Week 8 - (Fysiek) Daderschap, functioneel daderschap, daderschap van rechtspersonen en de aansprakelijkheid van feitelijk leidinggevers/opdrachtgevers Flashcards

1
Q

Wat is daderschap?

A

Er is sprake van daderschap wanneer iemand de bestanddelen van een delictsomschrijving vervult.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke vier vormen van strafrechtelijk relevante gedragingen kennen we?

A
  1. Handeling/doen
  2. Nalaten
  3. Schending van een zorgplicht
  4. Hebben/creëren/ in stand houden van een toestand.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt functioneel daderschap in?

A

Er is sprake van functioneel daderschap wanneer iemand niet persoonlijk in fysieke zin de delictsgedraging verricht, maar toch kan worden aangemerkt als de pleger omdat hij voor de gedraging verantwoordelijk is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kan, bij functioneel daderschap, de opzet van de feitelijke pleger worden toegerekend aan de functionele dader?

A

Nee, tussen natuurlijke personen/eenmanszaken kan de opzet nooit aan de ander worden toegerekend.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is er sprake van functioneel daderschap?

A

HR IJzerdraad
1. Beschikkingscriterium. De functionele dader moet feitelijke zeggenschap hebben over de feitelijke pleger. Het had in zijn macht moeten zijn om de gedraging te verhinderen en te bewerkstelligen.
2. Aanvaardingscriterium. De functionele dader heeft niet de betrachte zorg die in redelijkheid kan worden gevergd met het oog op de voorkoming van het delict in acht genomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke problemen zijn er omtrent de daderschap van rechtspersonen?

A
  1. Het is lastig om bij rechtspersonen de opzet te bewijzen.
  2. Aan rechtspersonen kunnen louter financiële sancties opgelegd worden.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer kan een rechtspersoon aangemerkt worden als dader?

A

HR Drijfmest
De rechtspersoon kan worden aangemerkt als dader wanneer de gedraging redelijkerwijs aan hem kan worden toegerekend. Dit hangt af van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de gedraging.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Noem vier voorbeelden van gedragingen die zich in de sfeer van de rechtspersoon plaatsvinden.

A
  1. Handelen/nalaten van iemand die werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon
  2. Gedraging die past bij de normale bedrijfsuitvoering van de rechtspersoon (statuten)
  3. Gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest
  4. Rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Kan opzet of schuld van de feitelijke dader worden toegerekend aan de rechtspersoon?

A

Dit is mogelijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer is er sprake van feitelijk leidinggeven?

A

HR Slavenburg II
Van feitelijk leidinggeven aan verboden gedragingen kan onder omstandigheden sprake zijn indien desbetreffende functionaris - indien daartoe bevoegd en redelijkerwijs gehouden - maatregelen ter voorkoming van deze gedraging achterwege laat en bewust de aanmerkelijke kans aanvaardt dat de verboden gedragingen zich zullen voordoen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

HR Slavenburg II

A

Van feitelijk leidinggeven aan verboden gedragingen kan onder omstandigheden sprake zijn indien desbetreffende functionaris - hoewel daartoe bevoegd en redelijkerwijs gehouden - maatregelen ter voorkoming van deze gedragingen achterwege laat en bewust de aanmerkelijke kans aanvaardt dat de verboden gedragingen zich zullen voordoen; alsdan wordt de functionaris geacht opzettelijk de verboden gedragingen te bevorderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

HR Vliegbasis Volkel

A

De Nederlandse Staat kan niet strafrechtelijk worden vervolgd en geniet als zodanig strafrechtelijke immuniteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

HR Pikmeer II

A

Publiekrechtelijke rechtspersonen zijn strafrechtelijk immuun indien het een openbaar lichaam betreft in de zin van H7 GW en als de tenlastegelegde gedraging moet worden aangemerkt als uitvoering van een overheidstaak.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

HR IJzerdraad

A

Functioneel daderschap bestaat wanneer aan de volgende vereisten is voldaan:
1. Verdachte kon over de gedragingen beschikking (zeggenschap over strafbare gedraging, macht over anderen)
2. De gedragingen werden door verdachte aanvaard (hij wist wat er aan de hand was)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

HR Drijfmest

A

Rechtspersoon kan worden aangemerkt als dader als gedraging redelijkerwijs aan hem kan worden toegerekend. Of gedraging in redelijkheid aan rechtspersoon kan worden toegerekend, hangt af van de omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de gedraging.

Oriëntatiepunt: heeft gedraging plaatsgevonden of is gedraging verricht in de sfeer van de rechtspersoon?
- Handelen/nalaten van iemand die werkzaam is t.b.v. de rechtspersoon
- Gedraging past in normale bedrijfsuitvoering van rechtspersoon
- Gedraging is rechtspersoon dienstig geweest
- Rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

HR Feitelijk leidinggeven

A

Ter beoordeling of er sprake is van een strafrechtelijke aansprakelijkheid voor het ‘feitelijk leidinggeven’ van een door een rechtspersoon verboden gedraging:
1. Heeft de rechtspersoon een strafbaar feit begaan?
2. Is iemand als feitelijk leidinggever aansprakelijk? (actief en effectief leidinggevend gedrag, het voeren van beleid dat onvermijdelijk leidt tot verboden gedragingen, een zodanige bijdrage aan een zodanig initiatief tot een complex van gedragingen dat de verdachte moet worden geacht feitelijk leiding te hebben gegeven, het meer passieve gedrag zoals omschreven in de Slavenburg-jurisprudentie)