Woorden Toetsweek 2 Flashcards
(45 cards)
1
Q
freundlich
A
Vriendelijk
2
Q
geduldig
A
geduldig
3
Q
mutig
A
Moedig
4
Q
ehrlich
A
Eerlijk
5
Q
flei(b)ig
A
Ijverig
6
Q
lustig
A
Grappig
7
Q
schlau
A
Slim
8
Q
pummelig
A
Mollig
9
Q
nervig
A
Vervelend
10
Q
langweilig
A
Saai
11
Q
hilfsbereit
A
Hulpvaardig
12
Q
optimistisch
A
Optimistisch
13
Q
kreativ
A
Creatief
14
Q
zuverlässig
A
Betrouwbaar
15
Q
selbstbewusst
A
Zelfverzekerd
16
Q
rücksichtsvoll
A
Attent
17
Q
sportlich
A
Sportief
18
Q
verantwortungsbewusst
A
Verantwoordelijk
19
Q
offen
A
Open
20
Q
höflich
A
Beleefd
21
Q
bescheiden
A
Bescheiden
22
Q
gro(b)zügig
A
Gul
23
Q
entschlossen
A
Vastberaden
24
Q
empathisch
A
Empatisch
25
charismatisch
Charismatisch
26
gelassen
Kalm
27
zielstrebig
Vastbesloten
28
kommunikativ
Communicatief
29
tolerant
Tolerant
30
arrogant
Arrogant
31
introvertiert
Introvert
32
kleinlich
Kleinzielich
33
begeisterungsfähig
Enthousiast
34
rücksichtsvoll
Attent
35
spontan
Spontaan
36
sensibel
Gevoelig
37
diszipliniert
Gedisciplineerd
38
neugierig
Nieuwsgierig
39
aufmerksam
Aandachtig
40
besonnen
Bedachtzaam
41
authentisch
Authentiek
42
einfühlsam
Meelevend
43
durchsetzungsfähig
assertief
44
unabhängig
Onafhankelijk
45
flexibel
Flexibel
