TV 280: Platte dak Flashcards
(25 cards)
Platte daken worden waterdicht gemaakt met
onderbroken membraan (afdichting)
Hellende daken worden waterdicht gemaakt met
een fragmentaire bedekking (zoals pannen of leien) die met overlapping worden geplaatst
Evolutie sinds 1960:
- Gebruik lichtere, geprefabriceerde dakvloeren
- Toename thermische isolatie, later om milieureden en comfort
- Leiden tot EPB-regelgeving
Verbetering sinds 1980:
- Nieuwe materialen
–> Polymeerbitumen met polyesterwapening
–> Dikkere PVC- membranen - Beter bevestigingstechnieken en aangepaste uitvoeringsregels
Ontwerp plat dak rekening houden met:
- Neerslag
- Wind
- Temperatuurschommelingen
Neerslag in België:
- Jaarlijkse hoeveelheid = 700 – 1.400 mm
- Gemiddelde jaarlijkse hoeveelheid = 910 mm
–> Gemiddeld aantal dagen per jaar met > 1 mm neerslag = 142 dagen
–> Gemiddeld aantal dagen per jaar met > 10 mm neerslag = 26 dagen
Sneeuwbelasting:
- 0.4 KN/m² op 100m
- 1.2 KN/m² op 700m
Extra risico’s sneeuwbelasting:
- Variatie in sneeuwdensiteit
- Regen op sneeuw
- Afschuiven van sneeuw van hoger dak
- Dooi- en vorstcycli
- Slechte afvoer van smeltwater
- Water ophoping op doorbuigende dakdelen
Temperatuur platdakbedekking:
Platdakbedekking kan tot 80°C worden
Ruwheids-categorieën
0 Zee of kust die blootstaat aan zeewinden
I Meer/ zone met weinig vegetatie + vrij van obstakels
II Zone lage vegetatie (gras) (+ alleenstaande obstakels (bomen, gebouwen) op onderlinge afstand van min. 20 keer hun hoogte)
III Zone regelmatige begroeiing + alleenstaande obstakels (bomen, gebouwen) op onderlinge afstand van max. 20 keer hun hoogte (bv. dorpen, voorsteden en permanenten bossen)
IV Stedelijke min. 15% oppervalk ingenomen door gebouwen met gemiddelde hoogte van meer dan 15 m
Damscherm
Functies:
- Verbetert windweerstand bij lucht open dakvloeren
- Kan tijdelijk dienst doen als afdichting tijdens werfperiode
- LET OP waterdicht dampscherm vertraagt droging bij lekken
Windbelasting:
Wind veroorzaakt onderdruk op horizontaal dak opp.
Onderdruk is groter aan randen en hoeken door werveling
Onderdruk afhankelijk van:
- Ligging
- Gebouwhoogte
- Binnen luchtdruk
Windstudie in de ontwerpfase omvat:
- Bepaling van windzuiging op dak-, rand en hoekzones
- Afmetingen van deze zones
- Controle of dakopbouw sterk genoeg is voor deze krachten
Windweerstand:
- Verkleving, cohesie en adhesie
= sterke hechting tussen de lagen en aan de ondergrond
Mogelijke schade:
–> Loskomen van damscherm of afdichting
–> Delaminatie van isolatiemateriaal - Mechanische bevestiging
= schroeven, verdeelplaatjes en andere bevestigingsmiddelen
Mogelijke schade:
–> Loskomen of losscheuren van onderdelen
–> Doorvorsing van isolatie
–> Delaminatie van cacheerlaag - Geballaste (verzwaarde) dakopbouw
= zware schutlaag om opwaartse windkrachten tegen te houden
Mogelijke schade:
–> Wegwaaien/ verplaatsen van ballast laag
–> Losrukken isolatie/ afdichting bij te lichte ballast
Koud dak – geventileerde spouw met buitenlucht:
Ventilatie moest (bouw)vocht of inwendige condensatie helpen drogen
Koud dak constructie is ondoeltreffend en verouderd, met risico op vochtproblemen en schade
Koud dak – geventileerde spouw met buitenlucht:
Problemen:
- Ventilatie schiet te kort (onvloedoende om effectief vocht af te voeren)
- Koude draagvloer (koeler dan buitenlucht) –> risico op onderkoelingscondensatie onde afdichting
- Condensatie in winter (valt samen met koude periode) –> lucht bevat weinig vocht –> droogt slecht
- Schoorsteeneffect –> ventilatie zuigt warme/ vochtige lucht uit binnenruimte aan –> meer condensatie in dakopbouw
Compact dak:
Nadelen:
- Weinig ventilatie
- Gevoelig insluiting bouwvocht, vooral omdat:
–> Houten dakvloer tijdelijk blootstaat aan weerinvloeden
–> Houtvochtgehalte hoog kan zijn, zeker als het onlangs werd verduurzaamd (impregnatie met houtbeschermingsmiddel) - Gevoelig inwendige condensatie
- Veralgemening compact dak afgeraden
Compact dak:
Beperking vocht in dakopbouw:
- Binnenklimaatklasse III of lager
- Isolatie en damprem onmiddellijk na elkaar geplaats worden, bij relatieve luchtvochtigheid < 75 %
- Dakvloer moet droog zijn voor afdichting, bij max. 18 % vochtgehalte massief hout
- Luchtdichtheid/ damprem moet getest worden via pressurisatieproef
Compact dak:
Bevorderen droging:
- Gebruik dampopen, vezelachtige isolatie
- Zonopwarming dak afdichting stimuleren:
–> Geen groen dak of zonnepanelen
–> Donker membraam - Dakhelling > 2 % na vervorming om waterstagnatie te voorkomen
Compact dak:
Tijdens en na werkzaamheden aan aantal voorwaarden voldaan (niet altijd mogelijk):
- Mogelijkheden en beperkingen vastleggen –> gebruiksgeschiktheidsattest aanvragen
- Noodzakelijk vooronderzoek: eisen, toepassingsvoorwaarden, klimaat en gebruikte materialen
- Opvatten/ uitvoering dakopbouw specifieke deskundigheid, aanpak en ervaring nodig
Daken koelruimtes
Buitenlucht is warmer dan binnen lucht en bevat dus meer waterdamp
–> de dampdruk is buiten hoger dan binnen
–> damtransport gaat van buiten naar binnen (van boven naar onder)
–> dit is omgekeerd aan klassieke verwarmde gebouwen, waar damp van binnen naar buiten wil migreren
–> risico op condensatie lang koude zijde is groter
Positieve koelruimtes (koelkast):
- Temperatuur: + 3 °C
- Relatieve luchtvochtigheid: +/- 90 °C
Negatieve koelruimtes (diepvries)
- Temperatuur: -20 °C tot -30 °C