nederlands betekenissen Flashcards
(9 cards)
1
Q
synoniemen
A
woorden met een zelfde betekenis
2
Q
antoniemen
A
woorden die een tegengestelde betekenis hebben
3
Q
hyperoniem
A
een woord dat de betekenis van een ander woord volledig omvat openbaar vervoer is een hyperoniem voor bus, tram, trein
4
Q
hyponiem
A
onderverdeling van een bepaalde categorie
cola en limonade zijn een hyponiem van frisdrank
5
Q
inheems woord
A
een woord dat vernederlandst is waardoor je niet ziet dat het een vreemde afkomst heeft
6
Q
een leenwoord
A
een woord dat uit een andere taal word overgenomen bv: smiley
7
Q
bastaardwoord
A
heeft een nederlands tintje gekregen bv: chocolade , es: choclate
8
Q
neologisme
A
een nieuwgevormd woord van een bestand woord combinatie bv: ochtendgrijs
9
Q
A