schooltaal Flashcards
(16 cards)
aanbrengen
Iets op of in iets anders zetten.
aanzien
Reputatie of respect dat iemand krijgt.
achterhalen
Iets te weten komen of ontdekken.
associëren
Een verband leggen tussen twee dingen.
behoren tot
Ergens bij horen of onderdeel van zijn.
belichten
Iets toelichten of van licht voorzien.
beslechten
Een conflict of probleem oplossen.
de essentie
Het belangrijkste of de kern van iets.
omzetten
Iets veranderen in een andere vorm.
overeenstemmen
Hetzelfde zijn of met elkaar kloppen.
overheersen
De macht hebben over iets of iemand.
het pleidooi
Verdediging van een standpunt, vaak in de rechtspraak.
relevant
Belangrijk voor het onderwerp waar het over gaat.
structureren
Iets ordenen of in een logische volgorde zetten.
verifiëren
Controleren of iets waar of juist is.