelen onderscheiden, namelijk met één en met twee bulten`
56
enable, activate, turn on
inschakelen (heeft ingeschakeld) # uitschakelen - de verwarming inschakelen
57
belonging, possession
bezitting - `met achterlating (leaving behind) van alle persoonlijke bezittingen`
58
ocassionally, once in a while
af en toe
59
to exclude
1- uitzonderen (zonderde uit, heeft uitgezonderd) - Dat voorval (incident) wordt van die regel uitgezonderd. 2- uitsluiten ( sloot uit, uitgeloten) - een speler uitsluiten van deelname aan de komende wedstrijden wegens (due to = vanwege, door) wangedrag (slecht, vervelend gedrag)
60
to disrupt, interrupt, disturb
verstoren (verstoorde, heeft verstoord) - We willen dat proces niet verstoren.
61
upside down
ondersteboven = met de bovenkant naar beneden - een glas per ongeluk ondersteboven op tafel zetten
62
to remove
werwijderen = weghalen - Fietsen die in de weg staan, worden verwijderd.
63
to spend
1- time doorbrengen - je vakantie doorbrengen in het buitenland`, - je zaterdag doorbrengen met sporten` 2- besteden (besteedde, heeft besteed) verbruiken (voor iemand of iets) - `veel geld besteden tijdens je vakantie`, - `tijd besteden in een stad`
64
to smoothen, facilitate, ease, relax
versoepelen (versoepelde, heeft/is versoepeld) - Door deze oefeningen versoepelen je heupen. - `De banken versoepelen de kredietnormen voor bedrijven.`, - `voorwaarden versoepelen`
65
requirements, conditions, terms
voorwaarden - `Plezier in je werk is een voorwaarde voor succes.`, - `aan een voorwaarde voldoen (to meet, fulfil)`
66
let alone...
laat staan
67
to spoil, to corrupt
bederven (bedierf, heeft/is bedorven) = rotten - Hij wil de verrassing niet bederven. - `Zet het vlees in de koelkast anders bederft het.`
68
to poison
vergiftigen (vergiftigde, heeft vergiftigd) - iemand met arsenicum vergiftigen * vergiftigd * vergiftiging
69
compared to
ten opzichte van
70
to decrease
dalen (daalde, heeft gedaald) - `dalende vliegtuigen`, - `dalende prijzen`, - `een dalende temperatuur * daling # stijging
71
to increase
stijgen (steeg, heeft gestegen) - `De prijzen zijn alweer gestegen.`, - `Huizenkopers hebben een stijgende waardering voor deze wijk.
72
to spread
verspreiden (verspreidde, heeft verspreid) - het nieuws verspreiden
73
to commit (a crime)
plegen (pleegde, heeft gepleegd) - een moord plegen`, - `een overval plegen
74
aimed at, focused on
gericht (op) - reclame die op rijke ouderen gericht is - De commissie zal gerichte maatregelen op de korte termijn voorstellen.
75
oral, orally
mondeling - `mondelinge examens`
76
original, originally, initially
oorspronkelijk - oorspronkelijk uit Spanje komen, maar nu de Belgische nationaliteit hebben`, - `De oorspronkelijke versie van het boek was veel langer; het is sterk ingekort.`
77
so-called
zo-genaamde
78
following something, ...
naar aanleiding van iets - Naar aanleiding van uw advertentie, schrijf ik u dat ...`
79
known, famous
bekend - een bekende acteur`, - `bekende Nederlander`,
80
to exempt
vrijstellen (stelde vrij, heeft vrijgesteld) - `iemand vrijstellen van militaire dienst`, - `iemand vrijstellen van het betalen van belastingen` * vrijstelling - een fiscale (tax) vrijstelling`