unit 7: Call me but love Flashcards
(132 cards)
onderdrukt lachen
a chuckle
geklets
chit-chat
hij/zij die ziet er goed uit
good looks
een jongen/man die je wel zou zien zitten als partner
boyfriend material
durf/lef
audacity
openingszinnen
chat-up lines/pick-up lines
ridderlijkheid
chivalry
etiquette
decorum
goed kunnen opschieten met iemand
to get on well (with someone)
wederzijds
mutual
een afspraakje met iemand hebben
to go on a date (with someone)
de eerste stap zetten
to make the first move
op dezelfde golflengte zitten
to be on the same wavelength
brutaal
bold
melig/clichématig
cheesy/corny
grof/bot/lomp
crude
onoprecht
insincere
sentimenteel/klef
soppy
charmeren/bekoren
to charm
een zwak hebben voor iemand
to have a soft spot for someone
iemand aantrekkelijk vinden
to fancy someone
je seksueel aangetrokken voelen tot iemand
to have the hots for someone
(smoor)verliefd zijn op iemand
to have a crush on someone
alleen oog hebben voor één iemand
to only have eyes for