VO 1.2 Sterfteverschillen Flashcards
(40 cards)
Wat is de primaire doodsoorzaak?
De eerste in de reeks der gebeurtenissen welke tot de dood hebben geleid.
Wat kun je invullen bij het geven van een doodsoorzaaksverklaring?
Bij 1a vul je de ziekte in die rechtstreek leidt tot de dood, bij 1b/c vul je ziekten in die leiden tot de ziekte die rechtstreeks leidt tot de dood. Bij 2 vul je ziekten in die weliswaar hebben bijgedragen maar niet in causaal verband staan tot de rechtstreekse oorzaak van overlijden. Bij een juiste invulling van het formulier komt in de regel de aandoening die onder 1c vermeld staat, in de statistiek van doodsoorzaken terecht.
Welke 4 onderdelen kent de eerstelijns forensische geneeskunde?
- Lijkschouw
- Medische zorg aan arrestanten: de forensisch arts is de behandeld arts voor personen die vastzitten op een politiebureau en om een dokter vragen.
- Medische advisering ten aanzien van arrestanten: hierbij vraagt de politie of de arrestantenverzorger om een medische beoordeling. Hierbij gaat het meestal om de vraag of de patiënt ingesloten kan blijven of dat de medische zorg in het ziekenhuis nodig is. Belangrijk hierin is het aantonen van drugsgebruik.
- Sporenonderzoek: bijv. letselrapportages, bloedonderzoek in het kader van Wegenverkeerswet, zedenonderzoek bij verdenking op seksuele delicten.
Welke gezondheidsproblemen zien forensische artsen vaker?
Intoxicaties, verslavingsziekten, psychische problemen en infectieziekten.
Wanneer stelt de forensische arts een onderzoek in bij het overlijden van een patiënt?
Als het overlijden plotsteling en onverwacht is, als de dienstdoende arts de patiënt niet gekend heeft. Je moet dan de voorgeschiedenis navragen en onderzoek doen van het lijk. Als de behandelend arts dan geen doodsoorzaak kan vaststellen of twijfelt aan een natuurlijke dood of als er aanwijzingen zijn voor een niet-natuurlijke dood dan moet er onderzoek worden ingezet door de forensisch arts. Dit gebeurt in 10.000 gevallen per jaar.
Welke medicijnen schrijven forensisch artsen met name voor?
70% van de voorgeschreven medicatie door forensisch artsen is: methadon, anxiolytica en antipsychotica.
Wat is er van belang om onderscheid te maken tussen letsel door een ongeval of letsel door mishandeling?
- Is het een ongebruikelijk soort letsel? (zo is een steekwond altijd verdacht)
- Is het een ongebruikelijke plaats voor dit soort letsel? (bijvoorbeeld een brandwond op de rug)
- Ziet de wond er ongewoon uit? (bijvoorbeeld een bloeduitstorting van 30 centimeter lang en 2 centimeter breed)
- Komt het uiterlijk overeen met het opgegeven tijdstip en de wijze van ontstaan van het letsel?
- Is degene meegekomen die het letsel heeft veroorzaakt? Waren er andere personen aanwezig en bevestigen die het verhaal?
- Welke maatregelen zijn er genomen na het ontstaan van het letsel en waren die adequaat?
- Zijn er (veel) oude letsels te zien?
Waarvoor dient standaardisatie?
Standaardisatie dient om de ziekte- of sterftecijfers van twee of meer populaties die wat leeftijdssamenstelling betreft verschillen, toch vergelijkbaar te maken. Op dezelfde wijze kan men ook standaardiseren voor verschillen in bevolkingssamenstelling wat betreft geslacht, etniciteit, sociaal economische status, enzovoort.
Wat is de potentiële impactfractie?
Definitie: de proportie van de verwachte incidentie die wordt vermeden wanneer de blootstelling aan een specifieke risicofactor in de populatie verandert, bij voorbeeld afneemt. Formule: waarbij Pa de proportie van de bevolking is die blootgesteld is aan risicofactor a zonder de interventie; P’a de proportie van de bevolking die blootgesteld is aan risicofactor a na de interventie; RRa het relatieve risico van die risicofactor voor een specifieke ziekte en Itot de incidentie zonder interventie; I’tot de incidentie na de interventie en Io de incidentie van personen die niet zijn blootgesteld
Wat is de B-verklaring?
Het B-formulier waarop de doodsoorzaakverklaring wordt ingevuld, bestaat uit 8 rubrieken (a t/m h). Deze verklaring op papier wordt de behandelend arts of gemeentelijk lijkschouwer na vaststellen van de dood ingevuld ten behoeve van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).Op grond van de B-formulieren stelt het CBS de sterftestatistieken op. Stroomschema: vakken a, b, g en h zijn op alle overlijdensgevallen van toepassing. Bij het invullen van de rest moet onderscheid gemaakt worden of het een doodgeborene is (alleen vak f), vervolgens of het een niet-natuurlijke overlijden (dan vak c en e ), of een natuurlijk overlijden (dan vak c en d). Bij de personalia in vak c moet bij een bereikte leeftijd van 28 dagen of minder enige extra gegevens worden ingevuld.
Wat houdt het artikel 10 lid 1 Wet op de Lijkbezorging in?
Verslag betreffende een niet natuurlijke dood: De ondergetekende …., lijkschouwer van de gemeente …., verklaart gedurende de laatste twee jaar geen genees-, heel-, of verloskundige raad of bijstand te hebben verleend aan ….; verklaart het lijk persoonlijk te hebben geschouwd; verklaart er niet van overtuigd te zijn dat de dood ten gevolge van een natuurlijke oorzaak is ingetreden; in verband waarmee hij de in artikel 14 van de Wet op de lijkbezorging bedoelde ambtenaar van de burgerlijke stand heeft gewaarschuwd. De Wet op de lijkbezorging is niet van toepassing op een menselijke vrucht die na een zwangerschapsduur van minder dan 24 weken (a) levenloos ter wereld is gekomen dan wel (b) binnen 24 uur na de geboorte is overleden.
Wat houdt het artikel 228 Wetboek van Strafrecht in?
De geneeskundige die opzettelijk een valse verklaring afgeeft nopens een oorzaak van overlijden wordt gestraft met maximaal drie jaar gevangenisstraf.
Wat houdt de A-verklaring in?
De A-verklaring is een verklaring van overlijden dat de behandelend arts na het vaststellen van de dood invult ten behoeve van de burgerlijke stand. (art.7 lid 1 Wet op de Lijk Bezorging = WLB) Ondergetekende…., verklaart te zijn de behandelend arts van…., verklaart het lijk persoonlijk te hebben geschouwd, verklaart er van overtuigd te zijn, dat de dood ten gevolge van een natuurlijke oorzaak is ingetreden (art.7 lid 2 WLB). Indien de behandelend arts meent niet tot afgifte van een verklaring van natuurlijk overlijden te kunnen overgaan, deelt hij dit onverwijld mede aan de gemeentelijk lijkschouwer (forensisch geneeskundige). A-verklaring kan dus alleen worden afgegeven bij een natuurlijke dood.
Wat is de behandelend arts?
De arts die de overledene tijdens het leven als laatste op enigerlei wijze onder zijn medische zorg heeft gehad en de waarnemend of dienstdoende arts die over voldoende informatie beschikt om redelijkerwijs de afweging natuurlijk of twijfel daaraan kan maken.
Wat is een doodgeborene?
Een vrucht die na een zwangerschap van ten minste 24 weken ter wereld is gekomen en geen enkel teken van leven heeft vertoond (minder dan 24 weken is volgens de definitie van de wet geen lijk en hoeft dan ook niet geschouwd of begraven te worden).
Wat is een gemeentelijk lijkschouwer?
Een gemeentelijk lijkschouwer is een forensisch arts die door de gemeente is aangesteld om de doodsoorzaak vast te stellen wanneer er twijfel bestaat over een natuurlijke dood. Deze arts wordt ingeschakeld als de behandelend arts niet overtuigd is van een natuurlijke doodsoorzaak. De gemeentelijk lijkschouwer onderzoekt het lichaam en de omstandigheden van het overlijden om te bepalen of er sprake is van een natuurlijke of niet-natuurlijke dood.
Wat is ICD?
International Statistical Classification of Diseases and Related Health Problems: internationaal systeem voor doodsoorzakenregistratie. Sinds 1996 is in Nederland de tiende editie in gebruik.
Wat is lijkbezorging?
Het begraven of cremeren van een lijk. Vergunning hiertoe wordt verleend door de gemeente van overlijden, in principe niet eerder dan 36 uur na overlijden en uiterlijk op de zesde werkdag na overlijden. De burgemeester kan hier van afwijken maar moet voor een bezorging binnen 36 uur dit overeenstemmen met het openbaar ministerie (Officier van Justitie). Een derde mogelijkheid voor bezorging is het ter beschikking stellen van de wetenschap.
Wat is een niet-natuurlijke dood?
Men spreekt van een niet-natuurlijke dood als het overlijden een direct of indirect gevolg is van een ongeval, geweld, een van buiten komende oorzaak of zelfdoding, of door schuld of opzet van een ander. Ook als de schouwende arts twijfelt aan een natuurlijke doodsoorzaak, spreekt men vaak kortheidshalve en foutief van een niet-natuurlijke dood, omdat de gemeentelijk lijkschouwer ingeschakeld moet worden.
Wat is de onderliggende doodsoorzaak (vroeger: primaire doodsoorzaak)?
Ziekte of verwonding, die de keten van gebeurtenissen die tot de dood leidde, inzette.
Wat houden de woorden Onverwijld/zo spoedig mogelijk in wetteksten in?
De termen die in wetsteksten gebruikt worden om de mate van spoed aan te geven hebben een andere betekenis dan in het dagelijkse spraakgebruik. Met zo spoedig mogelijk wordt bedoeld: bij eerste gelegenheid, maar rekening houdend met de situatie en andere prioriteiten. Als het zonder uitstel en met voorrang moet gebeuren, heet dat in de wet: onverwijld.
Wat zijn secundaire doodsoorzaken?
Een wat verouderde term, die echter nog steeds in gebruik is om alle bijkomende aandoeningen en doodsoorzaken (op het doodsoorzaak formulier) aan te duiden die niet de onderliggende doodsoorzaak zijn.
Hoe dien je het overlijden vast te stellen?
Het vaststellen van overlijden dient te geschieden door het beluisteren van hart en longen met de stethoscoop en beoordeling van de pupilreacties op licht (cave: schijndood bij vergiftiging, verdrinking en onderkoeling). De schouw bestaat conform de richtlijnen uit een inspectie van het hoofd-hals gebied, waarbij wordt gelet op verwondingen of bloedinkjes, insnoeringen in de hals en vreemde voorwerpen in de mondholte. Bij het beluisteren van het hart en de longen wordt ook gelet op eventuele verwondingen en de positie van lijkvlekken aan de onderliggende kant van het lichaam. Bij twijfel moet het lichaam ontkleed worden.
Binnen hoeveel tijd moet lijkschouw plaatsvinden?
In de regel moet de lijkschouw binnen 3 uur na overlijden plaatsvinden. Schouwen bij nachtelijk overlijden in een verpleeghuis mag later plaatsvinden als de familie geen bezwaar heeft en het lichaam niet wordt gekoeld of ‘afgelegd’. Bij overlijden van een minderjarige moet altijd door de behandelend arts contact worden opgenomen met een gemeentelijk lijkschouwer om eventuele kindermishandeling uit te sluiten. Indien de doodsoorzaak niet duidelijk is kan een zgn. NODOK-procedure (Nader Onderzoek naar de DoodsOorzaak bij Kinderen) worden gestart.