Week 6 Flashcards
Welke soorten ‘‘ceptie’’ zijn er?
- Exteroceptie: receptoren van de huid
- Proprioceptie: receptoren in het bewegingsapparaat
- Enteroceptie: receptoren in de organen
Welke receptoren zijn betrokken bij gnostische sensibiliteit?
- Lichaampje van Meissner: kleine, snel adapterende receptorvelden
- Merkels schijven voor aanraking: kleine, langzaam adapterende receptorveld (blijven vuren bij verandering)
- Lichaampje van Pacini: grote, snel adapterende receptorvelden
- Lichaampje van Ruffini voor aanraking: grote, langzaam adapterende receptorvelden
Hoe werkt een mechanische receptor?
Mechanische druk geeft rek van membraan -> ionkanaal opent -> energie wordt elektrisch -> bij voldoende potentiaalverandering: actiepotentiaal
Wat zijn piëzo-1 en -2 eiwitten?
Mechanosensitieve eiwitten die in verschillende structuren in het lichaam aanwezig zijn -> verantwoordelijk voor groot aantal vormen van mechanotransductie
Hoe is de grootte van de receptieve velden globaal vast te stellen?
Twee punts discriminatietest: hoe groter receptief veld, hoe minder nauwkeurig men weet waar op de huid de prikkel precies zit
Waar hangt de grootte van het receptieve veld vanaf?
Hoe breed de zenuwvezels vertakken
Waar is de gevoeligheid van het receptieve veld globaal mee vast te stellen?
Von Frey haren -> haren met verschillende diameter die allemaal buigen bij bepaalde druk
Welke cutaneuze vezels zijn er?
- C-vezels: ongemyeliniseerd -> pijn, temp en jeuk; zijn dun en langzaam
- A-delta-vezels: gemyeliniseerd -> pijn en temp; dun en snel
- A-bèta-vezels: gemyeliniseerd -> tast en proprioceptie; dikker en sneller
- I-alfa-vezels: gemyeliniseerde spierspoel afferenten -> proprioceptie en motoriek; heel snel
- I-bèta-vezels: gemyeliniseerde Golgi-pees afferenten -> proprioceptie; even dik en snel als alfa
Via welke vezels verlopen lichaampjes van Meissner, Ruffini, Merkel schijven en zenuweindigingen?
- Alfa-bèta: Meissner, Ruffini’s en Merkel
- Alfa-delta + C-vezels: zenuweindigingen
Wat is kenmerkend voor ongemyeliniseerde vezels?
Ook omringd door een Schwanncel voor isolatie
Wat gebeurt er met alle vezels uit een spinaal ganglion met ganglioncellen?
Eindigen in het zelfde segment
Waar wordt de cauda equina in de praktijk voor gebruikt?
- Epidurale en spinale anesthesie
- Lumbaalpunctie
Wat is ascensens medullae?
Relatieve stijgen van wervelkolom: wervelkolom groeit langer door dan ruggenmerg -> aftakkingen van onderste zenuwen vinden hogerop plaats
Uit welke delen bestaat de trigeminuskern?
- Principale trigeminuskern
- Spinale trigeminuskern
Hoe ontstaat de plexus brachialis?
Door verweving van de ventrale rami op cervicaal niveau
Wat is kenmerkend voor de ventrale ramus?
Vormt plexi: sensibele vezels die naar de huid aan deze zijde lopen, vormen na ganglion de plexus
Wat is een plexus?
Rangeerterrein: perifere zenuwen kunnen gevormd worden uit meerdere segmenten -> zenuwen en dermatomen komen op grote vlakken overeen maar zijn niet hetzelfde
Wat is het gevolg van druk op één ganglion?
Uitval in 1 dermatoom
Wat is kenmerkend voor de dorsale wortel?
Bevat sensibele tak
Waar komt de naam spinale ganglion vandaan?
Vezels uit de dorsale hoorn hebben allemaal een eindiging in het ganglion -> zowel viscerosensibele als somatosensibele vezels
Waar bestaat de grijze stof uit?
Dorsale hoorn, waar sensibele zenuwen binnenkomen
Wat volgt er na de dorsale hoorn?
Via intermediaire zone naar de ventrale hoorn met motorische zenuwen aan de voorkant: treden ruggenmerg ventraal uit
Waar bestaat de witte stof uit?
- Achterkant: dorsale funiculus
- Zijkant: laterale funiculus
- Voorkant: ventrale funiculus
Uit welke fasciculi bestaat de dorsale funiculus?
- Gracilis: mediaal in ruggenmerg -> informatie uit been
- Cuneatus: meer lateraal -> informatie uit romp en armen
(Onderscheid is pas op cervicaal niveau te maken)