Moeilijke kaartjes

Question 1

Status mentalis

Answer 1

Symptomen

Question 2

Eerste generatie kwaliteitsdenken

Answer 2

Procedures

Question 3

Tweede generatie kwaliteitsdenken

Answer 3

Perspectief patiënt

Question 4

Derde generatie kwaliteitsdenken

Answer 4

Maatschappelijk perspectief

Question 5

Interval

Answer 5

Gelijke afstand 0 heeft waarde

Question 6

Ratio

Answer 6

Gelijke afstand 0 = afwezigheid

Question 7

Ordinaal

Answer 7

Orde in categorieën, geen meetbaar verschil

Question 8

Discrete variabele

Answer 8

Kan geen half iets zijn.

Question 9

Continue variabele

Answer 9

Kan elk komma getal zijn

Question 10

Meso

Answer 10

Organisatie grootte

Question 11

Micro

Answer 11

Individueel niveau

Question 12

Macro

Answer 12

Nationaal niveau

Question 13

Kluwen model

Answer 13

Gecoördineerde samenwerking

Question 14

Dienstenmodel

Answer 14

Één hoofdbehanderlaar

Question 15

Transfermodel

Answer 15

Elke schakel heeft zijn eigen hoofdbehandelaar

Question 16

Antidepressiva

Answer 16

SSRI/SNPI (eindigt op tri/tetra) OCD/depressie/agrafobie

Question 17

Stemmingsstabilisator (voorbeeld + wanneer gebruiken)

Answer 17

Lithium (manie/depressie/psychose/parkinson)

Question 18

Benzodiazepine

Answer 18

Slaap/rustgevende middelen (eindigt op -pam)

Question 19

Agnosie

Answer 19

Moeite met interpreteren zintuigen

Question 20

Apraxie

Answer 20

Moeite met het uitvoeren van beweging

Question 21

Afasie

Answer 21

Problemen met taalverwerking

Question 22

Piaget

Answer 22

0-2 senso 2-6 pre op 6-11 co op 11+ fo-op

Question 23

DSM-5

Answer 23

Dubbele diagnose mogelijk niet meer gericht op assen

Question 24

Liberman

Answer 24

Centraal staat aanleren vaardigheden voor herstel

Question 25

Dysthyme stoornis

Answer 25

+2 jaar milde depressie

Question 26

Cyclothyme stoornis

Answer 26

+2 jaar milde wisselingen

Question 27

Gustatoire

Answer 27

Iets proeven wat er niet is

Question 28

Ambitendente

Answer 28

Besluiteloosheid over bewegen

Question 29

Stupor

Answer 29

Niet in staat tot bewegen

Question 30

Maniërisme

Answer 30

Overdrijven uitingen

Question 31

Schizofrenie

Answer 31

Minder dopamine frontaal, meer dopamine centraal. Denkstoornis

Question 32

Cluster A

Answer 32

Vreemd (schizoïde)

Question 33

Cluster B

Answer 33

Theatraal (anti-sociaal)

Question 34

Cluster C

Answer 34

Angst (OCD)

Question 35

Dialectische therapie

Answer 35

CGT + meditatie/etc

Question 36

TFP

Answer 36

Focus op zichzelf in relatie tot therapeut

Question 37

ABC- model

Answer 37

A vooraf B gedrag C gevolg

Question 38

WAIS

Answer 38

Meten verstandelijke beperking

Question 39

Vaktherapie

Answer 39

Focus op geblokkeerde expressie

Question 40

Stress

Answer 40

Minder zuurstofafgifte, minder ontstekingsremmers, minder werkende schildklier, activering hypothalamus, activering hypofyse, activering bijnier

Question 41

CASE-benadering

Answer 41

1. Gedachte 2. Recente geschiedenis 3. Lang geleden 4. Toekomstbeeld

Question 42

CM

Answer 42

Belonen bij verslaving

Question 43

WVGGZ

Answer 43

Bij gevaar opsluiten

Question 44

WZD

Answer 44

Onvrijwillige zorg (Nee, tenzij)

Question 45

WGBO

Answer 45

Relatie zorgverlener patiënt

Question 46

WEGIZ

Answer 46

Uitwisseling gegevens tussen organisaties

Question 47

Privaatrecht

Answer 47

Verhouding tussen burgers onderling

Question 48

Publiekrecht

Answer 48

Recht tussen overheid en burgers

Question 49

ROPI

Answer 49

Mate van herstelfocus organisatie meten

Question 50

CAN/ZAS

Answer 50

Zorgbehoefte meten voor mensen met psychotische stoornis

Question 51

2-com

Answer 51

Meet relatie tussen zorgverlener en zorgbehoevende

Question 52

Triade

Answer 52

Cliënt, familielid/mantelzorger, therapeut

Question 53

Crosby

Answer 53

Model dat richt op betrokkenheid en 0 fouten

Question 54

Tronto

Answer 54

Zien, verantwoordelijkheid nemen, vaardigheid, evaluatie

Question 55

Substitutie

Answer 55

2de -> 1ste lijnszorg

Question 56

Anxiolyca (noem er 2)

Answer 56

Angst bestrijdend (antidepressiva, benzodiazepinen)

Question 57

Vier gebieden sociale kaart

Answer 57

- Zorg en wonen - Werk en opleiding - Jeugd en opvoeding - Schuld en inkomen

Question 58

Kleptomanie

Answer 58

Drang om te stelen

Question 59

4R's

Answer 59

Remalisatie (welbevinden), remediatie (herstel), rehalibitatie, recovery

Question 60

Generalist

Answer 60

Wijkcoach (breed georiënteerd)

Question 61

KIS

Answer 61

Keten informatie systeem

Question 62

DBC

Answer 62

Tarief voor diagnose en behandeling

Question 63

COUP

Answer 63

Contact, Ondersteunen, Uitnodigen, Participeren (omgeving betrekken model)

Question 64

NZA

Answer 64

Toezicht op verzekeraars en zorgaanbieders

Question 65

IGJ

Answer 65

Toezicht per zorgsector

Question 66

DEMA

Answer 66

PDCA

Question 67

Conatief

Answer 67

Psychomotorisch

Question 68

Speciele anamnese

Answer 68

Anamnese met gerichte vragen

Question 69

Kraepling

Answer 69

Onderscheidt neurologie en psychiatrie

Question 70

Erikson

Answer 70

7 fasen

Question 71

Piaget fasen

Answer 71

0-2 senso 2-6 pre operationeel 6-11 co-operationeel 11+ fo-operationeel

Question 72

Anxiolytica

Answer 72

(benzo/pam) angst dempend

Question 73

Antipsychotica

Answer 73

Klassiek/atypische (remmend)

Question 74

Stemmingsstabilisator

Answer 74

Lithium (stabiliserend)

Question 75

KOPP

Answer 75

Kind van ouder met psychische problemen

Question 76

Stress verloop

Answer 76

thalamus -> amygdala -> hypothalamus (CRH) -> hypofyse -> bijnier

Question 77

Bowlby

Answer 77

A onveilig B Veilig C Angstig D Gedesoriënteerd

Question 78

Niveaus beperking

Answer 78

21-35 ernstig 35-50 matig 51-71 mild 71-80 zwak

Question 79

Executieve functies

Answer 79

Plannen/organiseren

Question 79

Centrale coherentie

Answer 79

Fragmenterische denken

Question 80

Sally Anne

Answer 80

TOM- test

Question 81

ABC schema

Answer 81

A Uitlokken B Gedrag C consequenties