nieren Flashcards
(45 cards)
GFR
gaat over hoe veel voorurine per minuut in de ruimte van bowman komt
(UV)700/P
normaal = 125 ml/min (2 nieren)
Klaring
gaat over de snelheid waarmee in de urine komt
inuline
wordt verder niks mee gedaan dus klaring = GFR
bij kreatinine gebeurt ongeveer hetzelfde
kreatinine
overschat GFR een beetje
MAAR makkelijker te meten dan inuline
afhankelijk van spiermassa dus niet perfect
welke nier ligt hoger?
links
11e thoracale rib
ligging nieren
primair retroperitoneaal
perirenaal vet
capsula adiposa
visceraal vet, ligt direct om Capsula fibrosa
pararenaal vet
retroperitoneal vet
houdt de nier op zijn plek
nierhilum van anterior naar posterior
VAN
vene, arterie, nierbekken
renal intrapment
vena renalis sinistra loopt onder de mes. sup. door en kan beklemd raken bij een grote hoeveelheid bloed
vena renalis sinistra is ook langer dan de dextra
pronefros
ontstaat laag cervixaal, rond de hals
voornier, maar wordt nooit functioneel
wel verantwoordelijk voor de ductus pronephricus (wordt ductus mesonephricus)
mesonefros
tijdelijk functionele nier tijdens ontwikkeling, verdwijnt als echte 3e nier ontstaat
wel verantwoordelijk voor de ductus mesonephricus wat een voorloper is van buizen van Wolff (mannelijke genitale structuren)
metanefros
de definitieve nier
rol nier in embryonale ontwikkeling
toename vruchtwater, belangrijk om te groeien
niet zozeer voor secretie urine en afvalstoffen
ductus mesonephricus
ontstaat bij alle embryo’s uit pro/mesonefros
verdwijnt bij gebrek aan SRY eiwit (dus bij vrouwen)
blijft bestaan bij mannen
ductus paramesonephricus
ontstaat bij alle embryo’s uit de ‘gonadale richel’
verdwijnt oiv SRY-eiwit (dus bij jongens)
blijft bestaan bij vrouwen
tubulus contortus
I = proximale tubulus, veel microvilli en veel mitochondria II = distale tubulus, minder microvilli
vasa recta
bloedvoorziening van de buizen
belangrijk voor de instandhouding van de hyperosmotische gradient
glomerulaire filtratiewand
binnen naar buiten:
endothelial fenestraties
gemeenschappelijke basale lamina (van endotheel en podocyten) = filtrerende deel
lamina rara interna, lamina densa, lamina rara externa
podocytaire filtratiespleten
mesangium
onderhouden glomerulaire BM
ondersteuning stevigheid
productie groeifactoren en inflammatie stoffen
juxtaglomerulaire apparaat
zorgt voor regulatie bloeddruk in nieren
mbv macula densa (chemosensoren voor tubulaire [Na])
bij te weinig Na–> activatie RAAS
afferente en efferente vaten, aanpassing op bloeddruk
bij dalende bloeddruk: afferent dilateert, efferent contraheert
relatie plasmacreatinineconcentratie en GFR
hyperbool
als de nierfunctie halveert zal de creatinineconcentratie in het bloed verdubbelen, uitscheiding verandert niet (spieren maken nl even veel aan)
proximale tubulus
2/3 van de zout reabsorptie
hierna is de voorurine iso-polair
hier werkt angiotensine II op
grootste deel HCO3- resorptie