Zo's -week 8 Flashcards

1
Q

wat wordt door het diafragma gescheiden

A

pleuraholtes en peritoneaalholtes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat ontstaat uit septum transversum

A

diafragma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

uit welke embryo kiemlaag ontstaat de darm

A

endoderm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat gebeurt tijdens het krommingsproces

A

endoderm transformeert tot een buis, de primitieve darm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is bijzonder aan bloedstroom door v. portae

A

bloed kan in omgekeerde richting stromen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

waaruit (embryo) ontstaan de longen

A

uitstulpingen in primitieve voordarm

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is het intra-embryonaal coeloom (IEC) en wat ontstaat hieruit

A
  • ruimte tussen viscerale (grenst aan endoderm) en parietale (grenst aan ectoderm) mesoderm
  • laterale lichaamsholten: pericard-, pleura- en peritoneaalholte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

hoe wordt intra-embryonale coeloom gescheiden van extra-embryonaal coeloom?

A

door krommingsproces

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wanneer en hoe worden pleura en peritoneaalholte gescheiden?

A

in week 7 door uitgroei van pleuro-peritoneale membranen naar septum transversum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly