Week 3 Flashcards

(49 cards)

1
Q

inclinatiehoek

A

hoek van femur kop
coxa vera = < 120º
normaal = 120 - 135º
coxa valga = 135º

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

anteversiehoek

A

kijk foto, tis van boven
normaal 10-15º
afwijking=torsie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

teken van trendelenburg

A

heup drop when lifting 1 lig
door zwakke abductoren

beide kanten dit? –> duchenne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bij wie komt artrose meeste voor

A

vrouwen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is eig artrose?

A
  • Verlies gewrichtskraakbeen
    • Ombouw van subchondrale bot
    • Ontsteking synoviale membraan
      Gewrichtspijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

welke soort artose komt meeste voor

A

heup en knie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

doelen behandeling artrose

A
  • Voorlichting
    • Verminderen pijn
    • Behouden mobiliteit
    • Beperken handicaps
      Behouden kwali
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

diagnostiek artrose

A
obv anamnese en lo
	- Zonder beeldvorming als pt
		○ 45+ jaar is
		○ activiteit gerelateerde pijn heeft
		○ Geen of kortdurende ochtendstijfheid
	- Wel bij 
		○ Atypische presentatie
		○ Onverwacht snelle progressie
Indicatie voor gewrichtsprothese
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Functie kraakbeen

A
  • Glad oppervlak
    • Schok dempen
      Verdelen belasting op bot
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kellgren and lawrence classificatie

A

diagnostiek knie artrose

0: geen artrose
1: mogelijk spleetversmalling
2: zeker spleetversmalling en osteofyten
3: duidelijke spleetversmalling, osteofyten, sclerose, deformiteit
4: ernstige^

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

behandelopties artrose

A

farmacologisch
niet-farmacologisch
injecties
operaties

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

algehele anesthesie

A

Narcosedriehoek –> slaapmiddel, analgeticum, spierverslapper

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

loco-regionale anesthesie

A

remmen natrium instroom in zenuwcellen vanuit binnenkant

esters en amiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

MAC-waarde

A

potentie van anesthetica wordt uitgedrukt in minimale alveolaire concentratie (=ED50)
= concentratie die nodig is om 50% vd patienten in narcose te krijgen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Oil/gas partitie coefficient

A
  • = oplosbaarheid in vet
    • Hoe hoger (dus hoe makkelijker hij binnendringt), hoe lager de MAC
    • Dus minder van nodig om 50% mensen te knock out
      Zegt iets over potentie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wrm zijn slecht oplosbare meds beter

A

Hoe lager de oplosbaarheid in bloed van anesthetica, hoe sneller het inwerkt
Slechte oplosbaarheid geeft snelle verwijdering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

toxische bovengrens berekenen lokale anesthesie

A

?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

DD heupafwijkingen bij kids

A

dysplastische heupontwikkeling (DDH)
coxitis fugax
m. perthese
epifysiolisis capitis femoris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

DDH
wat is het
riskfactors
diagnose

A
abnormale verhouding capitfemoris en acetabulum
abductie moeilijk
risico: vrouw en stuitligging
diag: kliniek en beeldvorming
teken van galeazzi (beenlengteverschil)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

hoe wordt instabiliteit vd heup onderzocht ?

A

symptoom van Barlow = dislocatie femurkop when adductie

symptoom van ortolani = klik als abductie

21
Q

behandeling DDH

A

pavlikbandage
= heup dmv speciale broek gerepositioneerd
Avasculaire necrose voorkomen

22
Q

Coxitis fugax

A

zelfde presentatie als DDH
jongens (3-10)
ontsteking die vanzelf over gaat
blijven klachten langer? –> ziekte van Perthes

23
Q

ziekte van Perthes

A

circulatieziekte van femurepifyse

infarcten van botkern (catterallclassificatie)

24
Q

behandeling ziekte van Perthes

A

leefregels
om de 4 mnd rontgen
fysio

25
epifysiolisis capitis femoris
jongens (10-17) | afglijding collum femoris van de kop
26
diag en behandeling epifysiolisis capitis femoris
rontgen X-bekken VA, X-heupen in lauenstein fixatie
27
purulente heupartritis
neonaten septische artritis heup levensbedreigend
28
symptomen coxartrose
pijn lies en bovenbeen minder loopafstand manken
29
beh coxartrose
operatief - totale heupprothese - girdlestone - osteotomie - athroscopie - artrodese
30
avasculaire necrose
kan door trauma | kan door meds, alcohol..
31
ficat classificatie coxartrose
I- geen veranderingen II- subchondrale sclerose III- subchondrale collaps, fractuur heupkop IV- kop inzakking + sec veranderingen
32
beh avasculaire necrose
ficat stadium 1 en 2: druk wegboren
33
indicatie gewrichtsprothese
arthrose of osteonecrose met: - pijn - functiestoornissen - als conservatieve beh niet werkt
34
contra-indicatie protheses
inoperabel en infecties
35
osteolyse bij prothese
slijtage partikels polyethyleen ontstekingsrea door macrofagen daardoor ostelolyse
36
waar bestaat kraakbeen uit
``` chondrocyten ECM - collageen - hyaluronzuur - proteoglycanen - glycoproteinen ```
37
soorten kraakbeen
hyaline fibro elastisch
38
hyaline kraakbeen
○ Gewrichten Ribbenkast naar sternum Neus Trachea ○ Collageen II ○ Perichondrium --> bindweefsel om kraakbeen ○ Voeding via perichondrium Transport via beweging (pompen)
39
fibro kraakbeen
○ Stugger ○ Tussenwervelschijven Geen perichondrium
40
elastisch kraakbeen
○ Elastinevezels Oor Epiglottus
41
Kraakbeenvorming
- Mesenchymale cellen - Interstitiele groei ○ Lange pijpbeenderen en gewrichten ○ Chondrocyten groeien - Appositionele groei Perichondrium groei
42
Mucopolysaccharidose
- Lysosomale stapelingsziekte | Stapeling glycosaminoglycanen door missend enzym
43
Mucopolysaccharidose Therapie
- Enzymvervangende therapie - Duur Niet curatief
44
functies sportarts
- Blessureconsulten - Sportmedisch onderzoek Teambegeleiding
45
Oorzaken heupfractuur
- Osteoperose - Val - Hoog energetisch letsel Oncologie
46
Risico's operatie heupfractuur
- Nabloeding - Infectie - Mal-union Delier
47
kijk garden classificatie
ok
48
kijk behandelmotaliteiten mediale heupfractuur
ok
49
verschil sportarts en orthopeed
sportarts doet problematiek in relatie tot sport/beweging