Week 3 - Grenzen en omvang van aansprakelijkheid Flashcards
(34 cards)
Op welke drie wijzen kan aansprakelijkheid begrensd worden?
- Begrenzing door tijd
- Begrenzing door plaats
- Begrenzing door politiek
Wat houdt het relativiteitsvereiste in?
Geen verplichting tot schadevergoeding bestaat, wanneer de geschonden norm niet strekt tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde die heeft geleden
We kennen drie aspecten van het relativiteitsvereiste. Welke drie zijn dit?
- Het personele bereik (HR Tandartsen)
- De soort schade
- De wijze waarop de schade geleden is.
Noem een kritiekpunt op het relativiteitsvereiste.
In veel zaken waarin het relativiteitsvereiste een rol speelt, wordt een schadevergoeding gevorderd van de staat. Men stelde dat het relativiteitsvereiste voornamelijk diende om overheidsaansprakelijkheid in te perken.
Nadat de aansprakelijkheid gevestigd is, dient de schade toegerekend te worden aan de schadeveroorzakende gebeurtenis. Hoe wordt dit gedaan?
De schade kan aan de schadeveroorzakende gebeurtenis worden toegerekend door middel van toerekening naar redelijkheid ex art. 6:98 BW.
Voordat de leer van toerekening naar redelijkheid werd toegepast, werd de adequatieleer gebruikt om de causaliteit te vestigen. Wat houdt deze leer in?
Op grond van de adequatieleer kon schade enkel worden toegerekend aan de schadeveroorzakende gebeurtenis wanneer de schade redelijkerwijs voorzienbaar was.
Toerekening naar redelijkheid wordt gezien als een multifactorbenadering. Brunner heeft een aantal gezichtspunten (geen criteria) geformuleerd waar naar gekeken kan worden om toe te rekenen naar redelijkheid. Welke regels zijn dit?
- Naarmate het gevolg naar ervaringsregels waarschijnlijker is, is toerekening eerder gerechtvaardigd;
- Naarmate het gevolg minder verwijderd is van de onrechtmatige daad, is toerekening eerder gerechtvaardigd;
- Bij schending van verkeers- en veiligheidsnormen die met het oog op de voorkoming van ongevallen
zijn opgesteld, is een ruime toerekening van overlijdens- en letselschade gerechtvaardigd; - Naarmate de schuld aan het schadeveroorzakend gebeuren groter is, is een ruimere toerekening gerechtvaardigd;
- Schade door dood en verwonding wordt eerder toegerekend dan zaakschade, zaakschade eerder dan schade die bestaat in extra kosten en uitgaven en schade door vermogensverlies eerder dan derving van winst;
- Bij schade toegebracht tijdens bedrijfsuitoefening is toerekening wellicht eerder gerechtvaardigd dan wanneer de aansprakelijke persoon een beroepsbeoefenaar of een particulier is.
Op grond van art. 6:101 BW kan er eigen schuld leiden tot een andere verdeling van de geleden schade. De omvang van de schadevergoedingsplicht dient te worden vastgesteld aan de hand van een tweetrapsraket. Wat houdt deze tweetrapsraket in?
- De schadevergoedingsplicht dient in beginsel te worden vastgesteld in evenredigheid met de mate waarin de aan ieder toe te rekenen gedragingen hebben bijgedragen aan de geleden schade;
- tenzij op grond van de billijkheid een andere verdeling plaats dient te vinden.
Welke omstandigheden kunnen een rol spelen bij de vaststelling van eigen schuld?
- Eigen gedragingen
- Andermans fouten
- Andere omstandigheden
Wat wordt over het algemeen verstaan onder het begrip ‘schade’?
Een vermindering of nadeel in een object.
In de literatuur wordt een onderscheid gemaakt tussen drie vormen van schade. Welke vormen zijn dit en wat houden deze in?
- Personenschade -> letsel- en overlijdensschade
- Zaakschade -> schade als gevolg van beschadiging of vernietiging van een zaak
- Zuivere vermogensschade -> vermogensschade die niet onder hiervoorgenoemde categorieën geplaatst kan worden.
Hoe wordt immateriële schade vastgesteld?
De schade wordt vastgesteld op grond van de billijkheid. Hierbij dient gekeken te worden naar de aard van de aansprakelijkheid, de aard, duur en intensiteit van de pijn en naar de gederfde levensvreugde.
Welke twee vormen van vaststelling van schade kennen we en wat houden deze in?
Concrete schadevaststelling
De schade wordt gelijkgesteld aan de schade die de benadeelde in concreto heeft geleden.
Abstracte schadevaststelling
De schade wordt gelijkgesteld aan de normaliter in soortgelijke gevallen geleden schade.
Waarom wordt bij de vaststelling van de causaliteit niet gebruik gemaakt van het conditio sine qua non criterium?
Wanneer gebruik gemaakt zou worden van dit criterium, zou dit leiden tot een te ruime aansprakelijkheid.
Wat dient er te gebeuren wanneer een benadeelde als gevolg van een schadeveroorzakende gebeurtenis naast nadeel ook een voordeel leidt?
Op grond van art. 6:100 BW dient dit voordeel in rekening te worden gebracht van de vastgestelde schade.
Wat houdt het principe van rechterlijke matiging in?
Art. 6:109 BW
De rechter mag de verplichting tot schadevergoeding matigen wanneer toekenning van volledige schadevergoeding onaanvaardbare gevolgen zou hebben.
Voor aansprakelijkheid van motorrijtuigen zijn drie vereisten waaraan voldaan moet zijn. Welke zijn dit?
- Er moet sprake zijn van een motorrijtuig
- Het motorrijtuig moet op de openbare weg zijn gereden
- Het motorrijtuig is betrokken geweest bij een verkeersongeval waarbij schade is toegebracht aan niet door dat motorrijtuig vervoerde personen of schade
Op welke twee gronden kan de aansprakelijkheid van een motorrijtuig worden uitgesloten of beperkt?
Overmacht en eigen schuld.
Wat is de essentie van het arrest HR Waterwingebied?
Overgang adequatietheorie naar TNR
Een olietankchauffeur rijdt tegen een boom aan. Hierdoor komt er olie terecht in een waterwingebied. De chauffeur stelde dat hij niet wist dat hij in een waterwingebied reed, waardoor de schade groter zou zijn.
De Hoge Raad past in dit arrest voor het eerst de leer van redelijke toerekening toe. Dat de chauffeur niet wist dat hij in het waterwingebied reed, waardoor de schade niet voorzienbaar was, maakt niet uit. Het causale verband kon hier worden aangenomen, omdat de schade een niet zo uitzonderlijke vorm van het ongeluk was, dat het niet redelijkerwijs kon worden toegerekend aan het ongeluk.
Wat is de essentie van het arrest HR Lars Ruröde?
Billijkheidstoets - art. 6:101 BW
De tienjarige Lars Ruröde rijdt met een boer op een tractor. De boer waarschuwt hem voor een gevaarlijk apparaat achter de tractor. Wanneer de boer niet oplet, steekt Lars zijn arm in de machine. Volgens de boer is er sprake van eigen schuld omdat hij Lars gewaarschuwd had.
De Hoge Raad oordeelt dat in het geval dat een gevaarlijke situatie in het leven wordt geroepen en deze zich verwezenlijkt ten aanzien van een kind welke op basis van zijn leeftijd beperkt inzicht heeft in dit gevaar, de billijkheid eist dat de geleden schade ten laste komt van de persoon die de gevaarlijke situatie in het leven heeft geroepen.
Wat is de essentie van het arrest HR IZA/Vrerink?
Billijkheidstoets, art. 6:101 BW, 50%-regel
Oude vrouw fietst op voetpad. Ze wordt aangereden door een auto. Verzekeraar IZA probeert de schade te verhalen op automobilist Vrerink.
De Hoge Raad oordeelt dat wanneer geen sprake is van overmacht bij een ongeval tussen een ongemotoriseerd voertuig of een voetganger, de billijkheid eist dat minstens 50% van de geleden schade voor rekening van de bestuurder van het gemotoriseerde voertuig komt.
Dit wordt gedaan op basis van de billijkheidscorrectie van art. 6:101 BW.
Wat is de essentie van het arrest HR Duwbak Linda?
Relativiteitseis
Duwbak Linda ligt in een haven en kapseist. Dit is het gevolg doordat het schip in slechte staat was. Desondanks was het schip een jaar hiervoor in goede staat verklaard. Als gevolg van het kapseizen loopt een ander schip schade op. De eigenaar probeert zijn schade te verhalen op de staat.
De Hoge Raad buigt zich over de vraag of aan het relativiteitsvereiste is voldaan. Dit is niet het geval. De geschonden norm strekt namelijk tot het bevorderen van de algemene veiligheid in het scheepsverkeer, en dus niet tot bescherming van individueel geleden vermogensbelang. De aansprakelijkheid kon hierom niet gevestigd worden.
Wat is de essentie van het arrest HR Iranese vluchteling?
Aspecten relativiteitsvereiste, soort schade
Een Iranese vluchteling verzocht om toegelaten te worden tot Nederland. Deze aanvraag werd afgewezen. Jaren later bleek dit ten onrechte gedaan te zijn. De vrouw vordert schadevergoeding, aangezien zij in deze periode niet heeft kunnen werken.
De Hoge Raad oordeelt dat de toelating als vluchteling geschiedt om humanitaire redenen en niet om de vermogensrechtelijke belangen van de vluchteling te beschermen. Aangezien de regel een andere soort schade beoogt te beschermen dan dat daadwerkelijk geleden is, is niet voldaan aan het relativiteitsvereiste.
Wat is de essentie van het arrest HR Watersportongeluk?
Billijkheidstoets, art. 6:101 BW
Een jongen van 13 vaart tijdens het besturen van een waterscooter tegen een snorkelaar aan, welke ernstig gewond raakt. Het Hof verdeelt de schade 50%-50%. Volgens de ouders is er sprake van eigen schuld.
De Hoge Raad oordeelt dat het Hof een billijkheidscorrectie uit had moeten voeren. Dit gelet op de ernst van het geval, de schade en het feit dat het ongeluk voorkomen had kunnen worden.