Thema 2: Training & ontwikkeling: Hoofdstuk 8: Training en ontwikkeling Flashcards

1
Q

Trainingsdoelen

A

Deze definiëren wat de training teweeg moet brengen; de doelen kunnen op individueel en organisatieniveau liggen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hiërarchische taakanalyse (HTA)

A

Een analyse van taken die duidelijk waarneembare onderdelen hebben en die relatief onveranderlijk zijn (bijvoorbeeld lopende bandwerk)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Gedragsdoelstellingen

A

Een verklaring van wat de trainee na afloop van een training zou moeten kunnen doen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Leertheorieën

A

Stellen ideeën voor die verklaren hoe leren plaatsvindt; ze ondersteunen de trainingspraktijk door in kaart te brengen wat de geschiktste instructiemethodes zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Cognitieve fase

A

De eerste fase van vaardigheidsverwerving, waarin degene die leert wel kennis ontwikkelt over de taak, maar nog niet beschikt over de procedurele vaardigheid om de taak uit voeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Associatieve fase

A

De tweede fase van vaardigheidsverwerking, na de cognitieve fase, waarin de lerende persoon voor het eerst de handelingen combineert die nodig zijn om kundige prestaties te leveren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Autonome fase

A

De laatste fase van vaardigheidsverwerving, na de cognitieve en associatieve fase, waarin prestaties steeds verfijnder worden. De prestaties zijn in deze fase in zekere mate automatisch en de controle erover is steeds minder afhankelijk van geheugen of aandacht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Declaratieve kennis

A

Feitenkennis die kan worden geuit of anderszins expliciet kan worden gemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Procedurele kennis

A

Het soort kennis dat een basis vormt voor deskundige prestaties; kennis van hoe je iets moet doen die mogelijk lastig onder woorden te brengen is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Declaratieve fase

A

De eerste fase uit de theorie van Anderson om een vaardigheid aan te leren. Gebaseerd op feitelijke kennis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Kenniscompilatie

A

De tweede fase uit de theorie van Anderson om een vaardigheid aan te leren waarin betere en specifiekere procedures voor het leren van de taak worden ontwikkeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Afstemmingsfase

A

De derde fase uit de theorie van Anderson om een vaardigheid aan te leren. Hierin worden geleerde regels gestroomlijnd, zodat de taak beter verloopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

E-leren

A

Leren dat mogelijk wordt gemaakt of wordt ondersteund door het gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly