Verpleegkundige zorgverlening 2.1 Flashcards

1
Q

wat zijn de vier kwaliteiten van ademhaling

A

frequentie

diepte

regelmaat

ademhalingspatronen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is de normale ademfrequentie voor een volwassene

A

9-14 keer pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is de normale ademfrequentie voor een tiener

A

12-20 keer pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is de normale ademfrequentie voor een kind van 2-12

A

20-30 keer pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is de normale ademfrequentie voor een zuigeling

A

30-50 keer pm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

hoe is de verhouding inademing en uitademing bij een normale ademhaling

A

expiratie verloopt langer als inspiratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is apneu

A

afwezigheid van ademhaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is dyspneu

A

benauwdheid en of kortademigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is hyperventilatie

A

overademhaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is kussmaul

A

zeer diepe ononderbroken en regelmatige ademhaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke mensen kunnen vaak last hebben van kussmaul

A

mensen met diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is cheyne stokes

A

de diepte van de ademhaling neemt toe neemt daarna af en stopt dan even

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

welke mensen kunnen last hebben van cheyne stokes

A

mensen met slagaderverkalking in de hersenen en stervenden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat is zuchtende ademhaling

A

een regelmatige ademhaling waarbij mensen af en toe een zucht laten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

bij wie kan een zuchtende ademhaling voorkomen

A

Patienten met hersenvliesontsteking of beschadiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is gasping (happende ademhaling)

A

dieper inademen waarbij de onderkaak naar beneden zakt en de mond open staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

bij wie kan gasping voortkomen

A

stervenden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wat is een atactische ademhaling

A

volledig onregelmatige ademhaling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

bij wie kan een atactische ademhaling voorkomen

A

slaamiddelvergiftiging

ontwaken uit narcose

hersentumor

20
Q

wat is stridor

A

een piepend en fluitend geluid wanneer de luchtwegen ergens vernauwd zijn

21
Q

wat is inspiratie stridor

A

als de vernauwing hoog in de luchtwegen (boven de borst) hoor je het bij de inademing

22
Q

wat is expiratoirse stridor

A

als de vernauwing laag in de luchtwegen zit hoor je het geluid bij uitademing

23
Q

wat is cyanose

A

huid en of slijmvliezen kleuren blauw

24
Q

wanneer treed cyanose op

A

bij een zuurstoftekort

25
Q

welke soorten cyanose kent men

A

centrale cyanose

perifere cyanose

26
Q

wat zijn kenmerken van centrale cyanose

A

zuurstofarmbloed wordt door het hart gepompt hierdoor worden de:

lippen
tong
nagelbed
oren blauw

27
Q

wat zijn kenmerken van perifere cyanose

A

er wordt teveel zuurstof uit het bloed gehaald omdat het bloed te traag stroomt

de vingers
tenen
neuspunt worden blauw

28
Q

wat zijn de vier kwaliteiten van de pols

A

frequentie van de pols

regelmaat van de pols

gelijkmatigheid van de pols

kracht van de pols

29
Q

wat is een normale hartslag van iemand in rust

A

60-100 slagen per minuut

30
Q

wat is een normale hartslag van iemand die pasgeboren is

A

120 bpm

31
Q

wat is een normale hartslag van een oudere

A

60 slagen per minuut

32
Q

wat is een normale hartslag voor een 3 jarige

A

100 slagen per minuut

33
Q

wat is tachycardie

A

meer als 100 bpm in rust

34
Q

wat is bradycardie

A

minder als 50 bpm

35
Q

wat is een regulaire pols

A

als alle slagen regelmatig komen

36
Q

wat is een irregulier pols

A

als de slagen onregelmatig komen

37
Q

wat is een inequale pols

A

als de hartslag verschillend aanvoelen

38
Q

wat is een equale pols

A

als de vulling elke keer hetzelfde is

39
Q

op welke plekken kun je de hartslag meten

A

arteria radialis (pols)

arteria temporalis (slaap)

arteria femoralis (lies)

arteria brachialish (arm, elleboog)

arteria carotis (hals)

40
Q

wat kunnen oorzaken zijn van een verminderde bewustzijn

A

herseninfarct

hersenbloeding

hersenschudding of hersenletsel

zuurstoftekort

overdosis

medicatie intoxicatie

hyperglykemie

koorts

41
Q

hoe wordt bewustzijn gemeten

A

met de glasgow coma scale

42
Q

wat kunnen oorzaken zijn van een verhoogde lichaamstemperatuur

A

lichaam is niet in staat alle geproduceerde warmte kwijt te raken

door ziekte loopt de temp makkelijk op

het tempocentrum is hoger afgesteld

43
Q

wanneer heeft iemand last van verhoging

A

temp van 37,5-38 graden

44
Q

wanneer heeft iemand last van koorts

A

temp van 38-41 graden

45
Q

wanneer is er sprake van hyperthermie

A

temp hoger dan 41 graden

46
Q

wanneer is er sprake van onderkoeling

A

temp lager dan 35 graden