thema 2 (doelstellingen)

Question 1

3 soorten gewrichten

Answer 1

-fibreuze gewrichten
-Kraakbeen gewrichtne
- Synoviaal gewrichten

Question 2

fibreuze gewrichten

Answer 2

gewirchten die vanuit bindweefsel een benige verbinding vormen (waren ooit bewegelijk zoals schedelnaden)

Question 3

kraakbeen gewrichten

Answer 3

kunnen een beetje in - en uitdeuken maar niet heel veel

Question 4

synoviaal gewrichten

Answer 4

2 botdelen bekleed met hyalien kraakbeen waar synovia tussen zit voor bewegelijkheid. bestaat uit
-kapsel –> houdt synovia bij kraakbeen
-synoiva
-extracapsulaire structuur –> bv. gewrichtsbanden
en andere structuren zoals meniscsi

Question 5

hyalien kraakbeen

Answer 5

bestaat uit chondrocyten, matrix van collageen vezels type 2, proteoglycaanaggregaten.

Question 6

Synoviale membraan

Answer 6

is aan de binnenzijde bezet met vlokken en bevat losmazig bindweefsel met veel bloed- en lymfevaten. het is bekleed met een laag A- en B-synoviocyten.

Question 7

A synoviocyten

Answer 7

lijken op macrofagen, hebben een fagocyterende en secretorische (hyaluronzuur en eiwitten) vermogen. legt meer de nadruk op fagocytose

Question 8

B synoviocyten

Answer 8

lijken op fibroblasten, hebben een fagocyterende en secretorische (hyaluronzuur en eiwitten) vermogen. legt meer de nadruk op secretie