Somatisch-symptoomstoornis Flashcards
(7 cards)
Diagnose Somatische symptoomstoornis
Chronische buikpijn, chronische vermoeidheidssyndroom, irritable bowel syndrom etc.
Eén of meer lichamelijke klachten waar de betrokkene onder lijdt, of die het dagelijkse leven in significante mate verstoren.
Excessieve gedachten, gevoelens of gedragingen samenhangend met de lichamelijke klachten of de hiermee gepaard gaande zorgen over de gezondheid, met minstens 1 van de volgende kenmerken:
Disproportionele en persisterende gedachten over de ernst van de klachten
Persisterende hoge mate van angst over de gezondheid of de klachten
Excessief veel tijd en energie besteden aan deze klachten of aan de zorgen over de gezondheid
Niet elke afzonderlijke klacht hoeft steeds aanwezig te zijn, maar het hebben van klachten op zich is wel persisterend (meestal > 6 maanden)
Pijn
Nociceptie + emotie=pijnervaring (ernst van pijn wordt ook bepaald door betekenis die wordt gegeven aan pijn) Pijn onderdelen Fysiologie Cognitie Gedrag
De ernst van de PIJN wordt ook bepaald door de betekenis die eraan wordt gegeven en het gevoel van controle
Sensisatie model > door hyperfocus op pijn + reactie in de hersenen op pijn (amygdala) wordt de pijndrempel veel lager. stimulus minder intens maar doet al veel pijn. lagere pijndrempel.
Pijnmodel van Loeser:
Noicieptie(=pijnprikkel)>pijngewaarwording>pijnbeleving(ervaring)>pijngedrag
Pijnprikkel+betekenis+gevoel van conrole+gedrag
Diagnose Ziekteangststoornis
Geen klachten/milde klachten maar heel angstig over ziek zijn
Preoccupatie met het idee een ernstige ziekte te hebben.
Somatische klachten zijn niet aanwezig of enkel mild in intensiteit
Dit is geen ‘normale’ angst, zorgen of een aanpassingstoornis
Onderverdeling:
Care‐seeking type
Care‐avoidant type
Diagnose Conversiestoornis (functioneel-neurologisch-symptoomstoornis)
Eén of meer symptomen van veranderingen in de willekeurige motorische of sensorische functies
Uit klinisch onderzoek blijkt dat het symptoom incompatibel is met bekende neurologische of andere somatische aandoeningen
Het symptoom kan niet beter worden verklaard door een andere somatische of psychische stoornis
Klinisch significante lijdensdruk of beperkingen in het sociale of beroepsmatige functioneren, of op andere belangrijke domeinen, of behoeft somatisch onderzoek.
specificaties:
met parese of paralyse, met abnormale bewegingen, met stiksymptomen, met spraaksymptomen, met aanvallen of convulsies, met anesthesie of sensibiliteitsverlies, met speciale zintuiglijke symptomen, met gemengde symptomen.
acute episode (<6mnd) of persisterend
met/zonder psychische stressor
Diagnose Psychische factoren die somatische aandoeningen beïnvloeden
Factoren die het verloop van een medische conditie beinvloeden, aangetoond door middel van een nauwe temporele link tussen psychologische factoren en het ontstaan, verergeren of verslechteren van herstel van de medische aandoening.
De factoren interfereren met de behandeling van de medische aandoening (bv. slechte compliance)
De factoren zijn een toegevoegd risico voor de gezondheid van de patient.
zoals angst<>asthma, depressie<>hartproblemen
Diagnose Nagebootste stoornis
Patient presenteert zichzelf of een ander persoon naar anderen als ziek, gekwetst of gehandicapt.
Het verstoorde gedrag blijft ook aanwezig als er geen duidelijke externe winst/beloning is.
Geen motivatie tot verandering
Onderverdeling in
Toegedaan aan zichzelf
Toegedaan aan anderen (vroeger: by proxy)
Behandeling
Individueel, stap voor stap behandeling
Patient moet actief meedoen met behandeling
Komen tot gezamelijke probleem definitie
Psycho-educatie
Behandelplan van Speckens: doel =/= klachten weg te halen, doel=optimaliseren van omstandigheden (instandhoudende factoren weghalen) werken rond cognities, biologie van lichaam, etc.
samen actieplan opzetten aan de hand van tijdslijn
Acceptance & Commitment Therapy