Voorbereidende opdracht 3 AF! Flashcards
The output of center-surround cells in the lateral-geniculate nucleus can be combined in V1 to create sensitivities to specific orientations. The neurons in V1 that are sensitive to orientations are called:
(A) Complex cells
(B) Simple cells
(C) Hyper-complex cells
(D) Parvocellular cells
b
Which of the following tasks do you think a patient with prosopagnosia would have the most difficulty with?
(A) Deciding whether an upside down face is smiling
(B) Deciding which of two faces is famous
(C) Judging the age of a face
(D) Answering the question “Who is the current head of state?”
b
In the model of Haxby et al. (2000) which of the following brain regions is not considered to be part of the core system of face processing?
(A) Amygdala
(B) Fusiform face area
(C) Occipital face area
(D) Superior temporal sulcus
a
What part of the brain is critically involved in computing object constancy?
(A) Inferotemporal cortex (IT)
(B) Primary visual cortex (V1)
(C) Area V4
(D) Parieto-occipital junction
a
Cortical blindness restricted to one half of the visual field (associated with damage to the primary visual cortex in one hemisphere) is known as:
(A) Hemiparesis
(B) Hemiplegia
(C) Hemianopia
(D) Quadrantinopia
c
Which of the following is NOT a Gestalt principle?
(A) Law of closure
(B) Law of proximity
(C) Law of common fate
(D) Law of similarity
a
The main pathway from the eyes to the primary visual cortex (V1) goes via which structure?
(A) Cerebellum
(B) Area V4
(C) Thalamus
(D) Area V5
c
Which of the following statements is TRUE?
(A) Objects on the left side of space will be seen on the right side of the retina of both eyes
(B) Objects on the left of space are seen by the right eye (not the left eye)
(C) Objects on the left of space are seen by the left eye (not the right eye)
(D) Objects on the left side of space will be represented in the primary visual cortex of the left hemisphere
a
The main pathway from the eyes to the primary visual cortex (V1) goes via which structure?
(A) Superior colliculus
(B) Area V4
(C) Lateral geniculate nucleus
(D) Area V5
c
The region of space that elicits a response from a given neuron is known as the:
(A) Scotoma
(B) Center-surround
(C) Spatial reference frame
(D) Receptive field
d
The output of center-surround cells in the lateral-geniculate nucleus can be combined to detect specific orientations. These are called:
(A) Complex cells
(B) Simple cells
(C) Hyper-complex cells
(D) Parvocellular cells
b
Een patiënt beschrijft het volgende probleem:
“Ik kan niet meer autorijden. Als ik op de weg rijd zie ik flitsen van hoe andere auto’s over de weg verdeeld zijn, maar ik zie ze niet bewegen en ik kan snelheden niet inschatten.
In welk hersengebied verwacht je dat de patiënt een laesie heeft?
A. V1
B. V5
C. V4
b
Een patiënt beschrijft het volgende probleem:
“Ik kan mijn vrouw zien en kan beschrijven wat ze doet, maar ik kan haar niet meer herkennen als mijn vrouw. Pas als ze begint te praten herken ik haar door haar stemgeluid.”
Waar verwacht je dat de patiënt een afwijking heeft?
A. Dorsal stream
B. Ventral stream
C. V1
b
Een patiënt beschrijft het volgende probleem:
“De kleuren zijn verdwenen!”
Waar verwacht je dat de patiënt een afwijking heeft?
A. LGN
B. V6
C. V4
c
Een patiënt heeft een beroerte gehad en beschrijft het volgende probleem:
“Het is zwart voor mijn ogen.”
Waar verwacht je dat de patiënt een afwijking heeft?
A. V1
B. V2
C. V3
a