Tussenstop 6 Flashcards

(36 cards)

1
Q

authenticiteit

A

echtheid, oorspronkelijke
karakter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

barmhartig

A

mild of liefdadig uit medelijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

chronisch

A

continu, aanhoudend,
voortdurend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

contour

A

omtrek, vorm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

cruciaal

A

beslissend, bepalend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

database

A

databank; een systematische verzameling van gegevens die digitaal geraadpleegd kan worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

decreet

A

een wet (in België: gemaakt
door een van de gemeenschappen van ons land)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

desastreus

A

rampzalig, iets wat veel leed
veroorzaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

destilleren

A

je maakt een vloeistof zuiver door verdamping en
daaropvolgende condensatie maakt een vloeistof zuiver door het te laten verdampen; een techniek die gebruikt wordt om sterkedrank te maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

diversiteit

A

variatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

enigszins

A

beetje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

euforie

A

een extreem gevoel van
vreugde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

gekwalificeerd

A

iets wat / iemand die voldoet aan bepaalde eisen (bv. een opleiding, diploma, fysieke mogelijkheden)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

grandeur

A

grootsheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

instantie

A

officiële organisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

kernwapen

A

wapen dat gebruikmaakt van atoomkernen om tot
ontploffing te komen

17
Q

locatie

A

plaats waar iets gebeurt

18
Q

leurder

A

straatverkoper, deur-aan-
deurverkoper

19
Q

het manusje-van-
alles

A
  1. iemand die veel weet over of handig is in heel veel zaken;
  2. klusjesman
20
Q

meewarig

A

met medelijden

21
Q

naargeestig

22
Q

ontoereikend

A

niet genoeg, onvoldoende

23
Q

ontsteltenis

A

hevige schrik

24
Q

ontwaren

A

opmerken, in het oog krijgen

25
progressief
1. op zoek naar nieuwe dingen, vooruitstrevend; 2. (hier) groeiend, sterker/erger wordend
26
research
onderzoek
27
resoluut
zelfzeker, overtuigd
28
restrictie
beperking, voorwaarde
29
sensibiliseren
mensen bewust maken van de gevaren van iets
30
statig
plechtig, waardig, voornaam
31
symptoom
teken, indicatie, aanduiding
32
toestemming
de goedkeuring van een verzoek of wens, instemming
33
tweetaligheid
het afwisselend kunnen gebruiken van twee talen in diverse communicatieve situaties
34
de verboden vrucht
iets aantrekkelijks waar je af moet blijven
35
verpauperd
vervallen, verkommerd
36
wijten aan
een reden geven