Sociolinguistiek Flashcards

(25 cards)

1
Q

Saussureaanse paradox

A

De puzzel: hoe kan een taal veranderen terwijl men hem steeds gebruikt?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Structuralisme

A

Een van de oudste stromingen binnen de hedendaagse taalkunde, waarin taal wordt opgevat als een structuur waarin vormen op systematische wijze met elkaar verbonden zijn, en waarbij een ermee corresponderende betekenis voortvloeit uit de samenstelling van de talige structuur die wordt voortgebracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Drie dimensies van de klinkerkaart

A
  1. voorin de mond - achterin de mond
  2. mond dicht -mond open
  3. de lippen gerond, de lippen plat
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Raising

A

Begrip in de fonologie en fonetiek die verwijst naar een verandering van een klinker of medeklinker (hoger maken) door de tong meer te verheffen en dichter tegen het gehemelte te plaatsen. Als mond niet verder dicht kan ontstaan diftongen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Diftong

A

Klanken die bestaan uit twee klinkers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Varianten van taal hangt af van (3)

A
  1. status van sprekers
  2. belang van de situatie
  3. waardering voor de variatie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Vrije variaties

A

Is volgens sociolinguistiek vaak niet vrij.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Centralisatie

A

Komt voor in onderzoek Martha’s Vineyard. Betekent dat de verandering in het Engels van a -> i niet vanaf de a maar vanaf de sjwa gebeurt, en die bevindt zich meer centraal in de klinkerkaart.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Centralisatie-index

A

De mate waarin een spreker de centralisatie in zijn uitspraak laat horen (vier gradatie van 0 - 3)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Correlaties gevinden bij Martha’s Vineyard.

A
  1. leeftijd
  2. beroep
  3. geografie
  4. attitude
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

generational change

A

iedere generatie sprekers spreekt (subtiel) anders dan de vorige (iedere individuele spreker spreekt zijn hele leven hetzelfde) (was sprake van ibij Martha’s Vineyard)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

age-grading

A

het taalgebruik van sprekers verandert door de tijd: individuele sprekers spreken op jongere leeftijd anders dan op oudere leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

age-grading

A

het taalgebruik van sprekers verandert door de tijd: individuele sprekers spreken op jongere leeftijd anders dan op oudere leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Belangrijke uitkomst Martha’s Vineyard

A

Centralisatie is markeerder van positieve attitude geworden: jongere generaties nemen het over.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waarom is jongste groep uitzondering bij Martha’s Vineyard?

A

onder hen zijn nog potentiële vertrekkers (die staan dus niet positief to eiland)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Opbrengsten onderzoek Martha’s Vineyard (3)

A
  1. Statistische onderzoek brengt patronen aan het licht die anders onopgemerkt zouden blijven
  2. Een linguïstische variabele kan sociale stratificatie vertonen, waarbij leden van verschillende groepen verschillende waarden van de variabele hanteren
  3. Een verandering die zich voltrekt, manifesteert zich als variatie binnen de gemeenschap
17
Q

Sociale stratificatie

A

Is het indelen van groepen mensen in maatschappelijke lagen, waartussen een ongelijkheidsverhouding bestaat.
Hierdoor ontstaan verschillende gedrag voor verschillende groepen.

18
Q

Opzet onderzoek New York

A

Naar rhotische stijl (wel of niet uispreken r in car)
4 gradaties van zorgvuldigheid
5 sociale klassen

19
Q

Overadjustment / overaanpassing

A

In variaties je roomser dan de paus opstellen

20
Q

Belangrijkste opbrengsten NY

A
  1. In New York voltrekt zich een verandering van vrijwel universele niet-rhotische uitspraak (‘30) naar meer rhotische uitspraak (nu): verandering op heterdaad betrapt
  2. Prestige speelt een belangrijke rol in de verandering
  3. Sociale groepen reageren verschillend
  4. Er is een verandering in de verdeling van de sprekers over de varianten: oplossing Saussureaanse paradox
  5. Variatie is de motor van verandering
21
Q

Belangrijke motor voor taalverandering

22
Q

Wat is de oplossing voor Saussureaanse paradox

A

Verandering in verdeling van de sprekers over de varianten.

23
Q

Taalverandering ‘van onderen’

A

taalverandering die zich verspreidt vanuit de lagere klasse naar de hogere klasse en die langzaamaan wordt overgenomen door de hogere klasse

24
Q

Lexicale diffusie

A

Het woord voor woord veranderen (1e woorden langzaam, dan sneller, laatste woorden weer langzaam)

25
Oplossing meat-meet-merger
lexicale diffusie (laatste woorden met een a kwamen niet meer aan bod bij systeem 1).