Thema 2 : Boodschappen doen Flashcards
(101 cards)
1
Q
ander
A
other
2
Q
de appel (appels)
A
the apple
3
Q
de banaan (bananen)
A
the banana
4
Q
bijna
A
almost
5
Q
de boodschappen
A
the groceries
6
Q
doen
A
to do
7
Q
dus
A
so
8
Q
het eten
A
the food
9
Q
het fruit
A
the fruit
10
Q
de groente
A
the vegetable
11
Q
de kip
A
the chicken
12
Q
kopen
A
to buy
13
Q
de list
A
the list
14
Q
het lijstje
A
the small list
15
Q
men
A
to make
16
Q
de markt
A
the market
17
Q
meer
A
more
18
Q
of
A
or
19
Q
praten
A
to talk
20
Q
de rijst
A
the rice
21
Q
de supermarkt
A
the supermarket
22
Q
thuis
A
at home
23
Q
de tomaat (tomaten)
A
the tomato
24
Q
de vis
A
the fish
25
het vlees
the meat
26
we
we
27
de wortel (wortels)
the carrot
28
de aardappel
the potato
29
de aardappels
the potatoes
30
alsjeblieft
please (informal)
31
alstublieft
please (formal)
32
anders
else
33
daag
bye
34
dan
then
35
het ei
the egg
36
de eieren
the eggs
37
fijn
nice
38
goed
good
39
de gram
the gram
40
hoeveel
how much
41
iets
something
42
jammer
too bad
43
de kaas
the cheese
44
kijken
to look
45
de kilo
the kilo
46
mevrouw
madam
47
mogen
to be allowed to (to may)
48
nee
no
49
pinnen
pay by card
50
de verkoper
the seller
51
voor
for
52
zeggen
to say
53
altijd
always
54
de bakker
the baker
55
het brood
the bread
56
de buurt
the neighbourhood
57
dinsdag
Tuesday
58
duur
expensive
59
goedkoop
cheap
60
halen
to get
61
hier
here
62
horen
listen
63
kennen
to know
64
meestal
usually
65
demiddag
the afternoon
66
natuurlijk
of course
67
de ochtend
the morning
68
soms
sometimes
69
de straat
the street
70
veel
many
71
ver
far
72
vers
fresh
73
vragen
to ask
74
wanner
when
75
wel
well (on the other hand)
76
welk
which
77
zaterdag
Saturday
78
zien
to see
79
de chips
the potato chips
80
denken
to think
81
dicht
closed
82
fietsen
to ride a bike
83
half
half
84
het internet
the internet
85
de keuken
the kitchen
86
laat
late
87
leeg
empty
88
liggen
to lie (sleeping lie)
89
maandag
Monday
90
open
open
91
de openingstijden
the opening hours
92
`s avonds
in the evening
93
`s middags
in the afternoon
94
`s morgens
in the morning
95
`s nachts
at night
96
`s ochtends
in the morning (early)
97
snel
fast
98
tot
until
99
uur
o`clock
100
weten
to know
101
de zak
the bag
