Oplossingsgericht technieken Flashcards

(11 cards)

1
Q

Hoe verloopt het proces van oplossingsgerichte therapie (SFBT)?

A

🔹 verkennen van reeds bestaande oplossingen
🔹 Werkt met het doel van de cliënt als uitgangspunt
🔹 Zoekt naar talenten, hulpbronnen en vaardigheden
🔹 momenten van succes in het verleden op en versterkt die
🔹 Stimuleert cliënt om eigen ideeën en strategieën voor oplossingen te formuleren
🎯 Gericht op wat werkt i.p.v. wat fout loopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Centraal uitgangspunt binnen SFBT

A

bijna elk probleem beschikt over uitzonderingen –> deze uitzonderingen proberen uit te breiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn scaling questions (getalvragen) in oplossingsgerichte therapie?

A

inschatten op een schaal (meestal 0–10).
Bijv.: “Op een schaal van 0 tot 10, hoe goed gaat het nu?”
🔹 Helpt om nuance zichtbaar te maken.
🔹“Waarom niet een 3 i.p.v. een 1?”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn continueringsvragen in oplossingsgerichte therapie?

A

Vragen die focussen op wat al goed gaat en hoe de cliënt dat volhoudt.
- vb een dagboek zaken schrijven die u goed laten voelen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is de mirakelvraag?

A

Stel dat er vannacht, terwijl je slaapt, een wonder gebeurt… Het probleem is opgelost. Hoe zou je dat merken?
- toekomstperspectief in concrete gedrag
- kinderen: toverfee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een copingvraag

A

Vraagt naar hoe de cliënt het volhoudt ondanks moeilijkheden.

  • Doel: veerkracht, Doorzettingsvermogen en bestaande hulpbronnen zichtbaar maken.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Positief herkaderen

A

gedrag of situaties in een nieuw, positiever licht zetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Observatie-opdrachten

A

Aan cl de opdracht geven om tussen hier en de volgende sessie zichzelf te oberveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Axioma’s van het Brugs Model

A

1)het mandaat gegeven door de cl dient boven alles te worden gerespecteerd
2) cliënten heeft autopoëtische, zelfhelende capaciteiten
3) oplossingen hebben vaak niet te maken met het probleem
4) Het kunnen maken van keuzes bevordert psychisch welbevinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly