Woorden lesson 1 tm 4 Engels h1 Flashcards
(87 cards)
1
Q
approve
A
goed vinden
2
Q
before
A
hiervoor
3
Q
brief
A
kort
4
Q
century
A
eeuw
5
Q
copy
A
nadoen/kopiëren
6
Q
designer
A
modeontwerper
7
Q
dig-dug-dug
A
graven-groef-gegraven
8
Q
doesn’t matter
A
maakt niet uit
9
Q
during
A
tijdens
10
Q
everywhere
A
overal
11
Q
forbid-forbade-forbidden
A
verbieden-verbood-verboden
12
Q
hole
A
gat
13
Q
introduce
A
introduceren
14
Q
is/are supposed to be
A
zou(den) eigenlijk moeten zijn
15
Q
jeans
A
spijkerbroek
16
Q
last
A
uithouden/goed blijven
17
Q
originally
A
oorspronkelijk
18
Q
piece of clothing
A
kledingstuk
19
Q
A
(broek)zak
20
Q
sales
A
verkoop
21
Q
since
A
sinds
22
Q
soldier
A
soldaat
23
Q
stand out-stood out-stood out
A
opvallen-viel op-opgevallen
24
Q
tear-tore-torn
A
scheuren-scheurde-gescheurd
25
war
oorlog
26
bead
kraal
27
British
Brits
28
calculation
berekening
29
calculator
rekenmachine
30
command
opdracht
31
complex
ingewikkeld
32
computer science
computertechnologie
33
electric
elektrisch
34
event
gebeurtenis
35
fill somebody in
iemand inlichten over
36
following
volgende
37
horizontal
horizontaal
38
include
opnemen
39
incomplete
onvolledig/niet af
40
key
toets
41
keyboard
toetsenbord
42
mathematical
wiskundig
43
research
informatie zoeken over
44
shorten
korter maken
45
string
touw
46
system
systeem
47
timeline
tijdlijn
48
topic
onderwerp
49
allies
bondgenoten
50
allowed to
mogen
51
army
leger
52
attack
aanval
53
careless
onvoorzichtig/onverschillig
54
castle
kasteel
55
Channel
het Kanaal
56
cliff
steile rots/klif
57
distance
afstand
58
evacuation
evacuatie
59
fight-fought-fought
vechten-vocht-gevochten
60
guard
bewaken
61
gun
geweer
62
kill
doodmaken
63
life
leven
64
rescue
redden
65
secret
geheim
66
(war)ship
(oorlogs)schip
67
shoot-shot-shot
schieten-schoot-geschoten
68
shout
roepen/schreeuwen
69
sink-sank-sunk
zinken-zonk-gezonken
70
age
leeftijd
71
blanket
deken
72
brilliant
geweldig
73
church
kerk
74
disagree with
het niet eens zijn met
75
freedom
vrijheid
76
in conclusion
samenvattend
77
move on
verder gaan
78
nowadays
tegenwoordig
79
lastly
tot slot
80
presentation
presentatie
81
statistics
statistieken
82
summarise
samenvatten
83
suppose
denken
84
surprised
verrassend
85
survey
onderzoek
86
teach-taught-taught
onderwijzen
87
truth
waarheid