Paragraf 4 Flashcards
(40 cards)
1
Q
advocaat
A
attorney
2
Q
afbreken
A
to tear down
3
Q
afluisteren
A
monitor
4
Q
betrokkenheid
A
involvement
5
Q
confrontatie
A
encounter
6
Q
deelnemen
A
to participate
7
Q
ex-
A
former
8
Q
geconfronteerd worden met
A
to face
9
Q
geslacht
A
gender
10
Q
gevangene
A
inmate
11
Q
herinnerend aan
A
reminiscent of
12
Q
overkomen
A
comes across
13
Q
strafmaatregel
A
sanction
14
Q
vergoeding
A
restitution
15
Q
verschuiving
A
shift
16
Q
verzoenen
A
reconcile
17
Q
voorlopig
A
preliminary
18
Q
tevoorschijn komen
A
to emerge
19
Q
voorstander
A
proponent
20
Q
waardigheid
A
dignity
21
Q
accountable to
A
verantwoording schuldig aan
22
Q
aggrieved
A
gekwetst
23
Q
base
A
laag
24
Q
competence
A
bevoegdheid
25
correctional officer
medewerker van een tuchtschool
26
customary
gebruikelijk
27
disclosure
onthulling
28
to elicit
iets loskrijgen
29
empathy
inlevingsvermogen
30
entail
met zich meebrengen
31
to generate
produceren
32
to gratify
tevredenstellen
33
indignity
vernedering
34
mediation
bemiddeling
35
overhaul
grondig reviseren
36
preparatory
voorafgaand aan
37
probation
proeftijd
38
to rectify
rechtzetten
39
resolution
beslissing
40
to date
tot dusver