Psychofarmacologie Flashcards
(38 cards)
Enterale toediening
Via het spijsverteringskanaal
- buccaal = onder de tong.
- Oraal en rectaal.
Metabolieten
Niet werkzame stofwisselingsproducten. Maar kunnen ook biologisch actief zijn. Dit het dan een precursor of pro-drug.
Gastro-intenstinale of presystemische afbraak
Afbraak van medicatie in maagdarmkanaal en lever, voordat de algemene circulatie wordt bereikt.
Parenterale toediening
Opname zonder tussenkomst van spijsverteringssysteem.
- Alle vormen van inspuiten
- absorptie via slijmvliezen (ook inhalatie) en huid
Subcutaan
Met naald vloeistof in onderhuidse bindweefsel gespoten. gebruikt bij depots.
Intraveneus
Inspuiten via de aderen. Maximale plasmaconcentratie wordt direct bereikt.
Biotransformatie
Vetoplosbare geneesmiddelen die via biotransformatie in het lichaam chemisch omgezet moeten worden.
Metabole klaring
Eliminatie door enzymatische omzetting
Renale klaring
Uitscheiding via de nieren (urine)
LD50 en ED50
- ED50: Bij bepaalde dosis vertoont 50% van proefpersonen een effect. 1% van populatie bereikt bij ED1 als gewenst effect.
LD50: dodelijke dosis voor 50% van de populatie
Kruistolerantie
Tolerantie voor een groep van stoffen
Farmacokinetische tolerantie
dominoday! Gaat steeds sneller
Door toegenomen enzymproductie vindt er een versnelde afbraak plaats van stof na herhaalde toediening van deze stof.
Farmacodynamische tolerantie
receptoren nemen af of worden minder gevoelig
Antagonisme
Farmacon blokkeert werking van andere stoffen.
Parasynaptisch/ paracriene/ volumetransmissie
Boodschapstoffen worden afgestaan aan extracellulaire vloeistof waardoor de werking zich verder strekt dan synaptische communicatie.
Endocrien
Boodschapfunctie vervuld door hormonen. Groot bereik doordat deze aan bloedbaan worden afgestaan.
Biologisch effect
Activatie van receptoren door transmitters, hormonen of farmaca.
Ligand
Een stof die zich op een receptor aan een herkenningsplaats bindt.
Affiniteit vs intrinsieke activiteit
- Affiniteit: binding van stof aan receptor kan sterk of zwak zijn
- Intrinsieke activiteit: effect van activering van receptor wordt hiermee aangegeven.
Agonisten
Activeren de receptor en hebben exciterende of inhiberende werking op neuron. Intrinsieke activiteit.
Inverse agonisten
Als de stof een uitwerking op de receptor heeft die het tegenovergestelde is van de activiteit van de agonist. Bv benzo’s op GABA
Antagonisten, mogen niet verward worden met inverse agonist?
Verhinderen de activatie van de receptor(werking van agonisten). Bv door toeging tot herkenningsplaats te versperren zodat agonist er niet meer bij kan. Mogen niet verward worden met inverse agonisten omdat deze wel een resultaat tot gevolg hebben.
Desensitisatie en (re)sentisatie
- Desensitisatie: Afname van receptoractivatie
- (Re)sentisatie: Door activatie van receptor ontstaat groter effect
Down- vs up-regulation
- Down: afname van het totaal aantal receptoren
- up: toename van het totaal aantal receptoren