Week 7 Flashcards
(62 cards)
Wanneer heb je de laagste HF en de meeste bronchoconstrictie?
s’nachts
Wat is er aangedaan bij astma?
Ontsteking van de lagere luchtwegen (niet longenblaasjes!)
Hoe ontstaat astma?
Door een aanleg + prikkel
Wat gebeurt er bij astma waardoor je symptomen krijgt?
- Bronchiale hyperreactiviteit
- Oedeem
- Bronchoconstrictie
- Mucus
- Luchtweg remodelling
- Verhoogde FeNO
Wat zijn de symptomen bij astma?
- Hoesten
- Drukkende gevoel op de borst
- Benauwdheid
- Kortademigheid
- Hoorbaar piepen
Met welke 2 testen kan je astma patiënten aantonen?
- Spirometrie: FEV1 meten
- Histamine
Op welk niveau kan je kijken naar de ziekte?
- Fenotype
- Endotype: biologisch mechanisme
- Biomarker: signaalstof/cel
Wat zijn typische Th1 en Th2 ziektes?
Th1:
- Virus infectie
- Tuberculose
- COPD
Th2:
- Allergisch astma
- Atopische dermatitis
- Worminfecties
Welke ontstekings mediatoren komen voor bij Th1 en Th2?
Th1:
- IFN-Y
- IL-2
Th2:
- IL-4
- IL-5
- IL-10
- IL-13
Hoe wordt T2-inflammatie gemeten?
- Uitademingslucht analyseren: FeNo> 20 ppb
- In het bloed: Bloed EOS > 150 cells/micro L
Welke 2 type astma onderscheiden we?
- Type 2 hoog: vaak jongere leeftijd
- Allergisch
- Inspannings afhankelijk
- Eosinofiel - Type 2 laag: vaak oudere leeftijd
- Roken gerelateerd
- Obesitas gerelateerd
Welke type astma is het meest steroïdresponsief?
T2- hoog
Onder welke twee type kun je longfuctiestoornissen opdelen?
- Restrictieve stoornis: verkleining longvolume
- Obstructieve stoornis: luchtwegvernauwing→ bemoeilijkte uitademingsstroom.
Geef een voorbeeld van een sympathicomimetica en parasympathicolytica:
- Sympathicomimetica: ventolin
- Parasympathicolytica: atrovent
Aan wat is te te zien dat er een obstructie is aan de perifere luchtwegen?
FEV1 waarde
Wanneer is er sprake van een obstructie?
- FEV1/VC < 0,7 → Tiffeneau index
- FEV1/FVC=FER < Lower limit of normal (LLN) → LLN ligt op 1,64 SD afwijking van de referentie waarde.
Wanneer spreken we van significante reversibiliteit van FEV?
Toename FEV1> 12% en > 200mL t.o.v. baseline na bronchodilatatie.
Wanneer is er sprake van volledige reversibiliteit?
FEV1 waarde na medicatie valt weer binnen de LLN.
Wat zijn de waarden voor aanwijzing van astma van de variabiliteit in de peakflow?
s’Ochtends en s’avonds 3x meten→ hoogste waarde noteren.
- Tussen de dagen > 20%
- Binnen de dagen (1 dag) > 10%
Wat zijn de nadelen van de peakflow registratie?
Afhankelijkheid van de techniek en de toewijding van de patiënt.
Hoe wordt de bronchiale hyperreactiviteit (BHR) gemeten?
- Directie provocatietest (histamineprovocatietest)= niet-specifiek
- Indirectie provocatietest (inspanningsprovocatietest)= specifiek
Hoe werkt de histamineprovocatietest?
De patiënt krijgt steeds een hoeveelheid histamine toegediend totdat de FEV1 20% (PC20) gedaald is.
- Lagere PC20 geeft hyperreactiviteit.
Wanneer is er sprake van een hyperreactie bij inspannings/eucapnische hyperventilatietest?
Als FEV1 met meer dan 10% daalt na hyperventileren.
Welke factoren spelen een rol bij COPD?
Genetische- en omgevingsfactoren