voc mission 1 th4 nl --> fr Flashcards
(68 cards)
1
Q
een accessoire
A
un accessoire
2
Q
een (knie)kous
A
un bas
3
Q
een muts
A
un bonnet
4
Q
een oorbel
A
une boucle d’oreille
5
Q
een boxershort
A
un boxer
6
Q
een armband
A
un bracelet
7
Q
een bretel
A
une bretelle
8
Q
een onderbroek voor mannen
A
un caleçon
9
Q
een helm
A
un casque
10
Q
een knot(je) (dot)
A
un chignon
11
Q
een zwerver
A
un clochard
12
Q
een kapsel
A
une coiffure
13
Q
een panty
A
un collant
14
Q
een halssnoer
A
un collier
15
Q
een hals
A
un cou
16
Q
kortgeschoren haar
A
une coupe à la brosse
17
Q
een kuif
A
une crête
18
Q
een kruis
A
une croix
19
Q
een sjaal
A
une écharpe
20
Q
een siersjaaltje
A
un foulard
21
Q
een froufrou , pony
A
une frange
22
Q
een handschoen
A
un gant
23
Q
de haargel
A
le gel
24
Q
een onderhemd
A
un marcel
25
een mèche
une mèche
26
de dood
le mort
27
een vlecht
une natte
28
een vlinderdas
un noeud de papillon
29
een poncho
un poncho
30
een pull met rolkraag
un pull à col roulé
31
een pull met een V-hals
un pull à coll en V
32
een restyling
un relooking
33
een dakloze
un SDF (sans domicile fixe)
34
een onderbroek
un slip
35
een kelderverdieping
un sous-sol
36
een bh
un soutien-gorge
37
een stylist(e)
un(e) styliste
38
een sweatshirt met kap
un sweat à capuche
39
een tenue/gepaste kleding
une tenue
40
een thema
un thème
41
een visagist(e)
un(e) visagiste
42
raden
deviner
43
;;;; passen
essayer ::::
44
iemand maquilleren
maquiller quelqu'un
45
zich maquilleren
se maquiller
46
zich kammen
se peigner
47
(aan)reiken
tendre
48
kaal
chauve
49
stevig gebouwd
costaud(e)
50
drastisch
drastique
51
mystiek, mysterieus
mystique
52
een donkere huid hebben
avoir la peau foncée
53
een verzorgd voorkomen hebben
avoir l'air soigné
54
gekrulde haren hebben
avoir les cheveux bouclés
55
kroeshaar hebben
avoir les cheveux frisés
56
halflang haar hebben
avoir les cheveux mi-longs
57
stijl haar hebben
avoir les cheveux raides
58
flaporen hebben
avoir les oreilles décollées
59
een stoppelbaard hebben
avoire une barbe de trois jours
60
de haren kleuren
colorer les cheveux
61
iemands haar knippen
couper les cheveux à quelqu'un
62
in leder
en cuir
63
het kapsel fixeren
fixer la coiffure
64
iemands haar kammen
peigner les cheveux à quelqu'un
65
zijn haren drogen
se sécher les cheveux
66
zich zeker, veilig willen voelen
se sentir sûr(e)
67
een baard/snor trimmen
tailler une barbe, une moustache
67
regels volgen
suivre des règles
