Wondzorg Flashcards

(96 cards)

1
Q

Reinigen van de wonde?
reinigen=

A

Verwijderen/ verminderen vuil uit wonde via mechanisch weg met neutrale oplossing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Vuil=

A

Losliggend metabolisme afval of vreemd materiaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Mechanische weg?

A

Wrijven met pincet of kompres of via wondspoeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

voorbeeld Neutrale oplossing?

A

Na cl 0,9%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Geef 3 verschillende neutrale reinigingsmiddelen

A

Steriel zoutwater
Fysiologisch
Na cl 0,9%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het werkinggebied van neutraal reinigingsmiddel?

A

Geen ontsmettende of antimicrobiele werking

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wanneer mag je neutraal reinigingsmiddel toepassen?

A

Reinigen van alle wonden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Contacttijd van neutraal reinigingsmiddel

A

Reinigen tot wonde proper is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Houdbaarheid neutraal reinigingsmiddel

A

Onmiddellijk te gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Cytoxiteit van neutraal reinigingsmiddel

A

Geen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Doel van ontsmetten?

A

MO doden,
Aantal MO verminderen
Vermenigvuldigen van MO remmen
–> infectie voorkomen of bestrijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Ontsmetten: eigenschappen van goed antiseptum 8

A

Breed werkingspectrum
Niet toxisch voor cellen en weefsel
Geen allergische, toxische reactie
Organisch weefsel mag er niet voor zorgen dat het niet werkt
Realistische contacttijd
Lange stabiliteit product
Verantwoordelijke prijs product

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Ontsmetten wat is het gevaar?

A

Vertraging van wondheling bij jodium, waterstofperoxide

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Beinvloedede factoren die werking kunnen beïnvloeden bij ontsmetten

A

pH
Concentratie
Temperatuur
Organische stoffen mag werking niet hinderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Factoren/ aandachtspunten bij gebruik ontsmettingsstoffen

A

Toepassing
Vorm
Contacttijd
Houdbaarheid
Onverenigbaarheden
Gevaren, cytotoxiciteit, allergie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Toepassing

A

Intacte huid
Gesloten of open
Materiaal
Slijmvliezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Vormen

A

Samenstelling= werkzamestof + alcohol of water
Concentratie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Contacttijd

A

Intacte huid open, gesloten wonden =15sec
Materiaal= 2Min onderdompelen= kiemarm NIET KIEMVRIJ

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Houdbaarheid

A

Waterige oplossing- 7dagen na openen
Alcoholische oplossing - 1maand na open
Uitz zijn unit dosis- 1x gebruik

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Onverenigbaarheden

A

Steeds spieken met reinigingsmiddel indien je 2 antiseptica moet gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Factoren bij gebruik ontsmettingsstoffen:
Gevaren, cytotoxiciteit, allergie

A

Cytotoxiciteit voor de fibroblasten van WBC -> wondheling kan geremd worden
Neurotoxiciteit- aantasting van zenuwstelsel
Gevaar bij schildklier problemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

definitie wonde

A

verbreking van anatomische en functionele samenhang vd huid waardoor er weefselschade ontstaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

verschillende oorzaken voor ontstaan wonde

A

beschadiging

onderliggende pathologische stoornis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

voorbeeld oorzaak ontstaan wonde bij beschadiging 4

A

o Mechanisch (invloeden buitenaf scherp voorwerp of schotwonde)
o Chemisch (door aanraking bijtende producten)
o Fysisch (druk van buitenaf, decubituswonden)
o Thermisch (door warmte of koude)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
voorbeeld oorzaak ontstaan wonde bij onderliggende pathologische stoornis
(diabetes, veneuze insufficiëntie (onvoldoende doorbloeding)
26
acute wonden onderverdeling?
Gesloten acute (operatie)wonden of chirurgische wonde open acute wonden of traumatische wonde
27
geëpithelialiseerd
geheeld
28
geheeld
geëpithelialiseerd
29
wanneer is een wonde geëpithelialiseerd
24u à 48u
30
waar streven we naar bij gesloten acute wonden of chirurgische wonden?
droog wondmilieu = primaire wondheling
31
waar streven we naar bij open acute wonden of traumatische wonden?
vochtig wondmilieu = secundaire wondheling (klever in wonde = schade huid
32
open acute wonden of traumatische wonden? hoe genezing?
de wonde geneest vanuit de diepte door vorming van granulatieweefsel =nieuw bindweefsel), wondconcentratie en eptheliasatie (= herstel van opperhuid)
33
wat is een acute wonde?
wonde die normaal genezingsproces kent = binnen 6weken geheeld
34
chronische wonden definitie
wonde die weinig of geen wondheling vertoont geneest ook niet binnen normaal termijn, ze verslechterd of stagneert = gelijk blijven
35
stagneert?
gelijk blijven
36
gelijk blijven med. term
stagneert
37
verstorende factoren in het wondhelingproces van chronische wonden 6
* necrose * bacteriën * toestand van het wondbed * exsudaat (wondvocht) * recidiverende trauma’s (klevend verband) * langdurig mis gebruik van antiseptica, antibiotica
38
voorbeelden die een fysiologisch, biologische oorzaken hebben bij chronische wonden
* veneus ulcus * diabetische ulcus * decubitus wonde * vochtletsel bv IAD
39
exsudaat
wondvocht
40
wondvocht
exsudaat
41
wondgebied
Bestaat uit 1 of meerdere wonden die gevolg zijn van eenzelfde ingreep, trauma of verwonding. Niet noodzakelijk onder hetzelfde verband zitten
42
CABG?
overbrugging hart coronaire arterieel bypass grafting
43
wonden met verschillende oorzaak maar onder 1 klever hoeveel wondgebieden?
1 wondgebied
44
ontsteking med. benaming
inflammatie
45
inflammatie ned. benaming
ontsteking
46
inflammatie uitleg
reactie van weefsel op een schadelijke prikkel ( fysiek, chemisch, microbiële of immunitaire prikkel
47
geef voorbeeld bij fysiek, chemisch, microbiële of immunitaire prikkel
fysiek stuk metaal chemisch acetonzuur juiste concentratie microbiële stafylokok immunitaire prik insect
48
lokale symptomen bij inflammatie
rubor calor tumor (helder exsudaat) dolor functieverlies
49
alg. symptomen bij uitgebreide ontsteking
* koorts * veranderingen in bloedbeeld o >leukocytose, o verandering bloedeiwitten, stijging CRP, o verandering antistoffen, o verhoging sedimentatie
50
infectie
infectie = herkenbare ontstekingsreactie op besmetting met MO
51
lokale symptomen bij infectie
* rubor * calor * dolor * tumor = pus= etter= troebel wondvocht * functieverlies
52
algemene symp. bij infectie
* koorts * verandering in bloedbeeld o leucocytose o verandering in bloedeiwitten en stijging CRP o verandering antistoffen o verhoging sedimentatie
53
ziekenhuisinfectie
zorg gerelateerde infectie – nosocomiale infectie = zkhinfectie of nosocomiale infectie: infectie optreden bij pat. Tijdens of in aansluiting met verblijf ziekenhuis
54
Risicofactoren bij ontstaan ziekenhuisinfectie
* Verminderde weerstand vd patiënt door ziekte of na operatie * AB misbruik * De ziekenhuisomgeving
55
2manieren ziekenhuisinfectie ontstaat
* Kruisbesmetting: binnen het zh van andere patiënt vb MRSA * Auto- infectie: eigen MO komen op een verkeerde plaats in het lichaam vb darmbacteriën
56
vb van zhinfectie
* Urineweginfectie * Postoperatieve wondinfectie (POWI) * Luchtweg infectie * Sepsis
57
Preventie van ziekenhuisinfecties
* Is het RECHT van iedere zorgontvanger! * Is de PLICHT van iedere zorgverlener! * BELANGRIJK om steriel te werken EN goede handhygiëne toe te passen!
58
Indeling wonden volgens bacteriële lading
* Gecontamineerde wonde * Gekoloniseerde wonde * Geïnfecteerde wonde
59
Gecontamineerde wonden
Alle wonden bevatten (niet pathogene) micro-organismen  niet vermenigvuldigen * Niet alle nutrtieve en fysieke omstandigheden zijn aanwezig om MO te laten overleven * Niet in staat om het afweersysteem vd patient te overwinnen Wondhelling niet gehinderd worden Vb. chirurgische wonden, acute wonden vrij zijn van necrose, fibrine of vuil
60
Gekoloniseerde wonden
wonde bevat MO/ kiemen vermenig vuldigen zich --> brengen geen schade aan patient vb. wonde met wiek, drain, osteosynthesemateriaal, acute wonden die helen maar necrose, fibrine en vuil bevatten
61
Geïnfecteerde wonden
Bevat MO --> vermenigvuldigen zich en cellulaire schade veroorzaken Een infectie = herkenbare ontstekingsreactie op besmetting met MO. De wondheling is stilgevallen of verslechterd. Vb. geïnfecteerde chirurgische wonde
62
Gradaties in wondinfecties lokale wondinfectie subtiele symp:
toename sereus exsudaat (VOOR etter of reuk waar te nemen is) toename pijn bij vervangen verband toename broos granulatieweefsel kleurverandering weefsel (donkerrood - paars) toename slechte geur
63
Gradaties in wondinfecties uitbreidende wondinfectie
MO in wonde die verspreiden in omliggende weefsels subtiele EN klassieke S/ aanwezig uitbreidende roodheid > 2cm rond wondranden
64
Gradaties in wondinfecties lokale wondinfectie uitbreidende symp
roodheid, zwelling, warmte en pijn etterige afscheiding slechte geur
65
Gradaties in wondinfecties systemische wondinfectie
MO verspreiden via bloedbaan of lymfevaten door gehele lichaam S/ algemeen onwel, koorts, < eetlust, > verwardheid sepsis!!!!
66
3 factoren op infectie het risico op een infectie word bepaald door?
aantal MO virulentie MO weerstand gastheer
67
Waarom is die indeling volgens bacteriële lading belangrijk?
Het gaat bepalen in welke volgorde je de wonden zal moeten verzorgen als de P verschillende wonden heeft Het zal bepalen welk product je zal moeten gebruiken nl reinigingsmiddel of ontsmettingsmiddel
68
moeten de wonden altijd ontsmet worden?
de meeste wonden moeten NIET systematisch worden ontsmet maar mechanische reiniging volstaat meestal!!!
69
wondsets bepaling
Een wondset is een vooraf klaargemaakt pakje waarin het steriele basismateriaal steekt dat noodzakelijk is voor het verzorgen van een welbepaalde wonde
70
reinigen definitie
verwijderen of verminderen van vuil uit de wonde vuil= losliggend metabolisch afval of vreemd materiaal
71
organisch materiaal?
bloed, etter, sereus wondvocht
72
debris?
dood weefsel, afgestorven celen
73
productresten
poederresten, zalfresten
74
losliggend metabolisch afval of vreemd materiaal onderverdeling?
organisch materiaal : bloed, etter, sereus wondvocht debris: dood weefsel, afgestorven cellen productresten: poederresten, zalfresten MO
75
hoe gebeurt reinigen
langst mechanische weg : wrijven met pincet, kompres of via wondspoeling
76
Joodverbindingen=? en uitleg
jodoforen Producten waarbij Jood geabsorbeerd is op een drager nl. Polyvinylpyrolidone = polyvidonejood = PVP
77
pvp?
povidone jood product waarbij Jodium vastzitten op een drager Door deze binding komt Jodium traag en geleidelijk vrij vandaar minder allergisch en minder toxisch schildklier Er is een gedeeltelijke percutane absorptie daarom NIET gebruiken bij neonati, zwangeren, hoogbejaarden en uitgebreide wonden Bestaat op basis van Water en Alcohol
78
Definitie wondzorg
Bij een wondzorg wordt geprobeerd een optimale toestand te verkrijgen waardoor een wonde zo snel mogelijk gaat genezen
79
doel van wondzorg
de wonde te beschermen tegen infecties de wondheling te bevorderen
80
wanneer dav uitvoeren?
Gesloten operatiewonden het verband zo lang mogelijk dicht laten, bij voorkeur 24 à 48 uur. De wonde is dan geëpithelialiseerd.
81
wanneer verband wissel
Bij ontstekingsverschijnselen Rubor, calor, dolor en tumor Bij een vochtig verband bebloed of sereus wondvocht Bij hematoomvorming rond de wonde pijnlijke blauwe verkleuring van de huid die ook hard aanvoelt Bij een geïnfecteerde wonde door aanwezigheid van MO waardoor er ettervorming kan zijn Bij irritatie, pijn en/of tractie op de wondranden hechtingsmateriaal kan te strak aangespannen zijn Bij T stijging waarvan oorzaak niet is gekend Bij verwijderen van hechtingsmateriaal Bij een verband die is verplaatst Bij de doktersronde
82
reinigen en ontsmetten wondomgeving hoe?
van binnen naar buiten
83
met welke methode wonden observeren?
TIME methode
84
factoren die belangrijk zijn:
Grootte Diepte Exsudaat Aanwezigheid van infectie / inflammatie Geur Toestand wondranden Pijn
85
wat is het doel van TIME methode?
Men wil wonden helen in een zo kort mogelijke tijd (TIME) maar dit vraagt een holistische benadering.
86
holistisch?
Evalueren van de patiënt Lokale wondbed voorbereiden
87
TIME onderdelen?
T : Tissue I : Infection / Inflammation M : Moisture E : Edge
88
Evaluatie patiënt
Patiëntfactoren Wondfactoren
89
Evaluatie patiënt: Patiëntfactoren
Voedingstoestand Weerstand tegen infecties Leeftijd Onderliggende pathologie Medicatie (cortisone, chemotherapie, …) Psycho-sociale factoren Allergie Roken Slechte lokale microcirculatie
90
Evaluatie patiënt: Wondfactoren
Anamnese mbt de wonde Hoelang is de wonde er al (= chroniciteit) Plaats Afmeting Toestand van het wondbed!! Toestand omliggende huid!! Pijn, jeuk Behandeling
91
Evaluatie vh wondbed
TIME T: Tissue of weefsel; necrose? I: Inflamation and infection controle; infectie? M: Moisture balance; vochtige wondheling E: Epithial (edge) advancement; wondranden
92
necrose (t: tissue) weefsel
verhindert wondheling Is voedingsbodem MO 🡪 Infectie kan makkelijk ontstaan Necrose moet worden verwijderd door debrideren soms meerdere malen ….
93
verweekt med. benaming
maceratie
94
definitie IV perfusie
toedienen van min of meer grote hoeveelheden vocht, voedingstoffen,of geneesmiddel langst intraveneuze weg
95
belangrijke observatie punten bij IV
controle IV niet leeg is loopt het IV nog? controle insteekplaats (r,c,d,t) controle afdekverband
96
losliggend metabolisch afval of vreemd materiaal 4 onderdelen
organisch materiaal = bloed etter, sereus wondvocht debris= dood weefsel, afgestorven cellen productresten= poederresten, zalfresten micro- organismen