Neuro Flashcards
Waar bestaat de centraal motorisch neuron (CMN) stelsel uit?
Cortex, subcortex, capsula interna, pedunculus cerebri, hersenstam (mesencefalon, pons, medulla oblongata), decussation pyramidum, myelum
Waar bestaat de perifeer motorisch neuron (PMN) stelsel uit?
Motorische voorhoorn, wortel (radix), plexus brachialis en lumbosacralis, perifere zenuw, neuromusculaire overgang, spier (motorunit)
Wat zijn bulbaire spieren?
Spieren voor articulatie.
Volgens de somatotopische ordening van de motorische cortex, liggen handspieren en bulbaire spieren dichtbij elkaar en zijn ‘groot’ gerepresenteerd op de cortex omdat deze spieren belangrijk zijn voor fijne motoriek.
Waar staat het ezelsbruggetje VITAMINE C+D voor?
V: vasculair I: infectieus, inflammatoir T: trauma, toxicologie, tumor A: autoimmuun M: medicamenteus I: iatrogeen, idiopatisch N: neoplasms E: endocrinologie C: congenitaal D: degeneratief
Wat zijn de infectieuze oorzaken van de cortex en subcortex?
Acute encefalitis (HSV1, varicella zoster)
Chronische neuro-borreliose (>1jr Lyme)
Meningitis (pneumokok, meningokok, viraal)
Myelitis (bv Polio)
Radiculitis
Neuritis
Wat zijn de oncologische oorzaken van de cortex en subcortex?
Secundaire metastases
Astrocytomen (agressief, astrocyten, glioblastoma4)
Meningeomen (langzaam, kan druk op hersenen)
Hoe uit een uitval van nervus XI?
Ipsilateral niet kunnen optillen van de schouder, schouder spieratrofie
Hoe uit een uitval van nervus XI!?
Deviatie tong naar aangedane zijde, tong atrofie
Hoe onderscheid je centrale vs perifere facialis parese?
Centraal: alleen contralaterale mondhoek parese
Perifeer: ipsilatetale gezichtshelft parese
Bovenste twee takken verzorgen bilateraal
Hoe diagnosticeert je een subarachnoidale bloeding van langer dan >24 uur geleden?
<6 uur kan met CT scan uitsluitsel geven
>6 uur, geen afwijkend CT, alsnog liquorpunctie waarvan de uitslag na 12u pas betrouwbaar is. Gele liquor betekent bilirubine in liquor
Wat is anatomisch Adamkiewicz?
a. radiculitis magna, de grootste segmentale arterie, meestal links en laaggelegen. Bij aorta operatie moet dit gespaard blijven
Waarom kan uitval presentatie verschillen per persoon voor precies dezelfde CVA oorzaak?
Omdat anatomische vascularisatie verschilt per persoon. Symptomen zijn daardoor niet 100% voorspelbaar
Een 40-jarige man komt op de polikliniek neurologie. Hij is verwezen door zijn huisarts nadat de echtgenote van de patiënt vertelde dat zijn gedrag de laatste maanden veranderd is. Hij raakt sneller geïrriteerd om zaken waaraan hij voorheen geen aandacht schonk. Hij rijdt roekeloos met zijn auto en wanneer hij wordt aangesproken op zijn gedrag, lacht hij dit onverschillig weg. De huisarts wil door de neuroloog een ruimte innemend proces in zijn brein laten uitsluiten.
Indien er bij deze patiënt sprake is van een ruimte innemend proces, in welke hersenkwab is dit waarschijnlijk gelegen?
1) Frontaalkwab
2) Occipitaalkwab
3) Pariëtaalkwab
4) Temporaalkwab
Frontaalkwab. Patiënten met een tumor in de frontaalkwab kunnen de interesse in hun omgeving verliezen. Ze hebben problemen met plannen, organiseren en concentreren. Tevens kunnen er stemmingsschommelingen, verlies van impulscontrole en intellectuele achteruitgang ontstaan.
Naar schatting krijgt 25% van de patiënten met een tumor buiten het zenuwstelsel neurologische problemen door immigratie van metastasen, externe compressie van zenuwweefsel of door complicaties van de behandeling.
Hoeveel procent van de totale hoeveelheid tumoren die jaarlijks gediagnosticeerd worden bestaan uit primaire tumoren uitgaand van het zenuwstelsel?
2%, 10%, 25%, 50%
2%. Primaire tumoren van het zenuwstelsel maken met een incidentie van ca. 1500 (1:10.000) per jaar ongeveer 2% uit van de totale hoeveelheid tumoren die jaarlijks gediagnosticeerd worden.
Algemene verschijnselen van een intracranieel ruimte-innemend proces zijn sufheid, apathie, verwardheid, hoofdpijn, braken, dubbelzien en ataxie.
Waardoor worden deze verschijnselen met name veroorzaakt?
1) Bloeding vd tumor,
2) Hersenverplaatsing
3) Verhoogde intracraniële druk
4) Vermindering van circulerend liquor
Hersenverplaatsing.
Algemene verschijnselen van een intracranieel ruimte-innemend proces ontstaan door hersenverplaatsing en, in mindere mate, door verhoogde intracraniële druk. Eén en ander kan ontstaan door langzame groei van de tumor, maar ook acuut door een bloeding in de tumor. Hersenverplaatsing kan ertoe leiden dat de liquorruimten aan de hersenbasis worden dichtgedrukt, waardoor de liquor niet naar de convexiteit kan afvloeien waar de resorptie voornamelijk plaatsvindt. Het gevolg is een ophoping van liquor, wat obstructiehydrocefalie wordt genoemd.
Bij een intracranieel ruimte-innemend proces ontstaat een verhoogde intracraniële druk. Welk verschijnsel kan zichtbaar zijn bij fundoscopie bij een verhoogde intracraniële druk?
1) Glaucoom
2) Macula pucker
3) Netvliesloslating
4) Stuwingspapil
Stuwingspapil. Verhoogde intracraniële druk wordt weerspiegeld door stuwingspapillen die bij fundoscopie kunnen worden gezien. Het ontbreken van dit verschijnsel sluit intracraniële drukverhoging echter niet uit.
Een 52-jarige man die gediagnosticeerd is met een hersentumor vraagt aan zijn neuroloog of hij hem iets kan voorschrijven voor zijn misselijkheid en braken. Braken is een symptoom dat vaak voorkomt bij een primaire hersentumor. Wat is kenmerkend voor braken bij hersentumoren?
1) Langdurige misselijkheid in de ochtend zonder eetlustvermindering
2) Langdurige misselijkheid in de ochtend met eetlustvermindering
3) Plotseling optreden van projectielbraken met eetlustvermindering
4) Plotseling optreden van projectielbraken zonder eetlustvermindering
Plotseling optreden van projectielbraken zonder eetlustvermindering. Kenmerkend voor braken bij hersentumoren is dat het plotseling (en met heftige intensiteit) optreedt met projectielbraken en er geen sprake is van eetlustvermindering. Ochtendbraken kan optreden nadat men van liggende houding omhoog komt als prikkelingsverschijnsel van de hersenstam.
Op het spreekuur bij de neuroloog komen een 48-jarige man die gediagnosticeerd is met een hersentumor, samen met zijn vrouw. Zijn echtgenote geeft aan dat haar man de laatste tijd soms in de war en erg suf is.
Waardoor worden bij een intracraniële tumor bewustzijnsstoornissen veroorzaakt?
1) Verschuiving of compressie van de linkerfrontaalkwab
2) Verschuiving of compressie van de rechterfrontaalkwab
3) Verschuiving of compressie van het bovenste gedeelte van de hersenstam
4) Verschuiving of compressie van het onderste gedeelte van de hersenstam
Verschuiving of compressie van het bovenste gedeelte van de hersenstam. Bewustzijnsstoornissen komen door verschuiving of compressie van het bovenste gedeelte van de hersenstam (mesencephalon, formatio reticularis).
Er zijn veel verschillende soorten primaire hersentumoren die typisch op bepaalde verschillende leeftijden ontstaan. In welke leeftijdsgroep zijn hersentumoren de meest frequente oorzaak van cerebrale schade?
<20jr, 50-60jr, >60jr
<20jr, Alleen bij mensen jonger dan 20 jaar is een hersentumor een meer frequente oorzaak van hersenschade dan een cerebrovasculair accident (CVA). Tussen het 50e en 60e jaar is een CVA 20 keer zo frequent en bij patiënten ouder dan 60 jaar is een CVA 100 keer zo frequent als de hersentumor.
We kennen verschillende soorten primaire hersentumoren die uitgaan van het gliaweefsel. Over het algemeen vertonen primaire hersentumoren een sterk infiltratief gedrag en daarmee zijn het tumoren die niet radicaal te behandelen zijn. Welk cerebraal glioom is de meest voorkomende en ook de meest maligne vorm?
Astrocytoom, gioblastoom, oligodendroglioom
Het glioblastoom is ongeneeslijk en helaas ook het meest voorkomende cerebrale glioom. Daarnaast is het ook de meest maligne vorm. Het glioblastoom is zelfs één van de meest kwaadaardige humane tumoren die we kennen.
Welk type beeldvorming zal doorgaans worden ingezet bij verdenking op een hersentumor?
CTscan, echografie, MRIscan, PETscan
De MRI-scan is de eenvoudigste wijze om informatie over een ruimte-innemend proces te krijgen. Deze scan geeft meer informatie dan de CT-scan. Soms kan een PET-scan aanvullende informatie geven over de aard (activiteit) van het proces.
Een 58-jarige vrouw krijgt van haar neuroloog de diagnose glioblastoom. De arts legt haar uit dat genezing niet mogelijk is.
Wat is de mediane overleving na het stellen van de diagnose bij een glioblastoom?
2mnd, 6mnd, 12mnd, 3jr
12mnd, De mediane overleving bij een glioblastoom is 12 maanden na het stellen van de diagnose. Na 2 jaar leeft nog één op de vier patiënten en na 5 jaar leeft nog één op de tien patiënten.
Over het algemeen zijn gliomen nooit radicaal chirurgisch te verwijderen. Eén tumor is hierop een uitzondering. Welk glioom is vaak wel radicaal chirurgisch te verwijderen?
Anaplastisch astrocytoom, Diffuus laaggradig astrocytoom, Glioblastoom, Pilocytair astrocytoom
Pilocytair astrocytoom. Het pilocytair astrocytoom wordt ook wel ‘Juvenile Pilocytic Astrocytoma’ genoemd. Deze astrocytomen blijven meestal in het gebied waar ze zijn begonnen en verspreiden zich niet. Daarom kan deze tumor in bepaalde gevallen radicaal verwijderd worden. Ze worden beschouwd als de ‘meest goedaardige’ van alle kwaadaardige astrocytomen. Maar ook een pilocytair astrocytoom kan langzaam doorgroeien. Dit glioom komt vaak voor in de kinderleeftijd en kan overal in de hersenen voorkomen, maar wordt het vaakst in de buurt van de kleine hersenen gezien.
Een 53-jarige man zonder verdere medische voorgeschiedenis is recent gediagnosticeerd met een glioblastoom. De neuroloog legt uit dat de prognose van dit ziektebeeld slecht is. Wat is nu het beleid?
1) Een operatie kan overwogen worden om de levensduur met enkele maanden te verlengen
2) Eerst operatief ingrijpen, waarna een vervolgbehandeling met gecombineerde chemoradiotherapie aangewezen is
3) Niet behandelen vanwege de korte verwachte levensduur
4) Neoadjuvante radiotherapie, gevolgd door een operatie
2, Bij glioblastomen wordt eerst middels een operatie getracht zoveel mogelijk van de tumor te verwijderen (debulking), waardoor het volume en de massawerking wordt verkleind. Hooggradige gliomen (zoals het glioblastoom) worden daarna, afhankelijk van de leeftijd en klinische toestand, behandeld met een gecombineerde chemoradiotherapie (bv. temozolomide).