Week 5 overeenkomsten Flashcards

1
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

subjectieve verwijzing, rechtinternationale overeenkomsten

A
  1. Conflictenrechtelijk rechtskeuze: het recht vervangt objectief toepasselijk recht in zijn geheel.

–> HR Alnati: zo’n conflictenrechtelijke rechtskeuze wordt aanvaard indien:
- het gaat om internationale overeenkomsten.
- in beginsel: uitzonderingen voor specifieke overeenkomsten + algemene belangen kunnen niet opzij worden gezet.

  1. materieelrechtelijke rechtskeuze: gekozen recht vervangt enkel de aanvullende regels van het objectief toepasselijk recht. Dit aanvullende recht kan ingevuld worden naar wens.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

coherente uitleg EU-verordeningen

A

In de verordeningen Brussel I bis en Rome I en Rome II kom je vergelijkbare begrippen tegen. Zoals ‘richten op’. Vergelijkbare begrippen dienen zo veel mogelijk op coherente en uniforme wijze te worden uitgelegd.

Zowel:
- horizontaal: regelingen met betrekking tot verschillende IPR vragen kunnen dezelfde begrippen hanteren. Geld op 1 moment maar op verschillende terreinen.

  • verticaal: in tijd. Als de bepalingen niet zijn gewijzigd dan is de jurisprudentie over EVO ook relevant voor Rome I. Alle jurisprudentie, zoals Kalimijnen 1960, nog steeds relevant.

–> wel opletten dat de bepaling een vergelijkbaar doel dient. Dus jurisprudentie van de verschillende regelingen zijn onderling relevant voor zover het gaat om vergelijkbare begrippen in een vergelijkbare context.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welk recht is van toepassing op de koopovereenkomst

A

Deel I
1. Er is sprake van een koopovereenkomst dus we kijken naar Rome I en het Weens koopverdrag.
- WKV: eenvormig privaatrecht, materiële/inhoudelijke regels.
- Rome I: internationaal privaatrecht. Verwijzingsregels, dus welk recht is van toepassing.

–> EPR gaat altijd voor IPR dus we kijken eerst naar WKV.

  1. Kijken of WKV van toepassing is.
    - materieel: art. 1, koopovereenkomsten betreffende roerende zaken tussen partijen die in verschillende staten gevestigd zijn.
  • formeel:
    –> art. 1 lid 1 sub a: direct formeel van toepassing als beide partijen verdragsluitende staten zijn.
    –> art. 1 lid 1 sub b: indirect formeel van toepassing. Kijken volgens regels IPR of het recht dat van toepassing is wijst naar een land die verdragsluitende staat bij WKV is. –> je gaat dus naar Rome I.
  • temporeel toepassingsgebied: art. 100 inwerktreding verdrag voor verdragsluitende staten.
  1. Tussenconclusie: of materieelrechtelijke regels uit WKV van toepassing of je volgt de uitkomst van Rome I.

Deel II
4. gaat om verbintenissen uit overeenkomst dus ook kijken naar Rome I.
- materieel: art. 1 verbintenissen uit overeenkomst. bekijk ook altijd uitzonderingen lid 2.
- formeel: art. 2
- temporeel: art. 28, peilmoment sluiting van overeenkomst.

  1. Welk recht van toepassing als er geen rechtskeuze is gedaan ex. art. 3? Dan ga je naar art. 4 hoofdregel, waar aansluiting wordt gezocht bij het recht van het land waar verkoper zijn gewone verblijfplaats heeft.

–> art. 19, gewone verblijfplaats van vennootschappen is plaats hoofdbestuur.

  1. Exceptieclausule van art. 4 lid 3 controleren, of zwakkere contractspartijen die extra bescherming genieten art. 5-8.
  2. Conclusie WG: op grond van art. 4 is het toepasselijk recht Iers recht.

–> Is Ierland een verdragsluitende staat bij WKV? Nee, dus de regels zijn niet indirect van toepassing o.g.v. art. 1 lid 1 sub b. Iers recht is van toepassing.

–> Stel je komt uit bij NL recht. NL is wél een verdragsluitende staat, dus dat betekent dat de regels van WKV van toepassing zijn o.g.v. art. 4 lid 1 sub b.

  1. Conclusie: de materieelrechtelijke regels afkomstig uit het WKV zijn van toepassing op de overeenkomst OF het Iers recht is van toepassing op de overeenkomst.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bevoegdheid van de rechter koopovereenkomst

A
  1. Is er een verdrag of verordening van toepassing? Brussel I bis
    - materieel: art. 1 lid 1 burgerlijke handelszaken. Uitzonderingen art. 2 nvt.
    - formeel: af te leiden art. 4-6. verweerder in EU lidstaat, vestiging vennootschap in Ierland art. 63.
    - temporeel: 66 jo. 81, toepassing op rechtsvorderingen die zijn ingesteld op of na 10 mei 2015.
  2. Materieel, formeel en temporeel van toepassing.
  3. art. 24 geen exclusieve bevoegdheid. Geen zwakkere partijen beschermd afd. 3 t/m 5. en geen forumkeuze art. 25.
  4. art. 4, hoofdregel bevoegd hoofdplaats verweerder. (WG: hoofdvestiging ierland, dus ierse rechter bevoegd.
  5. Maar koopovereenkomst dus evt. art. 7 lid 1 van toepassing.
    - art. 7 lid 1 sub b: voor gemak kijken naar levering. Dit artikel enkel van toepassing als wordt geleverd in een lidstaat. Nu leveren in Turkije dus naar sub c.
    - sub c naar a.
    - art. 7 lid 1 sub a: de rechter is bevoegd van de plaats van de verbintenis die aan de eis ten grondslag ligt. –> in de WG was dit de betaling.
  • optie 1: plaats van de betaling staat in de overeenkomst? –> die rechter is bevoegd.
  • optie 2: plaats van de betaling staat niet in de overeenkomst –> HvJ Tessili.

HVJ TESSILI
6. welk recht is van toepassing? –> om dit te betalen moet je kijken welk conflictenrecht van toepassing is op de overeenkomst.

  1. het WKV is van toepassing op de overeenkomst.
    –> dus waar betaald moet worden volgens recht van conflictenrecht uitkomst, dus WKV.

–> volgens WKV moet er o.g.v. art. 57 betaald worden ten plaatse van vestiging verkoper. In WG was dit Maastricht.

  1. Conclusie: op grond van art. 7 lid 1 sub a is de rechtbank Maastricht bevoegd kennis te nemen van de zaak. (WKV zegt niks over bevoegdheidsregels).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gevolg kennen aan embargo ander land? Verbintenis overeenkomst

A
  1. Verbintenis uit overeenkomst dus kan gekeken naar Rome I:
    - materieel: art. 1, verbintenissen uit overeenkomst. uitzonderingen lid 2.
    - formeel: art. 2 universeel toepassingsgebied.
    - temporeel: art. 28, peilmoment is sluiting van de overeenkomst. Op of na 17 december 2009.
  2. Rome materieel, formeel en temporeel van toepassing.
  3. art. 9 Rome I: voorrangsregel.
  • lid 1: regels die een belangrijk sociaal of politiek doel van dat land verwezenlijken.
  • lid 2: voorrangsregel land van de rechter. Dus bijv. NL rechter moet NL regel toetsen. Dan hebben die regels gelding t.o.v. geldende recht.
  • lid 3: derdelandsvoorrangsregel. regel wordt enkel toegepast wanneer de overeenkomst in het land van de regel moet worden uitgevoerd. (WG: Amerika).
  1. Niet voldaan aan de voorrangsregel? –> HvJ Nikiforidis.
    - je kunt een feitelijk element meenemen in je beslissing.
    - maar er moet een haakje zijn in het rechtsstelsel.
    - voorbeeld WG: Iers recht van toepassing. Amerika wil dat connecting geen pijpleidingen levert. Dan kan NL rechter zeggen: oke, het ierse recht kent overmacht naar maatstaven in van redelijkheid en billijkheid, en we kleden dit in met dat feitelijk element waardoor Connecting toch niet na hoeft te komen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

rechtskeuze onder Rome I voor een ander stelsel/beginsel

A
  1. Is Rome I van toepassing
    - materieel: art. 1, verbintenissen uit overeenkomst. Uitzonderingen lid 2.
    - formeel: art. 2 universeel toepassingsgebied,.
    - temporeel: art. 28, peilmoment is sluiting van de overeekomst.
  2. Is Rome I van toepassing?
  3. Op grond van art. 3 lid 1 Rome I kan een rechtskeuze worden gedaan voor elk statelijk recht ter wereld. Er hoeft geen werkelijke band te zijn met het land.
  • moet sprake zijn van een internationaal geval, zoals bepaald in HR ALNATI.
  • aantal vormvereisten: rechtskeuze moet uitdrukkelijk zijn gedaan/blijken uit omstandigheden van het geval.
  • conflictenrechtelijke rechtskeuze: geldt dus voor het toepasselijk recht.

art. 3 lid 3: intern geval. enkel materieelrechtelijke rechtskeuze. Kan geen dwingende regels NL recht opzij zetten, maar wel keuze voor de aanvullende regels.

art. 3 lid 4: intern Europees geval. Eiser en verweerder bevinden zich in de EU. Dwingende EU-bepalingen kunnen niet opzij worden gezet.

–> HvJ Ingmar: Amerikaanse recht kan niet de richtlijn met dwingrechtelijke bepalingen met betrekking tot handelsagenten opzij zetten.

  1. Er kan ook gekozen worden voor beginselen, dus geen statelijk recht.
    - Enkel materieel rechtelijke werking, punt 13 Preambule rome I/

–> nadeel: moet telkens gekeken worden welke dwingrechtelijke bepalingen van het recht anders van toepassing zijn, aangezien deze niet opzij kunnen worden gezet.

–> voordeel; branche specifiek gericht. bijv. handel in ethanol of graan, dan kun je die specifieke regels van toepassing verklaren op het contract.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly