W 11 HC.6 - Een diverse geschiedenis van de geneeskunde Flashcards

1
Q

Noem drie veelgebruikte verschil categorieën:

A
  • Sekse/gender
  • Cultuur
  • SES = sociaal economische status
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat valt er tegen deze categorieën in te brengen?

A
  • niet neutraal
  • kunnen inclusiviteit frustreren
  • leiden tot hokjesdenken: pathologiseren en verabsoluteren

pathologiseren = dingen als een medische afwijking defineren
verabsoluteren = hard maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is intersectionaliteit/ kruispuntdenken?

A

Bij intersectionaliteit ben je je ervan bewust dat mensen op meerdere assen kunnen afwijken van ‘de norm’, dat die assen elkaar beïnvloeden en dat dat iemands positie in de maatschappij bepaalt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Defineer sekse en gender

A

Sekse: lichamelijke verschillen in geslacht
Gender: Culterele verschillen van de lichamelijke verschillen in geslacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Tot 1800: een-sekse-model
Na 1800: twee-sekse-model
Wat houden deze modellen in?

A
  1. Seksen waren vergelijkbaar en geslachtsorganen dus ook. Man en vrouw hadden actieve seksualiteit: lust
  2. Seksen waren fundamenteel verschillend en vrouwen werden bepaald door geslachtsorganen en seksualiteit en hadden alleen passieve seksualiteit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is sociaaleconomische status?

A

De mate waarin men de mogelijkheid heeft maatschappelijk gewaardeerde goederen te creëren en consumeren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly