Week 1 leerdoel 2 & 3 Flashcards

1
Q

Wat is het verschil tussen primaire en secundaire hypertensie?

A

Bij primaire hypertensie is de oorzaak onbekend en bij secundaire hypertensie is er een bekende oorzaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waardoor veroorzaken vasodilatatoren een lagere bloeddruk?

A

Verminderen systematische vaatweerstand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke groepen medicatie behoren tot vasodilatatoren?

A

alfablokkers, calciumantagonisten, ACE-remmers, angiotensinereceptorblokkers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waardoor veroorzaken diuretica verlaging van bloeddruk?

A

Bevorderen verwijdering van natrium en water door nier –> verminderen bloedvolume

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom worden cardio remmende geneesmiddelen gebruikt bij hypertensie?

A

Blokkeren beta receptoren op het hart (beta blokkers) of L-type calciumkanalen (calciumantagonisten) –> verlagen hartfrequentie en contractiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly