Moeilijke Woorden Flashcards

(38 cards)

1
Q

Agogisch

A

Opzettelijk laten veranderen/ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Proces

A

Het verloop van de verandering/ontwikkeling
Systematisch
Cyclisch (methodisch handelen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Routinematig
 werken

A

ervaring, standaardprocedures, direct al duidelijk doel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Improviserend werken

A

nieuwe en unieke situatie, “geen draaiboek”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Projectmatig
 werken

A

complex, strakke planning, tijdsdruk, meerdere disciplines en afdelingen/organisaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

motivatie:

A

Belang van het beoogde effect
 zien.
Gedragseffectiviteit
Persoonlijke effectiviteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Psychologie

A

De wetenschap van het gedrag en psychische processen van het individu

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Gedrag

A

Dat wat iemand waarneembaar doet of laat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ontwikkelingsperspectief

A

Veranderingen in psychologisch functioneren tijdens het leven
Erfelijkheid en omgeving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Whole-person perspectief

A

Onbewuste geestelijke en persoonlijke stoornissen
Vanuit wat de mens aan potentie in zich heeft
Kijken naar verschillen tussen individuen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Behavioristisch perspectief

A

Leren
Beheersen van het gedrag door de omgeving
Stimuli en responsen – maar geen mentale processen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Cognitief perspectief

A

Mentale processen zoals gedachten, leren, geheugen en perceptie
Hoe emoties en motivaties je gedachten en perceptie beïnvloeden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Biologisch perspectief

A

Zenuwstelsel
Hormoonstelsel
Genetica
Fysieke kenmerken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Sociocultureel perspectief

A

Sociale invloeden op gedrag en hoe we denken
Hoe functioneren individuen in een groep
Culturele verschillen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sociale psygologie

A

De wetenschappelijk studie naar de manier waarop de gedachten, gevoelens en gedragingen door de gehele sociale omgeving worden beïnvloed door de werkelijke of gefantaseerde aanwezigheid van andere mensen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Routinematig
 werken

A

ervaring, standaardprocedures, direct al duidelijk doel

10
Q

ervaring, standaardprocedures, direct al duidelijk doel

A

Routinematig
 werken

11
Q

Improviserend werken

A

nieuwe en unieke situatie, “geen draaiboek”

12
Q

nieuwe en unieke situatie, “geen draaiboek”

A

Improviserend werken

13
Q

Projectmatig
 werken

A

complex, strakke planning, tijdsdruk, meerdere disciplines en afdelingen/organisaties

14
Q

complex, strakke planning, tijdsdruk, meerdere disciplines en afdelingen/organisaties

A

Projectmatig
 werken

15
Q

motivatie:

A

Belang van het beoogde effect
 zien.
Gedragseffectiviteit
Persoonlijke effectiviteit

16
Q

Psychologie

A

is een wetenschap waarbij zowel het gedrag van mensen wordt bestudeerd als de gevoelens en gedachten die mensen hebben bij het ervaren van hun gedrag en de omstandigheden waarin dat plaatsvindt

17
Q

Gedrag

A

Dat wat iemand waarneembaar doet of laat

18
Ontwikkelingsperspectief
Veranderingen in psychologisch functioneren tijdens het leven Erfelijkheid en omgeving
19
Whole-person perspectief
Onbewuste geestelijke en persoonlijke stoornissen Vanuit wat de mens aan potentie in zich heeft Kijken naar verschillen tussen individuen
20
Behavioristisch perspectief
Leren Beheersen van het gedrag door de omgeving Stimuli en responsen – maar geen mentale processen
21
Cognitief perspectief
Mentale processen zoals gedachten, leren, geheugen en perceptie Hoe emoties en motivaties je gedachten en perceptie beïnvloeden
22
Biologisch perspectief
Zenuwstelsel Hormoonstelsel Genetica Fysieke kenmerken
23
Sociocultureel perspectief
Sociale invloeden op gedrag en hoe we denken Hoe functioneren individuen in een groep Culturele verschillen
24
Sociale psygologie
De wetenschappelijk studie naar de manier waarop de gedachten, gevoelens en gedragingen door de gehele sociale omgeving worden beïnvloed door de werkelijke of gefantaseerde aanwezigheid van andere mensen
25
SYSTEMATISCH

OP SYSTEMATISCHE WIJZE RELEVANTE PSYCHISCHE EN SOCIALE VERSCHIJNSELEN MET ELKAAR IN VERBAND BRENGEN
26
PROCESMATIG

EEN PROCES GERICHT OP VERANDERING EN GEKENMERKT DOOR FASERING
27
DOELGERICHT 

RICHTEN OP HALEN VAN CONCRETE, POSITIEF OPGESTELDE, HAALBARE EN TOETSBARE DOELEN = INTENTIONALITEIT
28
Boksa
Body of Knowledge, Skills and Attitudes
29
Attitude
aangeleerde, globale evaluatie van een individu die betrekking kan hebben op een object (persoon (inclusief zichzelf), plaats of issue) en invloed heeft op gedachten, acties en gedrag.
30
psychische stoornis
Afwijkende emoties, gedachten of gedragspatronen die worden gekenmerkt door een storing in het functioneren en (persoonlijk) lijden
31
Sociale invloed
Effect van daden/aanwezigheid dat anderen hebben op gedachten, gevoelens, attitudes en gedrag