woordenschat 4h1 deel2 Flashcards

(79 cards)

1
Q

aansprakelijk

A

financieel verantwoordelijk voor schade

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

alibi

A

bewijs dat je op een andere plaats was ten tijde van een misdrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

bij verstek veroordelen

A

bij afwezigheid veroordelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

amnestie

A

kwijtschelding van een straf aan een hele groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

billijk

A

rechtvaardig, redelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

een strafblad hebben

A

al eerder veroordeeld zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

in beroep gaan

A

herziening van een vonnis vragen bij een hogere rechtbank

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

legaal

A

wettelijk, rechtmatig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

maffia

A

misddaadorganisatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

op heterdaad betrappen

A

betrappen tijdens het plegen van de misdaad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

pleidooi

A

betoog in het voordeel van iets of iemand

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

recidivist

A

iemand die zich schuldig maakt aan herhaling van een misdrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

reclassering

A

organisatie die ex-gevangenen begeleidt bij terugkeer in de maatschappij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

witteboordencriminaliteit

A

criminaliteit bedreven door burgers van achter hun bureau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

witwassen

A

zwart geld legaal maken door investeringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

gedetineerden

A

gevangeneng

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

gedoogd

A

toegestaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

geliquideerd

A

vermoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

hechtenis

A

gevangenisstraf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

gratie

A

kwijtschelding van straf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

mediation

A

bemiddeling

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

de sterke arm

A

politie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

legitiem

A

wettelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

willens en wetens

A

opzettelijk en bewust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
delinquenten
misdadigers
26
antisemitisme
racisme gericht op joden
27
braindrain
wegtrekken van hoger opgeleiden uit ontwikkelingslanden naar de geïndustrialiseerde landen
28
chauvinisme
overdreven vaderlandsliefde
29
economische vluchteling
iemand die om economische redenen zijn vaderlands verlaten heeft
30
eerwraak
wraak om de familie-eer te herstellen
31
fundamentalisme
teruggaan naar de basis vaneen geloof en alles wat daarvan afwijkt, streng afwijzen
32
halal
voor moslims toegestaan
33
imam
hoofd van een moskee of mohammedaanse rechtsschool
34
inburgeren
burgen van een land worden
35
nationalisme
eigen land en volk bevoordelen
36
perticipatie
deelname
37
radicacliseren
in een bepaald opvatting zo ver gaan, dat geweld gebruikt kan worden om je doel te bereiken
38
ramadan
negende maand van het mohammedaanse jaar waarin gevast word
39
remigratie
terugkeren naar land van herkomst
40
seculier
wereldlijk, onkerkelijk
41
aan de kaak stellen
duidelijk laten zien dat iets verkeerd is
42
de kroon spannen
de beste zijn
43
de schijn tegen hebben
het lijkt erop dat je schuldig bent of niet de waarheid spreekt
44
de hoge vlucht nemen
zich goed ontwikkelen
45
afbreuk doen aan
minder goed maken
46
geen hout snijden
ergens niets aan hebben
47
gepaard gaan met
samen gaan met
48
goede sier maken
pronken, genieten, bewonderd worden
49
hoog aangeschreven staan
een goede naam hebben
50
met argusogen bekijken
met wantrouwen bezien
51
in strijd zijn met
niet samengaan met, niet in overeenstemming zijn met
52
op de koop toenemen
een neveneffect er extra bij nemen
53
over een kam scheren
op dezelfde manier beoordelen, geen onderscheid maken
54
te hoop lopen tegen
protesteren
55
van de hand wijzen
weigeren, niet accepteren
56
alert
waakzaam
57
appelleren
een beroep doen op
58
ongefundeerd
ongegrond
59
empirisch
berustend op eigen ervaring
60
polarisatie
het versterken van tegenstellingen
61
rivaliteit
wedijver, jaloerzie
62
valide
geldig, krachtig
63
moreel
zedelijk
64
suggestief
waarin een aanwijzing voor antwoord zit
65
irreëel
onwerkelijk
66
generaliseren
een algemene conclusie trekken uit een bijzonder geval
67
manipuleren
beïnvloeden met oneerlijke middelen
68
ridiculiseren
belachelijk maken
69
confronteren
in aanraking brengen met
70
forum
groep deskundigen die voor een publiek over een probleem discussiëren
71
principieel
berustend op eigen beginselen of overtuiging
72
retorisch
waarin je gebruik maakt van taaltrucjes
73
conformeren
zich schikken naar
74
mentaal
geestelijk
75
authentieke
echt, origineel
76
claimen
opeisen
77
opponent
tegenstander
78
theatraal
overdrijven
79
profileren
de aandacht op zichzelf vestigen