Ontwikkelingspsychologie Flashcards
(396 cards)
1
Q
Cognitieve ontwikkeling
A
2
Q
Cohort
A
3
Q
Continue verandering
A
4
Q
Discontinue verandering
A
5
Q
Fysieke ontwikkeling
A
6
Q
Gevoelige periode
A
7
Q
Kritieke periode
A
8
Q
Nature-nurturedebat
A
9
Q
Ontwikkelingspsychologie
A
10
Q
Persoonlijkheidsontwikkeling
A
11
Q
Plasticiteit
A
12
Q
Rijping
A
13
Q
Sociaal-emotionele ontwikkeling
A
14
Q
Stimuli
A
15
Q
Afhankelijke variabele
A
16
Q
Behavioristisch perspectief
A
17
Q
Bekrachtiging
A
18
Q
Bio-ecologisch model
A
19
Q
Casestudy
A
20
Q
Cognitief perspectief
A
21
Q
Cognitieve neurowetenschap
A
22
Q
Controlegroep
A
23
Q
Correlationeel onderzoek
A
24
Q
Crosssequentieel onderzoek
A
25
Dwarsdoorsnedeonderzoek of crosssectioneel onderzoek
26
Ego
27
Empirisch-wetenschappelijke methoden
28
Evolutionair perspectief
29
Experiment
30
Experimenteel onderzoek
31
Experimentele conditie
32
Experimentele groep
33
Fixatie
Fundamenteel onderzoek
34
Gecontroleerde observatie
35
Gedragsmodificatie
36
37
Generaliseerbaarheid
38
Gestructureerde observatie
39
Hypothese
40
Id
41
Informatieverwerkingstheorie
42
Informed consent
43
Klassieke conditionering
44
Laboratoriumonderzoek
45
Longitudinaal onderzoek
46
Natuurlijke observatie
47
Onafhankelijke variabele
48
Operante conditionering
49
Operationalisering
50
Praktijkgericht onderzoek
51
Psychoanalytische theorie
52
Psychodynamisch perspectief
53
Pyschoseksuele ontwikkeling
54
Psychosociale ontwikkeling
55
Randomisatie
56
Representativiteit
57
Scaffolding
58
Schema
59
Sociaal-cognitieve leertheorie
60
Sociaal-culturele theorie
61
Steekproef
62
Stimulus-respons leren
63
Superego
64
Surveyonderzoek
65
Systemisch perspectief
66
Theoretisch onderzoek
67
Theorie
68
Toegepast onderzoek
69
Veldonderzoek
70
Zone van naaste ontwikkeling (zone of proximal development, ZDP)
71
Actieve genotype-omgevingscorrelatie
72
Autosomale overerving
73
Bevruchting
74
Chorionvillusbiopsie
75
Chromosoom
76
Dizygote tweeling
77
DNA
78
Dominante allel
79
Downsyndroom
80
Echoscopie
81
Ectoderm
82
Embryonaal stadium
83
Endoderm
84
Epigenetica
85
Evocatieve genotype-omgevingscorrelatie
86
Fenotype
87
Foetaal alcohol spectrumstoornis (FASS)
88
Foetaal stadium
89
Foetus
90
Fragiele-X-syndroom
91
Gameten
92
Gedragsgenetica
93
Gen
94
Gen-omgevingsinteractie
95
Genoom
96
Genotype
97
Germinaal stadium
98
Heterozygoot
99
Homozygoot
100
In-vitrofertilisatie (ivf)
101
Kunstmatige inseminatie
102
Meiose
103
Mesoderm
104
Mitose
105
Monozygote tweeling
106
Multideterminisme
107
NIPT
108
Onvruchtbaarheid
109
Passieve genotype-omgevingscorrelatie
110
Placenta
111
Polygenische overerving
112
Recessief allel
113
Sikkelcelanemie
114
Syndroom van Klinefelter
115
Temperament
116
Teratogeen effect
117
Vlokkentest
118
Vruchtwaterpunctie
119
X-gebonden gen
120
X-gebonden overerving
121
Ziekte van Duchenne
122
Zygote
123
Anoxia
124
Apgar-score
125
Baby met laag geboortegewicht
126
Baby met een zeer laag geboortegewicht
127
Episiotomie
128
Extreem prematuur
129
Foetale monitor
130
Foetale sterfte
131
Gewenning (habituatie)
132
Groeivertraagde baby
133
Keizersnede
134
Lanugo
135
Levensvatbare leeftijd
136
Neonaat
137
Perinatale sterfte
138
Perinatale zorg
139
Postmature baby
140
Postnatale depressie
141
Premature baby
142
Reflex
143
Respiratory distress syndrome
144
Vernix
145
Vroeg-neonatale sterfte
146
Zuigelingensterfte
147
Affordances
148
Bayley Scales of Infant Development
149
Body Mass Index (BMI)
150
Cefalocaudaal principe
Dynamische systeemtheorie van ontwikkeling
151
Failure-to-thrive-syndroom
152
Gedragstoestand
153
Hersenschors
154
Kwashiorkor
155
Marasme
156
Multimodale benadering van perceptie
157
Myeline
158
Neuron
159
Neurotransmitter
160
Normen
161
Obesitas
162
Perceptie
163
Principe van de onafhankelijke systemen
164
Principe van hiërarchische integratie
165
Proximodistaal principe
166
Rapid eye movement-slaap (REM-slaap)
167
Ritmen
168
Sensatie
169
Shakenbabysyndroom
170
Sudden infant death syndroom (SIDS)
171
Sudden unexpected infant death (SUID)
172
Synaps
Wiegendood
173
Accommodatie
174
Adaptie
175
Assimilatie
176
Automatisering
177
Babytaal
178
Brabbelen
179
Circulaire reactie
180
Coderen
181
Communiceren
182
Concept
183
Crossmodale perceptie
184
Expliciet geheugen
185
Expressieve stijl
186
Geheugen
187
Holofrase (eenwoordzin)
188
Impliciet geheugen
189
Indirecte imitatie
190
Infantiele amnesie
191
Intentioneel gedrag
192
Leertheorie
193
Mentale representatie
194
Modelleren
195
Nativistische benadering
196
Objectpermanentie
197
Onderextensie (ondergeneralisatie)
198
Ontwikkelingsquotiënt
199
Opslaan
200
Overextensie (overgeneralisatie)
201
Prelinguïstische communicatie
202
Referentiele stijl
203
Sensomotorisch stadium
204
Taal
205
Taalbegrip
206
Taalproductie
207
Taalverwervingsmechanisme (language acquisition device, LAD)
208
Telegramstijl
209
Terughalen
210
Universele grammatica
211
Visueel herkenningsgeheugen
212
Vocalisatie
213
Angstig-ambivalant hechtingspatroon
214
Angstig-vermijdend hechtingspatroon
215
Differentiële emotietheorie
216
Eenkennigheid
217
Empathie
218
Eriksons theorie van psychosociale ontwikkeling
219
Gedesorganiseerd-gedesoriënteerd hechtingspatroon
220
Gemakkelijke baby
221
Gender
222
Genderbewuste opvoeding
223
Genderidentiteit
224
Geremde baby
225
Geslacht of sekse
226
Goodness of fit
227
Hechting
228
Moeilijke baby
229
Non-verbale codering
230
Persoonlijkheid
231
Responsiviteit
232
Scheidingsangst
233
Sensitiviteit
234
Social referencing
235
Sociale glimlach
236
Stadium van vertrouwen-verus-wantrouwen
237
Theory of mind
238
Veilig hechtingspatroon
239
Vreemde situatie procedure van Ainsworth
240
Wederzijdse socialisatie
241
Zelfbesef
242
Zelfdeterminatietheorie (ZDT)
243
Corpus callosum
244
Intergenerationele overdracht van huiselijk geweld
245
Kindermishandeling
246
Lateralisatie
247
Links- of rechtshandigheid
248
Pavor nocturnus (nachtangst)
Perceptuele schematisering
249
Trauma
250
Trauma-sensitieve zorg
251
Veerkracht
252
Verwaarlozing
253
Voedselneofobie
254
Autobiografisch geheugen
255
Centratie
256
Conservatie
257
Denkoperaties
258
Egocentrisch taalgebruik of private taal
259
Egocentrisme
260
Fast mapping
261
Functionaliteit
262
Gastouder-/onthaalouderopvang
263
Geleide participatie
264
Grammatica
265
Identiteit
266
Innerlijke taal
267
Intuïtief denken
268
Kinderdagverblijf/creche
269
Kinderopvang
270
Kleuterschool
271
Logopedie
272
Mediaopvoeding
273
Pictogram
274
Pragmatiek
275
Preoperationeel stadium
276
Reversibiliteit
277
Script
278
Sociaal taalgebruik
279
Symboolgebruik
280
Syntaxis
281
Taalontwikkelingsstoornis (TOS)
282
Transformatie
283
Voor- en vroegschoolse educatie (VVE)
284
Voorschool
285
Voorschoolse educatie
286
Vroegschool
287
Abstract modeling
288
Agressie
289
Associatief spel
290
Autonome coöperatiestadium
291
Autoritaire opvoedingsstijl
292
Autoritatieve opvoedingsstijl
293
Beginnende coöperatiestadium
294
Cisgender
295
Collectivistische oriëntatie
296
Constructief spel
297
Conventioneel niveau
298
Coöperatief spel
299
Elektracomplex
300
Emotionele zelfregulatie
301
Expressieve agressie
302
Externaliserend gedrag
303
Functioneel spel
304
Genderconstantie
305
Genderdiversiteit
306
Genderdysforie
307
Genderexpressie
308
Genderschema
309
Identificatie (volgens de psychoanalytische traditie)
310
Immanente rechtvaardigheid
311
Individualistische oriëntatie
312
Instrumentele agressie
313
Moreel realisme
314
Morele ontwikkeling
315
Non-binaire personen
316
Oedipuscomplex
317
Onverschillige opvoedingsstijl
318
Parallel spel
319
Permissieve opvoedingsstijl
320
Postconventioneel niveau
321
Preconventioneel niveau
322
Prosociaal gedrag
323
Relationele agressie
324
Solospel
325
Stadium van autonomie-versus-schaamte-en-twijfel
326
Stadium van initiatief-versus-schuld
327
Toekijkend spel
328
Transgender
329
Zelfbeeld
330
Astma
331
Attention deficit hyperactivity disorder (ADHD)
332
Auditieve beperking
333
Biobanding
334
Chronische ziekte
335
Cochleair implantaat (CI)
336
Somatisatie
337
Somatisch-symptoomstoornis
338
Spraakstoornis
339
Taalstoornis
340
Visuele beperking
341
Assimilatieaanpak
342
Biculturele identiteit
343
Cognitief sterk functionerende leerling
344
Cognitieve elaboratie
345
Compacten
346
Concreet-operationeel stadium
347
Decentreren
348
Dyscalculie
349
Dyslexie
350
Foneem
351
Fonologisch bewustzijn
352
Geheugenstrategie
353
Golem-effect
354
Intelligentie
355
Intelligentiequotiënt (IQ)
356
Kalenderleeftijd
357
Kleurenblinde aanpak
358
Kortetermijngeheugen/werkgeheugen
359
Langetermijngheugen
360
Mentale leeftijd
361
Metageheugen
362
Metalinguïstisch bewustzijn
363
Mindmap
364
Pluralistische aanpak
365
Pygmalion-effect
366
Rolwisselend leren
367
Samenwerkened/coöperatief leren
368
Schoolrijpheid
369
Sensorisch/zintuigelijk geheugen
370
Sleutelwoordstrategie
371
Specifieke leerproblemen
372
Triarchische theorie van intelligentie
373
Tweetaligheid
374
Verrijken
375
Versnellen/acceleren
376
Verstandelijke beperking
377
Coregulering
378
Dominantiehiërarchie
379
Eenoudergezin
380
Eigenwaarde
381
Externaliserende problemen
382
Internaliserende problemen
383
Neerwaartse sociale vergelijking
384
Nieuw samengesteld gezin
385
Normoverschrijdend-gedragsstoornis (CD)
386
Oppostioneel-opstandige stoornis (ODD)
387
Opvoedingsondersteuning
388
Opwaartse sociale vergelijking
389
Peerstatus
390
Pesten
391
Plusouder
392
Restrictieve speelstijl
393
Sleutelkind
394
Sociale competentie
395
Sociale vergelijking
396
Stadium van vlijt-verus-minderwaardigheid