TP Flashcards
(38 cards)
Cuire
Bakken
Bakte
Gebakken
Commencer
Beginnen
Begon/Begonnen
Begonnen zijn
Entérer
Begraven
Begroef/Begroeven
Begraven
Comprendre
Begrijpen
Begreep/Begrepen
Begrepen
Décrire
Beschrijven
Beschreef/Beschreven
Beschreven
breschreven , beschrijvenn
Décider
Besluiten
Besloot/Besloten
Besloten
Exister
Bestaan
Bestond
Bestaan
Plaire
Bevallen
Beviel
Bevallen zijn
Bouger
Bewegen
Bewoog/Bewogen
Bewogen
Prouver
Bewijzen
Bewees/Bewezen
Bewezen
Posséder
Bezitten
Bezat/Bezaten
Bezeten
Visiter
Bezoeken
Bezocht
Bezocht
Offrir
Bieden
Bood/Boden
Geboden
Lier
lier
Binden
Bond
Gebonden
Paraitre
Blijken
Bleek/bleken
Gebleken
Rester
Blijven
Bleef/Bleven
Gebleven zijn
Casser
Breken
Brak/Braken
Gebroken
Apporter
Brengen
Bracht
Gebracht
Courber
Buigen
Boog/Bogen
Gebogen
Penser
Denken
Dacht
Gedacht
Faire/Mettre
Doen
Deed/Deden
Gedaan
Porter ( vêtements)
Dragen
Droeg
Gedragen
Boire
Drinken
Dronk
Gedronken
Plonger
Duiken
Dook/Doken
Gedoken