Unidad 0: tus metas Flashcards
(38 cards)
1
Q
de vereiste
A
la necesidad
2
Q
de leerervaring
A
la experiencia de aprendizaje
3
Q
het leren
A
el aprendizaje
4
Q
uitdrukken
A
expresar
5
Q
beginnen te
A
empezar a
6
Q
de folder
A
el folleto
7
Q
het taleninstituut
A
la academia de idiomas
8
Q
voor beroepsdoeleinden
A
con fines profesionales
9
Q
het doel
A
el fin
10
Q
gericht zijn op
A
estar dirigido/-a a
11
Q
specifiek
A
específico
12
Q
het financiele dagblad
A
el periódico económico
13
Q
de vertoning
A
el visionado
14
Q
het potlood
A
el lápiz
15
Q
leg het (gebiedende wijs)
A
colocadlo
16
Q
neergeleggen
A
colocar
17
Q
draai het (gebiedende wijs)
A
giradlo
18
Q
draaien
A
girar
19
Q
beantwoord (gebiedende wijs)
A
contestad
20
Q
aangeven
A
señalar
21
Q
de overeenkomst
A
la coincidencia
22
Q
het dagboek
A
el diario
23
Q
het liedje
A
la canción
24
Q
vloeiend
A
con fluidez
25
onzeker
inseguro
26
bij het schrijven
al escribir
27
plezier hebben
divertirse
28
in tweetallen
en tándem
29
uit het hoofd leren
memorizar
30
de film
la pélicula
31
combinatie
la combinación
32
analytisch
analítico/-a
33
auditief
auditivo/-a
34
visueel
visual
35
tastbaar
táctil
36
invullen
rellenar
37
ophalen, inzamelen
recoger
38
ophangen
colgar
